Project P les 3 Geschiedenis en soorten

Gedichten door de jaren heen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Gedichten door de jaren heen

Slide 1 - Slide

Doelen van vandaag
  • Je leert wat een gedicht is.
  • Je kunt een gedicht herkennen door de opbouw en het rijm.
  • Je kunt van een gedicht een rijmschema maken.
  • Je kunt aan een ander uitleggen hoe een gedicht in elkaar zit en hoe je een rijmschema maakt .

Slide 2 - Slide

Vroeger
  • Toen mensen nog niet konden schrijven, werden verhalen verteld door (rijmende) gedichten en liederen te vertellen. 
  • Dat was makkelijker te onthouden en te vertellen.
  • Een verhalenverteller heette een minstreel.

Slide 3 - Slide

Rond 1750
  • Gedichten worden ook gebruikt bij opvoeding - omdat het makkelijker te onthouden is.
  • Hieronymus van Alphen schreef het eerste boek met kinderversjes.
  • De kinderen waren altijd superbraaf en deden alles goed. Zij moesten als voorbeeld dienen.

Slide 4 - Slide

Rond 1850
  • Kinderen zijn niet braaf.
  • Sprookjes eindigden meestal slecht.
  • Kinderversjes veranderden ook en werden levenslesjes: als je niet luistert, dan.... 
  • Piet de Smeerpoets.

Slide 5 - Slide

Versjes uit 'Piet'
  • Kinderen moesten wel iets leren.
  • Ging altijd over stoute dingen doen en de straf die je dan kreeg.
  • Gruwelijk... 
  • 2 voorbeelden.
  • Let ook op de afbeeldingen!

Slide 6 - Slide

Tsja,
Dan moet je maar doen wat je gezegd wordt....

Slide 7 - Slide

Is dit OK?
ja hoor!
nee, echt niet!

Slide 8 - Poll

NU
  • Nog steeds veel kinderboeken met versjes.
  • Annie MG Schmidt:  ik ben lekker stout.
  • Nijntje boeken.
  • Roald Dahl's gruwelijke rijmen.
  • Minder erg, geen straf, geen wijze lessen en heel veel humor. 

Slide 9 - Slide

Wat hoort er volgens jullie bij gedichten?

Slide 10 - Open question

Is het moeilijk of makkelijk om te dichten?
moeilijk
makkelijk

Slide 11 - Poll

Begrippen
  • Kort een paar begrippen bespreken.
  • Daarna aan de slag met rijm.

Slide 12 - Slide

Soorten gedichten
  • Liedjes
  • Sinterklaasgedicht
  • Grappige rijmpjes
  • Limericks
  • Poetry Slam
  • Kinderversjes
  • "Moeilijke poëzie"

Slide 13 - Slide

Gedichten
  • Rijm
  • Ritme / metrum
  • Er zijn veel minder regels dan in verhaal.
  • Ook liedjes, rap en poetry slam zijn soort van gedichten...  

Slide 14 - Slide

Opbouw
  • Kortere regels.
  • Nieuwe regel? Adempauze.
  • Daardoor ontstaan ritme en metrum.

Slide 15 - Slide

Opbouw 2
  • Een herhaald stukje heet een REFREIN (denk aan lied).
  • De 'alinea's' heten hier STROFES. 
  • RIJM KAN OP VERSCHILLENDE MANIEREN
  • Wij hebben het over eindrijm.

Slide 16 - Slide

Nijntje
Woorden aan einde zinnen rijmen. 
Dat heet EINDRIJM.
We kijken welke regels rijmen.

Dat is hier regel 2 en regel 4

Slide 17 - Slide

Rijmschema
  • We kijken naar de woorden op het einde.
  • Elke klank krijgt een letter van a-z.
  • Gelijke klank = gelijke letter.
  • Dan krijg je een schema:
  • uit = a
  • moe = b
  • onderweg = c
  • toe = b
schema:
abcb

Slide 18 - Slide

Dikkertje Dap
Regel 1 en 2 rijmen
Regel 3 en 4 rijmen

Slide 19 - Slide

Superguppie
  1. alle guppies die ik had
  2. zwemmen nu in onze kat
  3. nou ja, waarschijnlijk zijn ze dood
  4. hij viste zó 
  5. zó met zijn poot

Slide 20 - Slide

Samenvatting
  1. gedichten bestaan al lang
  2. kindergedichten waren eerst heel braaf
  3. en toen heel gruwelijk om een lesje van te leren
  4. nu kan eigenlijk alles wel
  5. gedichten hebben strofen/refreinen
  6. gedichten rijmen vaak
  7. je kan bij een gedicht een rijmschema maken van het EINDRIJM

Slide 21 - Slide

Wat heb je vandaag
geleerd over gedichten?

Slide 22 - Mind map