Beroepshouding

Professionele (beroeps)houding
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Professionele (beroeps)houding

Slide 1 - Slide

Inhoud
  • Interactief
  • Quiz
  • Filmpje 
  • Opdracht
  • Praktisch
  • Stel vooral veel vragen

Slide 2 - Slide

Doelen
• Het verschil uitleggen tussen eigen normen en waarden en beroepsmatige normen en waarden
• Twee voorbeelden benoemen waarin jou eigen normen en waarden verschilt met die van de beroepsgroep.
• Drie aspecten benoemen waar een (beroeps-) houding uit bestaat.
• In eigen woorden de relatie beschrijven van een professionele beroepshouding met beroepscode, beroepsprofiel, protocollen en richtlijnen, wet en regelgeving en IGJ.
• De beroepscode toepassen in praktijksituaties

Slide 3 - Slide

Er was eens........

Slide 4 - Slide

Beroepshouding

Slide 5 - Mind map

Professionele houding
  •  zachte kant van je professionele handelen
  • laten zien wie je bent en hoe je met zorgvragers en collega's om wilt gaan
  • je maakt zichtbaar vanuit welke persoonlijke betrokkenheid je in de zorg staat
  • hoe moreel gevoelig je bent
  •  door welke waarden je laat motiveren en inspireren.  

Slide 6 - Slide

Professionele houding
  • niet alleen van belang wát je doet
  • ook hoe je het doet
  • hoe je als persoon betrokken bent bij de zorg die je verleent
  • hoe jij aansluit op de manier waarop de zorgvrager in het zorgproces staat
  • op diens vragen, onzekerheid, op zijn angst en hoop, of op zijn soms onbegrijpelijke onverschilligheid.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Je beroepshouding is de houding waarover je in je beroep moet beschikken om je beroep goed te kunnen uitoefenen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

In de relatie tussen zorgvrager en verpleegkundige is sprake van wederzijde afhankelijkheid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Basis voor de beroepshouding vormen je eigen waarden en normen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Beroepshouding
Bepaalde, professionele houding waarover je dient te beschikken om je werk naar behoren uit te voeren.

Het gaat vooral over:
  • de manier waarop je je beroep uitoefent;
  • hoe je bij anderen overkomt;
  • welke verwachtingen er zijn vanuit je beroepsgroep.



Slide 12 - Slide

Een houding, ook een beroepshouding, omvat altijd drie aspecten:

  • gevoelsmatig aspect: je houding wordt bepaald door het gevoel dat de ander bij je oproept;
  • verstandelijk aspect: je houding wordt bepaald door wat je van de ander weet;
  • ethisch aspect: je houding wordt bepaald door wat jij wel en niet belangrijk vindt, door datgene waaraan je waarde hecht.


Slide 13 - Slide

Beroepshouding en beroepscode

  • het beroepsprofiel, met de omschrijving van de kennis en vaardigheden die je nodig hebt voor je beroep;
  • richtlijnen en protocollen van de beroepsgroep;
  • wet- en regelgeving, waaronder ook uitspraken in (tucht)rechtszaken;
  • richtlijnen van de inspectie;
  • de beroepscode, met (beroeps)ethische uitgangspunten en standpunten.




Slide 14 - Slide

In de praktijk
 

  • Hoe reageer je op zorgvragers?
  • Hoe werk je samen met collega’s?
  • Hoe pak je taken op?
  • Hoe ga je om met feedback van leidinggevenden?
  • Hoe reageer je op nieuwe plannen en voorstellen?




Slide 15 - Slide

De beroepscode geeft aan welke waarden de beroepsgroep in de beroepsuitoefening belangrijk vindt.
Integriteit
Betrokkenheid
Rechtvaardigheid
Respect
Niet schaden
Zelfbeschikking


Slide 16 - Slide

In de zorgverlening ga je in eerste instantie uit van de waarden en normen van de zorgvrager. Toch lukt dat niet altijd.

Wat wordt van jou als verpleegkundige in zo’n situatie verwacht?

Slide 17 - Open question

Vind jij dat je als verpleegkundige kennis moet hebben van alle verschillende culturen? Leg je antwoord uit.

Slide 18 - Open question

Openstaan begint al direct bij de eerste ontmoeting: daarom moet je oppassen bij je eerste indruk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Kernkwaliteiten
  • betrokkenheid
  • empathie
  • assertiviteit
  • representativiteit
  • integriteit

Slide 20 - Slide

Opdracht in groepjes

  • Haal elementen uit de beroepscode die te maken hebben met de beroepshouding.
  • Haal hier een praktijkvoorbeeld bij

  • Maak hier een mind map van 

Slide 21 - Slide

Doelen
• Het verschil uitleggen tussen eigen normen en waarden en beroepsmatige normen en waarden
• Twee voorbeelden benoemen waarin jou eigen normen en waarden verschilt met die van de beroepsgroep.
• Drie aspecten benoemen waar een (beroeps-) houding uit bestaat.
• In eigen woorden de relatie beschrijven van een professionele beroepshouding met beroepscode, beroepsprofiel, protocollen en richtlijnen, wet en regelgeving en IGJ.
• De beroepscode toepassen in praktijksituaties

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide