3H Chapitre 1 bron C L'adjectif possessif

Lundi le 21 septembre
Interro voca A (demain)
le verbe avoir
gram C
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lundi le 21 septembre
Interro voca A (demain)
le verbe avoir
gram C

Slide 1 - Slide

Het bezittelijk voornaamwoord.
Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan dat iets van iemand is.
In het Frans hangt de vorm af van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.

Slide 2 - Slide

Wat zijn bezittelijke voornaamwoorden
in het Nederlands?

Slide 3 - Mind map

Ken je het schema nog?
le/l'
la
les
mijn
mon
ma
mes
jouw
ton
ta
tes
zijn/haar
son
sa
ses
ons/onze
notre
notre
nos
jullie/uw
votre
votre
vos
hun
leur
leur
leurs

Slide 4 - Slide

Vul het bezitt. vnw in:
(jouw) soeur
A
ton
B
ta
C
tes
D
sa

Slide 5 - Quiz

(ons) maison
A
notre
B
votre
C
nos
D
vos

Slide 6 - Quiz

(hun) livres
A
notre
B
ses
C
leur
D
leurs

Slide 7 - Quiz

(mijn) frère
A
mon
B
ma
C
mes
D
son

Slide 8 - Quiz

(uw) filles
A
notre
B
votre
C
nos
D
vos

Slide 9 - Quiz

(zijn) mère
A
son
B
sa
C
ses
D
ma

Slide 10 - Quiz

(jouw) amie
A
ton
B
ta
C
tes
D
son

Slide 11 - Quiz

(haar) père
A
son
B
sa
C
ses
D
ton

Slide 12 - Quiz

Au travail!
Tu fais bloc C: ex. 13, 14, 15
Tu fais bloc E: ex. 19(a,b,c,d), 20, 21(a, b)
Tu révises voca A+B et le verbe aller (présent et pc) 
Tu apprends gram C et voca E

Slide 13 - Slide