Fictie 7 les 12 H38 Thema wk 41-1

Kevin
Ilse
Abel
Jelte
Elisa
Bente
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Kevin
Ilse
Abel
Jelte
Elisa
Bente

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welkom 
Doe je telefoon in de telefoontas. 
Ga op je vaste plek zitten. 
Pak je lesboek, schrift en etui.
Pak je leesboek. 
Laat de iPad in de tas. 
Geen tas op tafel.
Geen jas of kauwgom in het lokaal. 

Slide 3 - Slide

Vandaag


Stil lezen (altijd 'boek mee in de tas')
Herhaling H9 genres
Nakijken huiswerk
Uitleg H38 Thema's
Kahoot 1 werkwoordspelling bespreken
Keuze




Slide 4 - Slide

Stil lezen
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Te behandelen Kern P1
Taalverzorging
H27 Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
H28 Voltooid en onvoltooid deelwoord
H29 Onregelmatige en Engelse werkwoorden
H12, 13, 14, 43, 44

Fictie
H8, 9, 23, 24, 38, 39



Slide 6 - Slide

De lessen taalverzorging

Slide 7 - Slide

De lessen fictie

Slide 8 - Slide

Lesdoelen

Je leert wat thema's in een verhaal zijn. 

Slide 9 - Slide

Herhaling vorige les

Wat is een genre? 

Slide 10 - Slide

Huiswerk nakijken

H9 opdr. 5 t/m 9


Slide 11 - Slide

H38 thema's 

Samen lezen theorie blz. 154

Slide 12 - Slide

Thema van een verhaal
Een thema is de kortst mogelijke samenvatting van een verhaal:

  • Een sprookje             thema : een wijze les 
Eerlijk en eenvoud is belangrijk.

  • Harry Potter             thema: de strijd tussen goed en kwaad 
Harry Potter moet Voldemort bestrijden.

Slide 13 - Slide

Meerdere thema's
Een verhaal kan meerdere thema’s hebben, maar er is er altijd 1 die de overhand neemt. Dat het belangrijkste is:

Bijvoorbeeld 'Een weeffout in onze sterren' - John Green.
Twee tieners die verliefd op elkaar worden, maar ook ernstig ziek zijn. 
Thema: vriendschap, ziekte en dood. 

Slide 14 - Slide

Bepalen van een thema
Het onderwerp van een verhaal kun je vaak omschrijven in 1 woord.
Als je nauwkeuriger het verhaal wilt omschrijven, dus het thema wil verwoorden, heb je vaak meer woorden nodig. Vaak gebruik je hiervoor een korte zin. 

Stel jezelf altijd de volgende vragen;
- Wat is de ‘wijze les’ van dit verhaal?
- Wat wil de schrijver meegeven over het onderwerp?
- Wat ontdekt de hoofdpersoon in de loop van het verhaal? Verandert hij/zij in de loop van het verhaal van mening?

Oefenen aan de hand van twee filmtrailers. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Welk(e) thema(’s) zou je dit verhaal geven?

Slide 17 - Mind map

Thema Oorlogswinter
Oorlog?

verdriet
angst
vertrouwen

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Welk(e) thema(’s) zou je dit verhaal geven?

Slide 20 - Mind map

Huiswerk voor de volgende les

Noteer in je agenda:
Maken H38 opdr. 1 t/m 7

Slide 21 - Slide

Zijn voor jou de lesdoelen behaald

Slide 22 - Slide

Kahoot quiz 1
Samen bespreken.

Slide 23 - Slide

Aan de slag
Kies wat je gaat doen:

  • Doe het bordspel werkwoordspelling in een groepje van vier
  • Maak een boekenlegger
  • Ga lezen
  • Ga aan de slag met je PO
  • Maak je huiswerk 
  • Oefen de werkwoordspelling, er ligt een opdracht op de tafel

Slide 24 - Slide

Is de opdracht duidelijk?

Slide 25 - Slide

Volgende les

We gaan verder met fictie H38
Thema's

Slide 26 - Slide

Zijn voor jou de lesdoelen behaald

Slide 27 - Slide

Hoe ging deze les?
Wat heb je geleerd vandaag?

Wat vond je leuk aan deze les? 

Heeft iemand vragen?

Slide 28 - Slide

Fijne dag

Slide 29 - Slide