Individueel: Weerstand bij gemengde schakelingen

(individueel) Weerstand bij gemengde schakelingen
1 / 27
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

(individueel) Weerstand bij gemengde schakelingen

Slide 1 - Slide

Gemengde schakelingen

Slide 2 - Slide

Lange video vervangingsweerstand gemengde schakeling 

Slide 3 - Slide

Korte video vervangingsweerstand gemengde schakeling 

Slide 4 - Slide

Voorbeeld 1

Slide 5 - Slide

Voorbeeld 1a

Slide 6 - Slide

Op welk antwoord kom je uit?
A
6,7 Ohm
B
4,6 Ohm
C
3,4 Ohm
D
5,2 Ohm

Slide 7 - Quiz

Uitwerking voorbeeld 1a

Slide 8 - Slide

Voorbeeld 1b

Slide 9 - Slide

Op welk antwoord kom je uit?
A
76,7 Ohm
B
70 Ohm
C
30 Ohm
D
200 Ohm

Slide 10 - Quiz

Uitwerking voorbeeld 1b

Slide 11 - Slide

Voorbeeld 2
niveau VWO (zonder stappen)

Slide 12 - Slide

Voorbeeld 2
Niveau havo (met stappen)

Slide 13 - Slide

voorbeeld 2a: Totale weerstand (Rtot)
A
30 Ohm
B
70 Ohm
C
21 Ohm
D
14 Ohm

Slide 14 - Quiz

Uitwerking voorbeeld 2a 

Slide 15 - Slide

Uitwerking voorbeeld 2a

Slide 16 - Slide

voorbeeld 2a: Totale spanning (Utot)
A
30 Volt
B
70 Volt
C
42 Volt
D
35 Volt

Slide 17 - Quiz

Uitwerking voorbeeld 2b

Slide 18 - Slide

Stroom en spanningsregels serie en parallel
De batterij heeft dus een spanning van 42 V.
De spanningsregel voor een parallelschakeling zegt dat U1,2 = U3,4 = 42V.
Je kunt nu de stroom door beide takken uitrekenen:

I(1,2) = U/R1,2 = 42 / 30 = 1,4 A
I(3,4) = U/R3,4 = 42 / 70 = 0,6 A

Samen is dit weer de 2 A van de hoofdstroom (stroomregel parallelschakeling)

De stroom door R1 = de stroom door R2 (stroomregel serie) en is dus 1,4 A.
De stroom door R3 = de stroom door R4 (stroomregel serie) en is dus 0,6 A.

Voor de spanningen over de weerstanden geldt nu:
U1 = I * R1 = 1,4 * 10 = 14 V
U2 = I *R2 = 1,4 * 20 = 28 V
Samen is dit weer 42 V dat klopt
met de spanningsregel van serie.
U3 = I * R3 = 0,6 * 30 = 18 V
 U4 = I *R4 = 0,6 * 40 = 24 V
 Samen is dit weer 42 V dat klopt
 met de spanningsregel van serie. 

Slide 19 - Slide

Opdracht 3

Slide 20 - Slide

Even nog dit!
Natuurlijk mag je gebruik maken van de stappen op de volgende dia, maar wist je dat het verschil tussen vwo en havo de stappen zijn? In het vwo worden de meeste tussenstappen weggelaten en in de havo niet. 

Slide 21 - Slide

Volgorde berekeningen
(klik op 1-2-3-4) 
1
2
3
4

Slide 22 - Slide

Maak opdracht 3. Na inleveren kan je de getallenantwoorden opvragen.

Slide 23 - Open question

Uitwerking opdracht 3

Slide 24 - Slide

Uitwerking opdracht 3

Slide 25 - Slide

Uitwerking opdracht  3

Slide 26 - Slide

Uitwerking opdracht 3 

Slide 27 - Slide