Kreeg je op de basisschool een rapport?
Hoe oud was je toen je voor het eerst naar school ging?
Waar was jouw basisschool, in welke plaats en in welk land?
Welke taal sprak je op de basisschool? Was dit een andere taal dan je thuis sprak?
Wat kun je je herinneren van je eerste schooldag?
Kun je je nog herinneren welke spelletjes je deed in de pauze?
Hoeveel kinderen zaten er in jouw klas?
In welk vak was je vroeger het beste?
Wie was je eerste docent? Wat vond je van hem of haar?
Wat vond je vroeger op school het leukste om te doen?
Welke kleren droeg je op de basisschool?
Gebruikte je op de basisschool een computer?
Welke vakken had je op de basisschool?
Hoe ging je vroeger naar school?
Had je op de basisschool ook huiswerk?
Wat at of dronk je in de pauze op de basisschool?
Op welke dagen moest je naar school? Wanneer was je vrij?
Vierde je op school ook feestdagen? Wat deed je dan?
Zong je op school liedjes? Weet je nog welke liedjes?
At je tussen de middag op school? Of ging je naar huis?
At je tussen de middag op school? Of ging je naar huis?