Les 3 Stemmen


Burgerschap

Welkom

(hoe) moet je stemmen?
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson


Burgerschap

Welkom

(hoe) moet je stemmen?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe zat het ook alweer met politieke partijen? 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Na deze les kan je...
...vertellen welke verschillende verkiezingen er in Nederland worden gehouden
...het proces van de verkiezingen uitleggen 
...uitleggen hoe en waar het volk wordt vertegenwoordigd in de politiek
...onderbouwen waarom jij wel of niet zou stemmen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe we dat gaan doen...
  • Instructie
  • Samenwerkingsopdracht 
  • Kort presenteren
  • Stellingen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wanneer waren de laatste verkiezingen? 

En waarvoor? 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions



Tweede Kamer  





Landelijk
En waar nog meer? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


Tweede Kamer  

Gemeenteraad

Provinciale Staten

Europees Parlement


Landelijk

Gemeente

Provincie

Europa 

Slide 8 - Slide

Bij Europees Parlement vertel ik dat de NLse politieke partijen zich hebben aangesloten bij grotere fracties (waar dus ook andere partijen uit andere landen bij horen), waar je op stemt

Op het bord schrijf ik nu het waterschap en leg daarbij uit dat niet precies dezelfde partijen deelnemen zoals bij de andere verkiezingen.

Waterschappen 
in Nederland
Nu op zoek naar jouw waterschap 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Link

This item has no instructions

Waarom wordt dit nu allemaal gedaan? 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Waarom wordt dit nu allemaal gedaan? 


Het volk wordt vertegenwoordigd

Volksvertegenwoordiging

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Kiesrecht
Actief  kiesrecht
Passief  kiesrecht

Lijsttrekker

Lijstduwer


Verkiezingskandidaat die ergens onderaan (vrijwel onverkiesbaar) de kieslijst staat, maar wel veel stemmen verwacht te trekken  
GW artikel 4
Recht om een stem uit te brengen
Recht om verkozen te worden

Leider van een politieke partij; staat bovenaan de kieslijst

Slide 13 - Slide

Lijstduwers zijn vaak bekende mensen die niet verkozen willen worden, maar wel bij willen dragen. Voorbeelden: Maarten van der Weijden voor de VVD; Babette van Veen voor de PvdD; Maarten van Rossum voor de PvdA
Hoeveel verkiezingen worden er in Nederland gehouden?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Het waterschap en de provincie zijn hetzelfde
Ja
Nee

Slide 15 - Poll

This item has no instructions

Lijsttrekker 
Lijstduwer
Partijleider; staat helemaal bovenaan de kieslijst
Iemand die waarschijnlijk niet zal worden verkozen, maar wel op de lijst staat

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Als je naar het stembureau gaat om te stemmen maak je gebruik van je
... kiesrecht
A
Actief
B
Passief

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Dus als je je verkiesbaar stelt maak je gebruik van je ... kiesrecht
A
Actief
B
Passief

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht
Jullie gaan in 5 groepen een puzzel maken waaruit moet blijken hoe elke verkiezing verloopt. Elke groep krijgt één puzzel, lost deze op en bereidt vervolgens een korte presentatie voor waarin de informatie wordt uitgelegd.  

Verdeel de volgende taken: 
Tijdbewaker, notulist, presentator(en), fact-checker(s)


Slide 19 - Slide

Notulist maakt aantekeningen als het nodig is (kan bv handig zijn voor het presenteren)

Fact-checkers zorgen dat de informatie juist is (zij mogen het handboek gebruiken, de website parlement.com, ProDemos.nl en overheidswebsites zoals kiesraad.nl, tweedekamer.nl en rijksoverheid.nl)

Tijdbewaker en presentator spreken voor zich
Vertel!

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Kiesrecht betekent dat je mag gaan stemmen

Staan = waar
Zitten = niet waar

Slide 21 - Slide

Strikvraag, eigenlijk het waar én niet waar: het betekent natuurlijk ook dat je je verkiesbaar mag stellen
De Eerste Kamerleden worden gekozen via verkiezingen

Staan = waar
Zitten = niet waar

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

De regering hoort bij de volksvertegenwoordiging

Staan = waar
Zitten = niet waar

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Bij de volgende verkiezingen ga ik (als ik kan/mag) stemmen

Staan = waar
Zitten = niet waar

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Afronding P3
Herkansing P1 / P2: 9 maart 

Digitale toets (+ alle opdrachten in Studiemeter!): in toetsweek
Groepsopdracht politieke partij: 14 april

Volgende week mee aan de slag

Slide 25 - Slide

This item has no instructions


Dank voor vandaag! 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions