5H Diagnostische toets h11 en h12

Leg uit dat er in deze tekst sprake is van institutionalisering. Geef eerst de definitie.
De voorzitter van de vakorganisatie ziet het probleem van onprofessioneel werken in de tattoobranche graag opgelost. Zijn wens is dat training en examinering over hygiënevoorschriften van tatoeëerders verplicht worden gesteld. Stel dat zijn wens werkelijkheid wordt...


1 / 45
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leg uit dat er in deze tekst sprake is van institutionalisering. Geef eerst de definitie.
De voorzitter van de vakorganisatie ziet het probleem van onprofessioneel werken in de tattoobranche graag opgelost. Zijn wens is dat training en examinering over hygiënevoorschriften van tatoeëerders verplicht worden gesteld. Stel dat zijn wens werkelijkheid wordt...


Slide 1 - Slide

This item has no instructions


Er is sprake van institutionalisering, omdat.... Noem de verschillende onderdelen van de definitie.

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Welke vier fasen zijn er te onderscheiden bij het systeemmodel?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Noem de 4 barrieres van het barrieremodel

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Sommige actoren ervoor zorgen dat een barrière kan worden genomen.
Dit noem je..
A
hindermacht
B
omgevingsfactoren
C
poortwachters
D
realisatiemacht

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

DE Algemene Beschouwingen zijn een voorbeeld van:
Politieke instituties
Complex van min of meer geformaliseerde regels, die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties rond politieke machtauitoefening en politieke besluitvorming reguleren.

A
politieke institutie
B
sociale institutie
C
ideologie
D
politieke socialisatie

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

De overheid moet bedrijven dwingen om evenveel mannen als vrouwen in dienst te nemen.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 7 - Quiz

De laatste dimensie is genaamd materialisme-postmaterialisme. Postmaterialisme is meer gericht op immateriële (abstracte) zaken, terwijl materialisme juist gericht is op materiële (tastbare) zaken. Materialisten streven naar het bezitten van zaken. Er heerst vaak het idee dat wie je bent, je status, afhangt van wat je hebt. Geluk wordt gezocht in het kopen en hebben van tastbare dingen. Postmaterialisme ziet een verschuiving van materialistische waarden naar nieuwe waarden wat betreft autonomie en zelfexpressie.
Sociale institutie
Politieke institutie
Socialisatie
Politieke socialisatie
Proces van overdracht en verwerving van cultuur
Proces van politieke overdracht en verwerving van cultuur
Regels over hoe mensen met elkaar omgaan.
Regels over hoe macht verdeeld en uitgeoefend wordt.

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Voor deze stroming begint politiek met de erkenning van maatschappelijk initiatief. Mensen, buurten, sportclubs, scholen, kerken, moskeeën, zorginstellingen, bedrijven: ze leveren allemaal een unieke bijdrage aan de samenleving.
A
Confessionalisme
B
Fascisme
C
Anarchisme
D
Liberalisme

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat wordt ook wel de vierde macht genoemd?
A
Het Koninklijk Huis
B
De ambtenaren
C
De media
D
Pressiegroepen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat hoort niet bij het maatschappelijk middenveld?
A
kerken
B
belangenorganisaties
C
bedrijven
D
pressiegroepen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit wie meer kan bijdragen aan de invoering van nieuwe Europese normen voor de tattoobranche.
Uit de tekst blijkt dat voorzitter Stoffers en delegatieleider Veenstra beiden graag willen dat er een verplichte training voor beginnende tatoeëerders komt. Stel dat Stoffers spreekt namens de vakorganisatie Belangenbehartiging voor Tatoeëerders en Piercers en Veenstra namens Nederland. Leg uit wie op basis van het hebben van formele macht meer kan bijdragen.


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leg uit wie op basis van het hebben van formele macht meer kan bijdragen aan de invoering van nieuwe Europese normen voor de tattoobranche: de voorzitter of de delegatieleider.
Gebruik in je uitleg het kernconcept macht en een vb

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Tot welke macht behoort voorzitter Stoffers?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions


Welke fase van het proces van politieke besluitvorming is te herkennen in de tekst ? Geef een passend citaat bij deze fase.
Systeemmodel

Slide 15 - Open question

This item has no instructions


Welke barrière moet in de tekst nog overwonnen?

Barrieremodel

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Wat is in deze hypothese 'Door strengere regelgeving, vinden er minder ongelukken plaats bij het zetten van tattoo’s' de afhankelijke en de onafhankelijke variabele?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Er zijn verschillende politieke dimensies waarop je standpunten kunt indelen.
Welke past bij het debat over de wietteelt, leg uit.

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Welke plek heeft het standpunt van D66 op de genoemde dimensie? Leg je antwoord uit.

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Geef een citaat waaruit blijkt wat confessionalistische politieke partijen van dit wetsvoorstel vinden.

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

D66 is een liberale partij. Toch past hun standpunt niet bij het liberalisme wat betreft het thema economie. Leg dit uit, benoem in je uitleg het liberale standpunt wat betreft de invloed van de overheid op de economie.

Slide 21 - Open question

This item has no instructions


Voor het nemen van een barriere is er sprake van realisatiemacht en hindermacht. Benoem een hindermacht die kan zorgen voor problemen bij het doorkomen van de laatste barrière. Benoem ook wat de laatste barrière inhoudt.
Barrieremodel

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Formuleer een hypothese met de variabelen 'de mate van regulatie van de wietteelt door de overheid'
en 'de hoeveelheid criminaliteit die met wietteelt te maken heeft'

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Functies van socialisatie
1 - Continuering van de cultuur
2 - De verandering van de cultuur
3 - Binding (sociale cohesie)
4 - Identiteitsontwikkeling
5 - Het reguleren van gedrag

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld Bron (Eenkindpolitiek)

(1) In de vorige eeuw vreesde de Chinese overheid dat er een voedseltekort zou ontstaan in de toekomst. In 1970 kreeg een gemiddelde Chinese vrouw zes kinderen. Daarom werd in 1979 de maatregel ingevoerd dat stellen maximaal één kind zouden mogen hebben. Op die manier zou een bevolkingsexplosie voorkomen kunnen worden. Volgens schattingen is het doel bereikt, want in 2015 zouden er zonder dat beleid 300 miljoen Chinezen meer zijn geweest, bovenop de 1,36 miljard mensen in het land.

2) Maar de Chineze bevolking vergrijst en dat was voor de Communistische Partij in 2013 reden om het beleid rond eenkindpolitiek af te versoepelen en in 2015 helemaal af te schaffen. De verwachting is dat in 2030 een kwart van de bevolking ouder is dan zestig jaar en China heeft dan ook behoefte aan jonge arbeidskrachten om de conomie draaiende te houden.


3) De verwachting is niet dat het nieuwe beleid zal zorgen voor een enorme bevolkinsgroei. Enerzijds omdat echtparen nog steeds maximaal twee kinderen mogen krijgen. Anderzijds is de mentaliteit van de Chinezen iets veranderd, aldus NOS-correspondent De Vries. 'De ouders van nu zijn zelf enig kind geweest. Waarschijnlijk zijn ze dat zo gewend, dat ze één kind ook voor de vorming van een eigen gezin genoeg zullen vinden'.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Leg uit welke twee functies van socialisatie (blz. 39) passen bij de Chinese overheid als socialisator (derde alinea).

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Leg uit dat samenlevingsvormen relatief zijn. Gebruik het kernconcept cultuur of sociale institutie.

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Het gezin als hoeksteen van de samenleving past bij ...
A
Het confessionalisme
B
Het liberalisme
C
Het socialisme

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

De keuze voor een samenlevingsvorm hoort toe aan het individu
A
Het confessionalisme
B
Het liberalisme
C
Het socialisme

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Ruimte voor een traditioneel kostwinnersgezin
A
Het confessionalisme
B
Het liberalisme
C
Het socialisme

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

het gebruik van anticonceptie past bij het kernconcept...
A
democratisering
B
rationalisering
C
individualisering
D
verandering

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

de scheidingswet van 1971 is een vorm van...
A
verandering
B
democratisering
C
institutionalisering
D
rationalisering

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

het traditionele gezin vond je ...
A
voor de jaren '60
B
in de jaren '60-'80
C
na de jaren '80
D
in alle periodes

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

het kostwinnersgezin heeft ..
A
gelijke man vrouw verhouding
B
een dominante vader
C
een korte gezagsafstand

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

onder secularisering verstaan we...
A
verkerkelijking
B
ontkerkelijking
C
ontzuiling
D
verzuiling

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Bij machtsafstand gaat het om een grote machtsafstand of een kleine machtsafstand.
Noem van beide een voorbeeld op micro niveau (bij gezinnen)

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Socialisme
Liberalisme
Confessionalisme

Slide 38 - Drag question

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

"Volgens hem zou bemoeienis van de overheid destijds als 'betuttelend worden beschouwd"
Welke ideologie zou daar het meeste tegen zijn? Leg je antwoord uit met behulp van een passende waarde.

Slide 40 - Open question

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Welke ideologie past bij deze oplossing van Rouvoet?
A
Liberalisme
B
Socialisme
C
Confessionalisme

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Bij welke ontwikkeling past deze stelling?
A
Ontzuiling
B
Onderwijs als belangrijke socialisator
C
Institutionalisering
D
Democratisering

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Welke ideologie zou tegen 'relatievorming als verplicht vak op de middelbare school'?
A
Liberalisme
B
Socialisme
C
Confessionalisme

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions