17-4 sign 2c 2d

17-4 sign 2c 2d
Hoe is het met jullie?
Vorige les? Was iedereen op de hoogte?
Herhalen onderdelen IE : schrijven en SPR & GV (inloggen LessonUP)
Afspraken komende lessen
Voorbereiden IE


1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

17-4 sign 2c 2d
Hoe is het met jullie?
Vorige les? Was iedereen op de hoogte?
Herhalen onderdelen IE : schrijven en SPR & GV (inloggen LessonUP)
Afspraken komende lessen
Voorbereiden IE


Slide 1 - Slide

Schrijven
  • Formele brief
  • Betogend artikel
  • Informatie artikel
  • Signaalwoorden

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Afzender +
adres
Naam bedrijf
t.a.v. G.Adresseerde
Adres


Plaats, datum
Betreft: korte omschrijving onderwerp
Geachte heer, mevrouw,
Geachte mevrouw Jansen,
Inleiding
Kern
Slot
Afsluitende zin
Je naam

Slide 4 - Drag question

Kies de juiste schrijfwijze voor de plaats en de datum in een zakelijke brief
A
Amsterdam 2 november 2016
B
Amsterdam, 2 November 2016
C
Amsterdam, 2 november 2016
D
Amsterdam, 2-11-2016

Slide 5 - Quiz

betogend artikel
Je probeert jouw lezers te overtuigen.
Doel: overtuigen

Slide 6 - Slide

Uit welke onderdelen bestaat een betogend of overtuigend artikel?
A
Titel, inleiding en kern
B
Titel en slot
C
Inleiding, kern en titel
D
Titel, inleiding, kern en slot

Slide 7 - Quiz

Inleiding


  1. Zorgt ervoor dat je de aandacht krijgt van de lezer van je betoog. Door bijvoorbeeld een anekdote, een actualiteit of de geschiedenis te gebruiken.
  2. Dan geef je het standpunt.
  3. Daarna schrijf je een verbindende zin naar de kern van het betoog. 'Veel argumenten kunnen dit standpunt onderbouwen.'

Voorbeeld van standpunt:
Mobieltjes tijdens de les is een onverstandige zaak.

Slide 8 - Slide

Kern
De kern bestaat uit verschillende alinea's met voorargumenten.

Elke alinea heeft een eigen argument. Geef steeds een voorbeeld of uitleg bij dit argument. Herhaal dan je argument. Gebruik het signaalwoord 'dus'.

Verbind de alinea's met signaalwoorden van opsomming.


Slide 9 - Slide

Alinea
Ten eerste zorgt een mobiel voor minder concentratie. (argument). Studenten voelen of zien steeds de notificaties die hun aandacht, ook ongevraagd, vragen (uitleg). Een mobiel maakt het dus minder geconcentreerd (herhaling argument)

Slide 10 - Slide

Kern
Ook geef je in alinea een tegenargument met een ontkrachting (weerlegging).

Er zijn mensen die vinden dat mobielen bij de huidige tijd horen (tegenargument). Dat is inderdaad zo, maar.....

Slide 11 - Slide

Slot
Herhaal het standpunt en in het kort je argumenten. Niet het tegenargument.
Schrijf een pakkende slotzin (uitsmijter)

Slide 12 - Slide

Slot
Herhaal in het slot kort maar krachtig jouw standpunt. 
Sluit af met een zin, waarbij jezelf denkt "als iemand dit leest, dan komt het helemaal goed".

Slide 13 - Slide

Voorbeeld goede opbouw
1. Alinea 1: Inleiding
Bijvoorbeeld iets uit eigen ervaring, een stukje geschiedenis, een actuele gebeurtenis of een combinatie van deze drie. Eindig de inleiding met de stelling.
2. Alinea 2: Uitwerking van het eerste argument + voorbeelden: Ten eerste…
3. Alinea 3: Uitwerking van het tweede argument + voorbeelden: Ten tweede…
4. Alinea 4: Argument tegen verwerpen – Nu zijn er veel mensen die zeggen: … Maar dat klopt niet, want…
5. Alinea 5: Conclusie (herhaal standpunt en belangrijkste argumenten): Kortom….

Slide 14 - Slide

1. Stelling -
2. Standpunt -
3. Argument -
4. Tegenargument -
5. Weerlegging -
Mobiele telefoons moeten verboden worden in klas.
Ik vind dat mobiele telefoon verboden moeten worden in de klas
Allereerst heeft onderzoek aangetoond dat het gebruik van mobiele telefoons slecht is voor de sociale sfeer in de klas.

Maar jongeren geven aan dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor het gebruik van hun mobiele telefoon. Zij kunnen zelf wel inschatten wanneer ze deze wel of niet moeten gebruiken.
In de praktijk blijkt dat de concentratie van studenten veel minder is als ze continue hun mobiele telefoon bij de hand hebben. Zij hebben zelf niet eens door welke informatie ze van de lessen missen. Dit heeft dan weer negatieve invloed op de cijfers

Slide 15 - Drag question

Informatief artikel
In een informatief artikel geef je achtergrondinformatie over een bepaald onderwerp. De tekst bevat alleen feiten, geen meningen. Zorg ervoor dat je lezer kan controleren waar de informatie vandaan komt.
doel: informeren

Slide 16 - Slide

Voordat je aan je stage begint, krijg je de opdracht een tekst te schrijven over je stagebedrijf. De tekst is bedoeld om andere studenten uitleg te geven over de branche, de geschiedenis van het bedrijf en de werkzaamheden. Welke tekstsoort past het best bij deze opdracht?
A
Advertentie
B
Betoog
C
Informatief artikel
D
Instructie

Slide 17 - Quiz

Wat is zijn functie van signaalwoorden in een tekst?
A
Signaalwoorden helpen de lezer.
B
Signaalwoorden geven structuur aan een tekst.
C
Signaalwoorden zorgen voor samenhang.

Slide 18 - Quiz

Signaalwoorden
Gebruik signaalwoorden voor een duidelijke structuur. In artikelen kun je bijvoorbeeld de volgende verbanden en signaalwoorden gebruiken:


opsomming: ten eerste, ten tweede, ook, verder, daarnaast, bovendien
tijd: eerst, toen, daarna, vervolgens, ten slotte, voordat, nadat
toelichting: bijvoorbeeld, zoals
voorwaarde: als, wanneer, tenzij, mits
vergelijking: als, zoals, even ... als, ... dan

Kijk in je methode voor meer uitleg

Slide 19 - Slide

Voorbereiden instellingsexamens: Spreken + gesprekken en schrijven
Houd een consistent verhaal;
Geef doel en doelgroep aan;
2F informatie over de opleiding, 3F informatie over een beroepsgerelateerd onderwerp.



Slide 20 - Slide

Voorbereiden instellingsexamens: Spreken + gesprekken en schrijven
Vragen hierover? Zet je vraag in de chat. Ik ga je zo bellen via Teams.

Iedereen die examen 'spreken + gesprekken' moet doen: mail ajb je presentatie in deze les. Ik kan je feedback geven. (Isa, Lisa, Finn, Jakko, Bart, Niels, Dex, Desley)



Slide 21 - Slide

Volgende lessen
  • Donderdag 20-4: 13.00 - 14.00 online les. Vragen stellen over examens. Alle studenten die examens nog moeten doen komen online. (Finn, Dex en Indra, hoe laat hebben jullie examens?)
  • Vanaf maandag 24-4: Iedereen altijd in de les. Geen vrijstelling voor taalkunst, wel voor examentraining. Dit geef ik dan aan.

Slide 22 - Slide