This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
- Telefoon mag je bij je houden voor de quiz
- Boeken op tafel voor de controle
Slide 1 - Slide
Wanneer groei je het snelst
A
Tijdens je groeispurt
B
Als baby
C
In de puberteit
D
Als peuter
Slide 2 - Quiz
Waarom worden jongens langer dan meisjes?
A
Groeispurt is langer en intensiever
B
De groeispurt begint later
C
Jongens zijn als kind ook al langer
D
Jongens hebben meer receptoren
Slide 3 - Quiz
In je groeischijven zitten
A
Hormoonklieren
B
Hypofysecellen
C
Kraakbeencellen
Slide 4 - Quiz
Groeischijven zitten alleen in je knieën
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Wat is het signaal voor de kraakbeencellen om te delen?
A
Je hypofyse maakt groeihormoon
B
Groeihormoon bindt aan receptor
C
Groeihormoon zit in je bloed
D
Groeihormoon zit in je groeischijven
Slide 6 - Quiz
Waarom reageren alleen de kraakbeencellen in de groeischijven op het groeihormoon?
Slide 7 - Open question
Puberteit
Je lichaam en je identiteit
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
"Mannen die zich als uiting van hun genderidentiteit op glamoureuze wijze als vrouwen kleden noemt men ook wel dragqueens. ... Vrouwen die zich op deze wijze als mannen kleden heten dragkings."
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Je genderidentiteit is hoe je je in je lichaam voelt, ongeacht je biologische geslacht.
Je genderexpressie is hoe je dit gevoel laat zien, je kleding, je haren, make-up etc
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Blz 112 en 113
Lees eerst de kopjes
'Hoe verandert je lichaam in de puberteit' en
'Door welke hormonen verander je in de puberteit'
En beantwoord deze vragen
1. Welke hormonen zou Nikkie toegediend krijgen om van geslacht te veranderen?
2. Welke geslachtskenmerken veranderen door deze behandeling, de primaire of secundaire kenmerken?
3. Welke geslachtskenmerken kun je zonder operatie veranderen?