Hoofdstuk 8: Industrialisatie en modern imperialisme
Kenmerkende aspecten:
1. De industiële revolutie die de basis legde voor de industriële samenleving
2. De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
3. De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 21 slides, with text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 8: Industrialisatie en modern imperialisme
Kenmerkende aspecten:
1. De industiële revolutie die de basis legde voor de industriële samenleving
2. De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
3. De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Engeland
rond 1700
Machtig land met een enorm groot rijk dat zich over de hele wereld uitstrekte.
De bevolking van Engeland groeit, hierdoor is er meer kleding nodig.
Veel kleding wordt gemaakt van katoen, dat door slaven op plantages wordt geplukt, en wol.
Het Britse Rijk omstreeks 1700
Slide 3 - Slide
Schietspoel
1733
Om sneller kleding te maken, moet je sneller kunnen weven.
De Engelsman John Kay vond de schietspoel uit. Hiermee kun je veel sneller weven dan met de hand.
De schietspoel was nog geen échte machine: het bedienen ging met de hand.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Spinning Jenny
1764
Als je sneller kunt weven, heb je ook meer draad nodig.
Met de Spinning Jenny van James Hargreaves kon je 8 en later 16 draden tegelijk spinnen
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Cotton Gin
1793
Omdat het spinnen en weven veel sneller ging was er ook meer katoen nodig.
Om de zaden sneller uit katoenpluizen te halen vond de Amerikaan Eli Whitney de Cotton Gin uit ("Katoen motor").
Slavernij neemt toe: er zijn veel meer slaven nodig om de katoen te plukken...
Slide 8 - Slide
Stoommachine
rond 1764
De eerste werkende stoommachine van de Industriële Revolutie was die van Thomas Newcomen rond 1705
Pas door de verbeteringen van James Watt kon de stoomachine pas echt worden ingezet
De Engelsman James Watt voerde een aantal belangrijke veranderingen door in Newcomen's stoommachine waardoor het gebruik en de inzet makkelijker werden.
Slide 9 - Slide
Veranderingen door
de stoommachine
Leegpompen van mijnen, waardoor je dieper de grond in kunt (grondstoffen)
Oude energiebronnen (wind-, spier- en waterkracht) worden langzaam vervangen
Stoommachine is overal te plaatsen, niet alleen aan het water
Doordat de vraag naar delfstoffen (ijzer en steenkool voor de machines) sterk toenam, moest er steeds dieper worden gegraven. Met stoommachines werd het grondwater weggepompt.
Slide 10 - Slide
Hoogovens
Door steenkool op een speciale manier te verhitten ontstaat cokes.
Met cokes krijg je een betere verbranding. Hierdoor kun je ook ijzererts beter verhitten.
Om ijzer nog sterker te maken, werd er gebruik gemaakt van hoogovens: ovens die zo warm worden dat het ijzer zuiver wordt.
Omdat zuiver ijzer zich beter laat bewerken, nemen ook de toepassingen ervan toe: zo zie je steeds meer bouwwerken van ijzer. Zoals bijvoorbeeld bruggen, maar ook de Eiffeltoren
Slide 11 - Slide
Industriële Revolutie
1750-1900
Door de komst van de machines verandert de manier waarop mensen produceren: van handmatig naar machinaal
De verandering noemen we de Industriële Revolutie
Niet alleen de manier van produceren verandert enorm: ook de komst van stoomtreinen brengt grote veranderingen in het vervoer van mensen en goederen.
Slide 12 - Slide
van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...
... naar grootschalige machinale productie in fabrieken
Slide 13 - Slide
8.1 De Industriële revolutie: van huisnijverheid naar fabriek samengevat
Rond 1750: enorme groei Engels economie door:
- stijging landbouwopbrengsten > bevolkingsgroei
- bevolkingsgroei > grotere vraag naar voedsel en kleding
- goedkope grondstoffen in Azië en Amerika > impuls textielnijverheid
Textielnijverheid verplaatste zich naar fabrieken aangedreven door:
- waterkracht
Nadelen: moeilijker begaanbaar terrein / geen constante kracht >
- stoomkracht (stoommachine verbeterd door James Watt, 1782)
Slide 14 - Slide
gevolgen economische ontwikkelingen:
(stoom)machine werd breed ingezet
fabriekssteden ontstaan (urbanisatie)
aanleg kanalen en spoorwegen
sociale veranderingen:
- rijke burgers meer economisch en politieke macht (bourgeoisie: rijke burgers, vb: fabrieksdirecteuren)
- ontstaan arbeidersklasse (proletariaat)
Slide 15 - Slide
Video
Histoclips: De industriële revolutie
Slide 16 - Slide
0
Slide 17 - Video
feestelijke in gebruikneming van de stoomtrein
let es op de wagons, eerder ingebruik voor kolentransporten
Slide 18 - Slide
Grondstoffen en afzetmarkten
fabrikanten wilden steeds meer wnst maken (industrieel kapitalisme) > dus:
steeds meer grondstoffen en afzetgebieden nodig > gevolg:
meer koloniën nodig > West-Europese landen op zoek naar nieuwe gebieden om te koloniseren:
vooral in Afrika nieuwe gebieden veroverd (modern imperialisme)
Mogelijk gevaar: spanningen tussen Europese landen >
Conferentie van Berlijn (1885):
Afrika onderling verdeeld
Slide 19 - Slide
Internationaal aanzien en superioriteit
Verschil kolonialisme en modern imperialisme:
Nu grote gebieden veroverd en bestuurd door Westerse landen:
inheemse bevolking moest produceren voor westerse economieën>