H2P1

Vraag naar producten
Je begrijpt hoe de vraaglijn werkt
Je kunt werken met een vraagvergelijking en het verloop van de vraaglijn uitleggen. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vraag naar producten
Je begrijpt hoe de vraaglijn werkt
Je kunt werken met een vraagvergelijking en het verloop van de vraaglijn uitleggen. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Playstation 5
Ontzettend veel vraag, grote hype. 

Tekort aan chips om het te produceren, dus het aanbod is niet heel hoog. 

Gevolg: hoge prijzen, door de werking van vraag en aanbod

Slide 3 - Slide

Wet van de vraag 
Hoe hoger de prijs, hoe lager de vraag naar producten.

Qv = -10P + 500 (Vraagvergelijking)
Qv = gevraagde hoeveelheid
P = prijs
Stel, de prijs is €20, dan bereken je eenvoudig dat de vraag (-10 x 20) + 500 = 300 is

Slide 4 - Slide

LEREN
Qv = Gevraagde hoeveelheid
P = Prijs

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Vraaglijn dalend
Hoe hoger de prijs, hoe lager de vraag

Hoe lager de prijs, hoe hoger de vraag


De vraaglijn verloopt dus dalend (zie vorige slide)

Slide 7 - Slide

Vraaglijn tekenen in schrift
Bakker Siss & Bro heeft de vraagvergelijking: Qv = -200 P + 1600
1) Bereken QV bij een prijs van €2,-
2) Bereken Qv bij een prijs van €1,-
3) Bereken Qv = 0
4) Bereken P = 0
5) Teken een assenstelsel met P verticaal en Q horizontaal en teken de punten

Slide 8 - Slide

Maken vraag 1,2,3 en 4
Hoofdstuk 2, paragraaf 1

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Factoren invloed op vraag
Substitutiegoederen: Als de prijs van een appel stijgt, stijgt de vraag naar sinasappels. (Substituut = vervangend)

Complementaire goederen: Als de prijs van een ps5 stijgt, daalt de vraag naar ps5 spellen. (Horen bij elkaar) 

Slide 11 - Slide

Hamsteren!

Slide 12 - Slide

Verandering van de lijn
Rode lijn = vraag naar appels

Prijs sinasappels stijgt, daardoor meer vraag naar appels:

Vraaglijn verschuift naar rechts

Slide 13 - Slide

Factoren

Inkomen/budget: Meer inkomen = meer vraag

Externe factoren: December ligt er ijs --> Vraag naar chocomelk stijgt

Bevolking groeit --> er komt meer vraag naar appels

Slide 14 - Slide

Verschuiven over/langs de lijn
De prijs verandert.
De prijs staat in de figuur op de y-as.
Dus lees je af langs de lijn.

Als de prijs van een appel stijgt
wordt er minder van gekocht

Slide 15 - Slide

Paragraaf 1
1 t/m 10

Slide 16 - Slide