Oefenen recensie schrijven argumenten

Welkom!
Ga zitten op je plek en neem voor je:
Startopdracht: lees uit je leesboek
- Je Nieuw Nederlands boek
- Pen en schrift
timer
15:00
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Welkom!
Ga zitten op je plek en neem voor je:
Startopdracht: lees uit je leesboek
- Je Nieuw Nederlands boek
- Pen en schrift
timer
15:00

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
1. Mededelingen
2. Terugblik op de vorige les
3. Lesdoel
4. Aan de slag
5. Evaluatie

Slide 2 - Slide

Mededelingen
Zijn er dingen die ik moet weten?

Slide 3 - Slide

Terugblik
We hebben de film afgekeken en je bent begonnen aan het maken van een samenvatting.

Slide 4 - Slide

Lesdoel
1. Ik kan me voorbereiden op het schrijven van een recensie, omdat ik nu weet hoe ik een recensie moet schrijven.

Slide 5 - Slide

Wat is een recensie?
Een bespreking van, in dit geval, een boek. 

https://www.filmtotaal.nl/recensie/18437

Slide 6 - Slide

Hoe schrijf je een recensie?
1. Begin met een korte samenvatting

Wees kort en bondig. Zorg ervoor dat de samenvatting maximaal 1/5de deel van de recensie in beslag neemt.

Slide 7 - Slide

2. Wat waren de plus- en minpunten van het boek?

Vervolgens begin je met het schrijven van de recensie. Wat viel je op aan het boek? Wat vond je ontzettend goed en wat vond je minder goed? Probeer verschillende punten te benoemen.

Slide 8 - Slide

3. Beargumenteer wat je wel en wat je niet goed vond

De plus- en minpunten beargumenteren.

Slide 9 - Slide

4. Verklap geen spoilers in jouw recensie

Lezers willen van jou weten of ze het boek wel of niet moeten oppakken in de winkel of bibliotheek

Slide 10 - Slide

5. Eindig met een conclusie

Een recensie eindigt altijd met een conclusie. Vat de plus- en minpunten die je eerder benoemd hebt kort samen in de conclusie.

Slide 11 - Slide

6. Lees de recensie door op spelfouten

Lees de recensie nog een keer rustig door als je hem geschreven hebt

Slide 12 - Slide

Wat voor soort argumenten moet je gebruiken?
De werkelijkheid
a. Het thematische argument = (aspect van de) inhoud is goed
b. Het afspiegelingsargument = de werkelijkheid klopt
c. Het morele argument = een positieve morele strekking

Slide 13 - Slide

De auteur
a. Het expressieve argument = de auteur komt als persoon terug
b. Het intentionele argument = de auteur realiseert zijn bedoelingen

Slide 14 - Slide

  Een kunstwerk
a. Het compositorische argument = de structuur
b. Het stilistische argument = het taalgebruik
c. De lay-out en illustraties = het uiterlijk en de plaatjes

Slide 15 - Slide

Het effect op de lezer
a. Het emotionele argument = emotie
b. Het identificatieargument = herkenning
c. Het adaptieargument = adequaat aangepast op de lezer
d. Het vormingsargument = de kennis en ervaring van de lezer worden verrijkt
e. Het bevoogdingsargument = geen bevoogding of betutteling

Slide 16 - Slide

Vergelijking
a. Het originaliteitsargument = onderscheiden
b. Het traditieargument = aansluiten of bijvoegen van elementen op traditie
c. Het relativeringsargument = vergelijken met andere boeken

Slide 17 - Slide

Schrijf een oefenrecensie
Over de film Oorlogswinter

Slide 18 - Slide

Lesdoel
1. Ik kan me voorbereiden op het schrijven van een recensie, omdat ik nu weet hoe ik een recensie moet schrijven.

Slide 19 - Slide

Evaluatie
Wat ging er goed deze les?
Wat kan er de volgende keer beter?
Heb ik nog vragen?

Slide 20 - Slide