1e 22-05

Programma 1e woensdag

  1. Lezen. 
  2. Lesson up.
  3. Zelfstandig werken.
  4. Pauze.
  5. Verder aan je huiswerk voor maandag.
  6. Nakijken opdracht 7 (was huiswerk).
  7. Kahoot.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Programma 1e woensdag

  1. Lezen. 
  2. Lesson up.
  3. Zelfstandig werken.
  4. Pauze.
  5. Verder aan je huiswerk voor maandag.
  6. Nakijken opdracht 7 (was huiswerk).
  7. Kahoot.

Slide 1 - Slide

27 mei DOK bezoek
Dok Voorhof (niet tegenover de Pathé).
10:50 voor de ingang.
Adres > zie SOM. Je gaat er zelf heen

Slide 2 - Slide

Lezen in je leesboek

  • 5 minuten
  • in stilte

27 mei moet je boek uit zijn. Dan gaan we naar DOK.


Slide 3 - Slide

Mededeling
  • 29 mei > toets Lezen 2.
  • In Som2day (bij de les van 29 mei) staat een samenvatting van het hoofdstuk.
  • Je hoeft het niet uit je hoofd te leren! Het gaat erom dat je de stof snapt.
  • Begin op tijd. Leer bijvoorbeeld per dag 1 les. Je hebt dan dus 5 dagen nodig om te leren.

Slide 4 - Slide

5 leesmanieren
  • Scannend lezen > je bekijkt het tekstgeraamte.
  • Zoekend lezen > je zoekt naar informatie in een tekst. 
  • Kritisch lezen > je bedenkt of het wel waar is wat de schrijver beweert.
  • Ontspannend lezen > je leest voor je plezier.
  • Grondig lezen > de hele tekst lezen.

Slide 5 - Slide

Je kunt digitaal of op papier lezen.

Daarover gaat de volgende Lesson up.
Pak je Chromebook en log in met je eigen naam.

Slide 6 - Slide

Wat betekent "digitaal"?

Slide 7 - Mind map

Digitaal = op een beeldscherm

Slide 8 - Slide

Welke verschillen kun je bedenken tussen het lezen van digitale teksten en teksten op papier?

Slide 9 - Open question

Wat geldt niet voor een papieren tekst?
A
Je kunt hele pagina's in 1 keer zien.
B
Je kunt automatisch zoeken naar een woord. Daardoor kun je het woord heel snel vinden.
C
Je kunt makkelijk woorden onderstrepen.

Slide 10 - Quiz

Een paar voordelen van een digitale tekst

  1. In een digitale tekst kun je heel snel een woord zoeken met de sneltoet CNTR+F. 
  2. Je kunt inzoomen.

Slide 11 - Slide

Bedenk 1 nadeel van een digitale tekst.

Slide 12 - Open question

Lees jij teksten liever digitaal (van een beeldscherm) of op papier? Waarom?

Slide 13 - Open question

Zelfstandig werken
  • Maak opdracht 1 t/m 4 van les 4.
  • 10 minuten muisstil. Daarna mag je zachtjes overleggen.
  •  20 minuten de tijd. Je moet dus doorwerken!

Klaar? Lezen in je leesboek.
timer
10:00

Slide 14 - Slide

Na de pauze
Veder aan huiswerk.
Bespreken.
Kahoot.

Slide 15 - Slide

Zelfstandig werken + huiswerk
  • Maak de opdrachten van les 4 af (allemaal).
  • Dat is je huiswerk voor maandag.

Slide 16 - Slide

Opdracht 3 en 4 bespreken

Slide 17 - Slide

Denk aan je huiswerk voor maandag

Les 4 af.

Slide 18 - Slide

Kahoot
Hoe goed ken je meneer Broomans inmiddels?

Slide 19 - Slide

Als je je niet aan de regels houdt
1 streepje = waarschuwing.
2e streepje = Regels overschrijven.
3e streepje = nablijven.

Slide 20 - Slide

Regels in de klas
  1. Tijdens de opstart + uitleg praat je alleen als je je vinger opsteekt en je de beurt krijgt.
  2. Je bent geconcentreerd met je werk bezig.
  3. Als we het lokaal verlaten, staan de tafels recht en zijn de stoelen aangeschoven.
  4. We gaan respectvol om met de docent om.


Slide 21 - Slide

Als je je niet aan de regels houdt
1 streepje = waarschuwing.
2e streepje = Regels overschrijven.
3e streepje = nablijven.

Slide 22 - Slide