Examentraining lezen

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Nederlands

Doelen

Je weet hoe een examentekst van het CE eruit ziet. 

Je kunt vragen beantwoorden naar aanleiding van een examentekst. 

Je weet hoe je een examentekst aanpakt. 

Oefentekst lezen 2F

Informatie algemeen

- 90 minuten

- onderdeel lezen en onderdeel luisteren

- meerkeuzevragen

- onderdelen mag je door elkaar maken

- altijd antwoord geven

- ID meenemen

Examentekst lezen

- Oriënteer op de tekst

- Intensief lezen

-Vraag lezen > wat denk je?

-Zoekend lezen

- Antwoord invullen

Kleding

Leestekst 'Onderzoek: kleding grootste uitgavenpost 

voor jongeren.' uit het voorbeeldexamen 2021-2022. 

Stap 1: Oriënterend lezen

Stap 2: Intensief lezen

Stap 3: Vraag bekijken

Stap 4: Zoekend lezen

Stap 5: Antwoord invullen

Stap 1: Oriënterend lezen

Stap 2: Intensief lezen

Lees de tekst. 

Staan er moeilijke woorden in die je niet aan een ander kunt uitleggen?

Zet deze in de volgende sheet.

Moeilijke woorden tekst

Stap 3 t/m 5

3: Vraag bekijken

4: Zoekend lezen

5: Antwoord invullen

Vraag 1

Welk onderschrift hoort bij de grafiek?

1. % budget huisvesting
2. % budget media
3. % budget uitgaan

Antwoord

Vraag 2

Waar of niet waar?
Schrijf je antwoord zo op:
1 =
2 =

Antwoord

Vraag 3

Wat kenmerkt de generatie Y volgens Joeri van den Bergh?

1. Deze generatie wil een goed salaris hebben en heeft behoefte aan luxe artikelen.
2. Deze generatie wil genieten van het leven in combinatie met een goede financiële situatie.
3. Deze generatie wil niet tot op een hoge leeftijd werken en hecht veel waarde aan vrijheid.

Antwoord

Vraag 4

Met welke conclusie sluit de schrijver de tekst af?

1. In het leven van de Nederlandse jongeren speelt geld een grote rol in vergelijking met jongeren in andere landen.
2. Met name voor jongeren uit Europese landen is het een heel belangrijk doel in het leven om zo snel mogelijk geld te verdienen.
3. Voor Nederlandse jongeren is geld verdienen belangrijk, maar de meerderheid vindt dat er belangrijkere dingen zijn.

Antwoord

Afsluiting

Vragen over het examen?