H3.2 - Les 12: Hoge- en lagedrukgebieden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

4 MAVO

Hoofdstuk 3

Het weer en het klimaat

Paragraaf 2

Hoge- en lagedrukgebieden

---

M. Zeelenberg

[e-mail]

Wat gaan we doen vandaag?

Herhaling: Temperatuurfactoren in de V.S.

Nieuw: Hoge- en lagedrukgebieden in de V.S.

Lesdoelen van de vorige les

1. Je kunt de 5 temperatuurfactoren benoemen.
2. Je kunt het verband uitleggen tussen de ligging van de gebergten  (1) in de V.S. en het voorkomen van extreme weersomstandigheden (2).
3. Je kunt op de kaart van de V.S. verschillen in klimaat verklaren aan de hand van de temperatuurfactoren.
4. Je kent figuur 1 van paragraaf 3.1 uit je hoofd.

CHECK

INTEKENBOEKJE

Breedteligging

Bergen

Aan- en aflandige wind

Breedteligging

Lesdoelen van vandaag

1. Je kunt de twee regels van de wet van Buys Ballot benoemen.
   
2. Je kunt de ligging van de 7 drukgordels op aarde tekenen.
   
3. Je kunt het wereldwijde windsysteem intekenen in een kaartje met de drukgordels.
   
4. Je weet dat de winden rond de evenaar passaatwinden worden genoemd.
   
5. Je weet hoe je een windrichting moet benoemen.

Corioliseffect

Corioliseffect

Door de draaiing van de aarde gaat de wind nooit in een rechte lijn maar krijgt een afwijking.

DE WET VAN

BUYS BALLOT

Je kunt de twee regels van de wet van Buys Ballot benoemen.

Deze vraag komt vrijwel elk jaar voor in het SE + eindexamen.

DE WET VAN

BUYS BALLOT

NEEM OVER:

1. Wind stroomt op het aardoppervlak altijd van hogedrukgebied naar lagedrukgebied.
   
2. Op het noordelijk halfrond krijgt de wind een afwijking naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links (met de wind in je rug).
   

H                                                              L

Wereldwijde luchtdrukgordels

Je weet hoe je een windrichting moet benoemen.

WINDY

http://www.windy.com/?51.939,4.433,5

Lesdoelen van vandaag

1. Je kunt de twee regels van de wet van Buys Ballot benoemen.
2. Je kunt de ligging van de 7 drukgordels op aarde tekenen.
3. Je kunt het wereldwijde windsysteem intekenen in een kaartje met de drukgordels.
4. Je weet dat de winden rond de evenaar passaatwinden worden genoemd.
5. Je weet hoe je een windrichting moet benoemen.

Aan de slag!

• Lees H3.2: Hoge- en lagedrukgebieden
• Tot 61 is af voor morgen!

Regels wanneer je aan het werk bent:

• Je werkt alleen en in stilte.
• Je steekt je vinger op als je iets wilt vragen.
• GEEN TELEFOONS.

Klaar? Ga aan de slag voor het SE, wat wil je nog weten?

HUISWERK MORGEN

Maak H3.2 van de kennen- en kunnenlijst:

Nummer 57 t/m 61

Zijn er nog vragen?

Je kunt ze klassikaal stellen

Je kunt mij mailen; [e-mail]

Je kunt me altijd opzoeken op school; 

aanwezig op maandag t/m donderdag