Les 6: Politiek in jouw omgeving

Macht




Maatschappijleer BK 3 - les 6
1 / 42
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Macht




Maatschappijleer BK 3 - les 6

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
...ken je de begrippen gemeente, burgemeester, wethouder, college van B&W, gemeenteraad. (R)
...weet je hoe de politiek in jouw gemeente werkt. (R/T1)
...weet je wat de taken van de gemeente zijn. (T1)

Slide 2 - Slide

Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.

Slide 3 - Slide

De gemeente
Op 1 januari 2021 zijn er in totaal 352 gemeenten in Nederland. 
Allemaal hebben ze hun eigen kenmerken, problemen en belangen.

Slide 4 - Slide

De gemeente
Iedere stad of dorp maakt dus deel uit van de gemeente. Deze bestaat uit:
  • De gemeenteraad.
  • De wethouders.
  • De burgemeester.
gemeenteraad
Hierin zitten de volksvertegenwoordigers van de gemeente. Zij stemmen over belangrijke besluiten en zij controleren het college van B&W.
wethouder
Zijn de ministers van de gemeente. Ze hebben een deel van de politieke verantwoordelijkheid in de gemeente. 
burgemeester
Is vergelijkbaar met de minister-president. Hij/zij is het hoofd van de gemeente en voorzitter van de gemeenteraad. Wordt benoemd door de minister van Binnenlandse Zaken (voor 6 jaar) en beëdigd door de koning. 
gemeente
Het bestuur van de stad en omliggende dorpen. In Nederland hebbenb we 352 verschillende gemeenten (met elk hun eigen bestuur).

Slide 5 - Slide

In welke gemeente woon jij?

Slide 6 - Open question

De gemeenteraad
De inwoners van de gemeente mogen elke vier jaar stemmen welke partijen er in de gemeenteraad komen. 
Naast de bekende partijen, doen er ook vaak lokale partijen mee aan deze verkiezingen. De gemeenteraad heeft twee taken:
  1. Stemmen over belangrijke besluiten.
  2. Controleren van het college van B&W.

gemeenteraad
Hierin zitten de volksvertegenwoordigers van de gemeente. Zij stemmen over belangrijke besluiten en zij controleren het college van B&W.
lokale
Ander woord voor plaatselijk, binnen een regio. Dus binnen een gebied.

Slide 7 - Slide

4

Slide 8 - Video

00:36
Hoe komt de gemeenteraad aan raadsleden?
A
Zij worden gekozen door de Tweede Kamer.
B
Zij worden gekozen door de koning.
C
Zij worden gekozen door de inwoners van de gemeente.
D
Zij worden gekozen door de burgemeester.

Slide 9 - Quiz

01:03
Wie moet de plannen van de gemeenteraad uitvoeren?
A
De koning
B
De Tweede Kamer
C
De burgemeester
D
De wethouder

Slide 10 - Quiz

01:17
Waar of niet waar?
Als je lid bent van de gemeenteraad heb je ook een gewone baan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

01:31
Waar houd de gemeenteraad zich mee bezig?
A
Met plannen die belangrijk zijn voor de gemeente.
B
Met het kiezen van een burgemeester.
C
Met het uitvoeren van plannen in de gemeente.
D
Met het kiezen van het nieuwe kabinet.

Slide 12 - Quiz

Welke politieke partijen zijn vertegenwoordigd in jouw gemeente?

Slide 13 - Open question

Welke lokale politieke partijen doen er mee in jouw gemeente?

Slide 14 - Open question

Welke landelijke politieke partijen doen er mee in jouw gemeente?

Slide 15 - Open question

De wethouders
Voor het dagelijks besturen van de gemeente zorgen de burgemeester en wethouders. De wethouder heeft een eigen werkterrein, zoals milieu of cultuur of sport of jongerenbeleid, etc. Hij/zij is verantwoordelijk voor de uitvoering van de plannen in de gemeente.

wethouder
Zijn de ministers van de gemeente. Ze hebben een deel van de politieke verantwoordelijkheid in de gemeente. 

Slide 16 - Slide

De burgemeester 
De burgemeester is heel belangrijk in de gemeente. 
  1. Hij/zij is de voorzitter van het college van B&W én de gemeenteraad. 
  2. Hij/zij is de eerste vertegenwoordiger van de gemeente. 
  3. Verantwoordelijk voor de veiligheid en openbare orde. Hij/zij is dus het hoofd van de politie en brandweer. Ook heeft hij/zij de leiding bij noodsituaties.
burgemeester
Is vergelijkbaar met de minister-president. Hij/zij is het hoofd van de gemeente en voorzitter van de gemeenteraad. Wordt benoemd door de minister van Binnenlandse Zaken (voor 6 jaar) en beëdigd door de koning. 
voorzitter
Persoon die de leiding heeft over een vergadering.
openbare orde
Alles wat er buiten op straat gebeurd. Als er bijvoorbeeld mensen zijn die rellen (dingen kapot maken), dan is dat een verstoring van de openbare orde. 
noodsituatie
Een gebeurtenis waarbij er groot gevaar is.

Slide 17 - Slide

Wie is de burgemeester in jouw gemeente?

Slide 18 - Open question

Wat is géén taak van de burgemeester?
A
Beslissen met welke plannen hij/zij het eens is.
B
Een vergadering van de gemeenteraad voorzitten.
C
Het openen van een nieuw museum.
D
Ingrijpen bij een uit de hand gelopen demonstratie.

Slide 19 - Quiz

Artikel
Burgemeester Groningen weigert club Koemannen

De oefenwedstrijd tussen FC Groningen en Everton hangt aan een zijden draad. Burgemeester Peter den Oudsten wil de wedstrijd op 22 juli verbieden. Met de club van Ronald en Erwin Koeman komen honderden supporters mee naar Groningen. De burgemeester maakt zich grote zorgen over de openbare orde en veiligheid. Den Oudsten heeft donderdag de gemeenteraad laten weten dat de wedstrijd niet door kan gaan.

Bron: Dagblad van het Noorden, 2017

hangt aan een zijden draad
Er zijn nog kansen, maar het scheelt weinig.
supporters
Mensen die een club/partij/etc. steunen.

Slide 20 - Slide

Welke taak van de burgemeester is van toepassing op het nieuwsartikel?
A
Het voorzitten van het college van B&W.
B
Het vertegenwoordigen van de gemeente.
C
Het handhaven van de openbare orde en veiligheid.
D
Het nemen van de leiding in een noodsituatie.

Slide 21 - Quiz

Het college van B&W
Alle wethouders en de burgemeester noemen we samen het college van B&W. Samen zijn zij verantwoordelijk voor het dagelijks besturen van de gemeente.
  • Zij moeten taken uitvoeren van de landelijke overheid.
  • Zij moeten taken uitvoeren van de gemeente.
college van B&W
B = burgemeester
W = wethouder
Het is de burgemeester en wethouders samen. Zij zijn verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur van de gemeente.

Slide 22 - Slide

Hoe noemen we de burgemeester en wethouders samen?
A
Het college van W&B.
B
Het college.
C
De gemeenteraad.
D
Het college van B&W.

Slide 23 - Quiz

gemeenteraad
Hier zitten de volksvertegenwoordigers van de gemeente. In elke gemeente zijn verschillende partijen die hun vertegenwoordigers hier hebben zitten. Ook hier zijn de 'aantal zetels' verdeeld over de gemeenteraad.
gemeenteraad
Hier zitten de volksvertegenwoordigers van de gemeente. In elke gemeente zijn verschillende partijen die hun vertegenwoordigers hier hebben zitten. Ook hier zijn de 'aantal zetels' verdeeld over de gemeenteraad.
spreekstoel
Hier staat de burgemeester of wethouder die praat tegen de gemeenteraad.
burgemeester en wethouders
Hier zitten de wethouders (de mensen die de gemeente dagelijks besturen) en de burgemeester (de voorzitter van de gemeente).
spreekstoel
Hier staat de persoon die praat tegen de gemeenteraad en college van B&W.

Slide 24 - Slide

Wie zit waar bij de gemeente Den Haag?
Gemeenteraadslid.
Burgemeester
Wethouder

Slide 25 - Drag question

Bekijk het schema hieronder. 
Vul de woorden in op de goede plek.
College van B&W
burgemeester
gemeenteraad
wethouders
legt verantwoording af aan
controleert
kiezers

Slide 26 - Drag question

Geef twee voorbeelden van dingen die je moet regelen bij het gemeentehuis.

Slide 27 - Open question

Wie wordt er gekozen door de mensen die in de gemeente wonen?
A
de burgemeester
B
de gemeenteraad
C
de ambtenaren
D
de wethouders

Slide 28 - Quiz

Welke twee taken heeft de gemeenteraad?
A
Stemmen over besluiten en het college van B&W controleren.
B
Stemmen over besluiten en de burgemeester benoemen.
C
Het college van B&W controleren en plannen uitvoeren.
D
Plannen uitvoeren en de burgemeester benoemen.

Slide 29 - Quiz

Waarom is het belangrijk dat de gemeenteraad een controlerende taak heeft?

Slide 30 - Open question

Waarom is het belangrijk dat de gemeenteraad een kan stemmen over plannen?

Slide 31 - Open question

Wie voert de plannen van de gemeenteraad uit?
A
De wethouder
B
De burgemeester
C
De minister
D
De burger van een stad

Slide 32 - Quiz

Met wie kan je de wethouder vergelijken?
A
Met de burgemeester.
B
Met een lid van de gemeenteraad.
C
Met de minister.
D
Met de minister-president.

Slide 33 - Quiz

In de onderstaande tekst ontbreken een aantal woorden. Kies uit de woorden hieronder en zet ze op de goede plek.
De gemeente wordt bestuurd door de ............................... die ....................... over belangrijke besluiten en het .......................................... controleert. De burgemeester wordt benoemd door de ..................... Samen met de wethouders voert hij deze besluiten uit en regelen de ................................ zaken. 
gemeenteraad
burgemeester
wethouders
regering
beslist
dagelijkse
college van B&W

Slide 34 - Drag question

Begrippen uit deze les
  • burgemeester
  • wethouder
  • gemeenteraad
  • gemeente

  • lokaal
  • voorzitter
  • openbare orde
  • noodsituatie
  • hangt aan een zijden draad
  • supporter

Slide 35 - Slide

Het hoofd van de gemeente noemen we de ...
A
wethouder
B
burgemeester
C
koning
D
gemeenteraadslid

Slide 36 - Quiz

De persoon die de verantwoordelijk is voor een deel van het gemeentebestuur is de ...
A
wethouder
B
burgemeester
C
koning
D
gemeenteraadslid

Slide 37 - Quiz

De persoon die het college van B&W controleert noemen we het ...
A
wethouder
B
burgemeester
C
koning
D
gemeenteraadslid

Slide 38 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit hoe het bestuur van de gemeente werkt.

Slide 39 - Open question

Noem de taken van de gemeente.

Slide 40 - Open question

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 41 - Open question

Stel 1 vraag over de lesstof die je niet goed hebt begrepen.

Slide 42 - Open question