TA Spijsvertering overzicht

Spijsvertering voor de TA
Voedingsstoffen: soorten, opbouw en functie

Organen spijsverteringsstelsel

Spijsvertering mond- en keelholte, slokdarm en maag

Relatie met gebit / mondgezondheid

1 / 44
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Spijsvertering voor de TA
Voedingsstoffen: soorten, opbouw en functie

Organen spijsverteringsstelsel

Spijsvertering mond- en keelholte, slokdarm en maag

Relatie met gebit / mondgezondheid

Slide 1 - Slide

Zie Hoofdstuk 6 uit het boek "Anatomie en Fysiologie" van Baar.

Slide 2 - Slide

Etiketten lezen

Slide 3 - Slide

MACROnutriënten: belangrijkste functies
koolhydraten
eiwitten
vetten
Vooral brandstof
Brandstof, basis voor hormonen, oplosmiddel voor vitaminen, isolatiemateriaal
Bouwstof, hulpstoffen, in noodgeval brandstof

Slide 4 - Drag question

MACROnutriënten: waar zitten ze in?
koolhydraten
eiwitten
vetten
Brood, pasta, rijst
Boter, olie, kaas
Vlees, vis, peulvruchten, noten

Slide 5 - Drag question

MACROnutriënten: waaruit zijn ze opgebouwd?
koolhydraten
eiwitten
vetten
Monosacchariden zoals glucose
Glycerol en vetzuren
Aminozuren

Slide 6 - Drag question

Schijf van 5  - Voedingscentrum.nl

Slide 7 - Slide

Wat is spijsvertering?
  • Spijsvertering = voedsel vertering in het lichaam
  • Voedingsstoffen afbreken zodat ze kunnen worden opgenomen in het bloed. 
  • Bv: zetmeel afbreken tot glucose, of eiwitten afbreken tot aminozuren.
  • Spijsverteringskanaal; Mond, keelholte, slokdarm, maag, dunne darm en dikke darm 

Slide 8 - Slide

 Hoe goed ken je de anatomie van het spijsverteringsstelsel?
Sleep de namen naar de juiste plek.
Slokdarm
Lever
Dikke darm
Galblaas
Maag
Alvleesklier
Dunne darm
Endeldarm
Blinde darm

Slide 9 - Drag question

Mond
  • Kauwen: voedsel fijn maken
  • Proeven: smaak (tong) en reukorgaan
  • Speeksel

Slide 10 - Slide

Speeksel
Wordt gevormd in de speekselklieren -->

Maakt voedsel vochtig zodat je het makkelijker door kunt slikken

Bevat het enzym amylase dat zetmeel afbreekt

Neutraliseert zuur uit dranken en voeding

Beschermt de gebitselementen

Speeksel is bacteriedodend.

Slide 11 - Slide

Speekselklieren (glandula)
  • 1: Glandula Parotis (oor-speekselklier)
  • 2: Glandula submandibularis (onderkaak- speekselklier)
  • 3: Glandula sublingualis (onder-tong-speekselklier)


Slide 12 - Slide

Soorten speeksel
Geproduceerd in....
Sereus speeksel
Waterig
Oorspeekselklier, onderkaakspeekselklier
Muceus speeksel
Slijmachtig
Onderkaakspeekselklier, ondertongspeekselklier

Slide 13 - Slide

Glandula parotis
1
2
3
Glandula sublingualis
Glandula submandibularis

Slide 14 - Drag question

Vertering van zetmeel (koolhydraat, zit in brood, aardappelen etc) start al in de mondholte door het enzym amylase

Slide 15 - Slide

Tot welke groep voedingsstoffen behoort zetmeel?
A
Vitamines
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Koolhydraten

Slide 16 - Quiz

Welk enzym vind je in speeksel?
A
Amylase
B
Lipase
C
Proteinase
D
Zuurbase

Slide 17 - Quiz

Welke medicijnen kunnen de speekselproductie verminderen?

Slide 18 - Mind map

Keelholte en strottenhoofd
In de keelholte zitten de huig en het strottenklepje.

De huig: sluit de neusholte af je inslikt. 

De strottenklep: sluit de luchtpijp af als je slikt

In het strottenhoofd zitten de stembanden.

Slide 19 - Slide

Slikproblemen (dysfagie)
Kunnen gevolg zijn van bv.....

  • Ziekte van Parkinson
  • Beroerte (CVA)
  • Hoofd- halskanker






Slide 20 - Slide

Slokdarm
  • Spieren die samentrekken en ontspannen (peristaltiek)
  • Verbinding tussen mond en maag 
  • Ongeveer 30 cm lang
  • Vervoeren van voedsel van mond naar maag duurt ongeveer 10 seconden
  • Sluitspier / klepje tussen slokdarm en maag voorkomt reflux

Slide 21 - Slide

Maag
  • Elastische gespierde zak
  • Kan uitzetten en krimpen
  • Wand heeft een beschermende slijmlaag
  • Bewaren voedsel totdat het naar de darmen kan (2 a 3 uur)
  • Pylorus (maagportier) geeft beetjes voedsel door richting twaalfvingerige darm (dunne darm)

Functies van de maag:
  • Verder kneden en fijnmaken van voedsel
  • Afbreken van eiwitten
  • Doden van bacteriën

Slide 22 - Slide

Maagsap
Maagsap bestaat uit:
  • Pepsine: enzym dat eiwitten verteert
  • Zoutzuur: bacteriedodend en helpt bij het verteren van eiwitten
  • Intrinsic factor: nodig voor opname vit.  B12 
  • Water en slijm: oplosmiddel en verdunning

pH van maagsap = 1 a 2
Lage pH = hoge zuurgraad
Sterk zuur dus!

Slide 23 - Slide

Wat doet de maag met het voedsel?
A
Tijdelijke opslag
B
Kneden en mengen met maagzuur
C
Vervoeren naar twaalfvingerige darm

Slide 24 - Quiz

Wat is waar over het maagsap?
A
Heeft een hoge zuurgraad, dus een hoge pH
B
Heeft een lage zuurgraad, dus een lage pH
C
Heeft een lage zuurgraad, een hoge pH
D
Heeft een hoge zuurgraad, dus een lage pH

Slide 25 - Quiz

De maag en NSAID's
NSAID's  zijn medicijnen met pijnstillende en ontstekingsremmende werking. bv:
  • Ibuprofen
  • Naproxen
  • Diclofenac

Kunnen maagklachten veroorzaken

Bij NSAID's wordt daarom vaak ook een maagbeschermer voorgeschreven

Slide 26 - Slide

Relatie tussen de maag en mondgezondheid:
Reflux = ongewenst terugstromen van maagsap naar de slokdarm en mondholte.

  • Klachten aan slokdarm
  • Heesheid en keelpijn
  • Tanderosie

Volgende slide: filmpje over refluxklachten -->

Slide 27 - Slide

0

Slide 28 - Video

Eetstoornis: boulimia nervosa
- Problematische relatie met eten
- Verstoord zelfbeeld
- Gevoelens van schuld en schaamte
- Vaak onzichtbaar
- Eetbuien
- Compensatiegedrag:
     - Laxeermiddelen
     - Expres overgeven

Ongeveer 22.000 mensen lijden in Nederland aan boulimia nervosa. 
Ieder jaar komen er in Nederland circa 2200 mensen met boulimia bij. 
95% daarvan is vrouw.

https://www.dentalinfo.nl/thema-a-z/voeding-en-mondgezondheid/bewustzijn-boulimia-en-gebitsslijtage/

Slide 29 - Slide

Boulimia en erosie
Zie je een sterke mate van erosie, vooral aan de achterzijde van meerdere elementen? 

Erosie wordt zichtbaar na circa 6 maanden regelmatig overgeven

Hard poetsen direct na overgeven geeft ook extra slijtage

Vermoed je boulimia nervosa?

Bespreek dit op een voorzichtige en respectvolle manier met de patiënt. Overleg eerst met collega's wat de beste aanpak is.



Slide 30 - Slide

Twaalfvingerige darm

  • Eerste gedeelte van de dunne darm
  • Even lang als de breedte van 12 vingers (+/- 30 cm)
  • Voedsel wordt in kleine beetjes doorgelaten vanuit de maag naar de twaalfvingerige darm

Slide 31 - Slide

Twaalfvingerige darm
  • Toevoegen  pancreassap (alvleeskliersap)
  • Bevat enzymen die eiwitten, koolhydraten en vetten afbreken
  • Pancreassap neutraliseert maagzuur, dit is belangrijk omdat de dunne darm niet tegen zuur kan.
  • Toevoegen gal uit de galblaas, wordt gemaakt in de lever

  • Gal verdeelt vet in kleine druppeltjes (emulgeren) zodat het makkelijker kan worden afgebroken

Slide 32 - Slide

Alvleesklier
  • Hoort niet bij het spijsverteringskanaal
  • Wel bij het spijsverteringsstelsel
  • Scheidt alvleeskliersap af naar de 12-vingerige darm om eiwitten, vetten en zetmeel te verteren 
  • neutraliseert zuur dat vanuit de maag komt 
  • Geeft de hormonen insuline en glucagon af aan het bloed. Die regelen de bloedsuikerspiegel.

Slide 33 - Slide

Lever
  • Lever =  de grote chemische fabriek van het lichaam
  • Poortader direct van darm naar lever
  • Neemt voedingsstoffen uit het bloed op
  • Geeft stoffen af aan het bloed, bv glucose
  • Slaat oa vitaminen, vetten, eiwitten en metalen op.
  • Produceert eiwitten voor o.a. de bloedstolling
  • Breekt giftige stoffen af  (bv medicijnen, alcohol, drugs)
  • Produceert gal -->

Slide 34 - Slide

Galblaas
Gal wordt gemaakt door de lever.
Gal wordt bewaard in de galblaas.

Wanneer het voedsel de twaalfvingerige darm inkomt, geeft de galblaas gal af aan de darm

Gal emulgeert vet.
Gal voert afvalstoffen van de lever af
galblaas
galbuis
van de lever
naar de 12v-darm

Slide 35 - Slide

Dunne darm

Dunne darm:
  • 5 tot 6 meter lang
  • Darmwand produceert darmsap: enzymen voor vertering
  • Heeft een dunne wand met plooien
  • Voedingsstoffen worden via de wand van de dunne darm opgenomen in het bloed
  • Bloed gaat van de dunne darm via de poortader naar de lever


Dunne darm bestaat uit 3 delen
  • Twaalfvingerige darm
  • Nuchtere darm
  • Kronkeldarm

Slide 36 - Slide

Wat is de belangrijkste functie van de dunne darm?
A
Afvalstoffen toevoegen
B
Voedingsstoffen opnemen in het bloed
C
Slechte stoffen uitscheiden
D
Onttrekken van water

Slide 37 - Quiz

Wat is de belangrijkste functie van gal?
A
Verteren van eiwitten
B
Verteren van suikers
C
Emulgeren (oplossen) van vetten
D
Bestrijden van schadelijke bacteriën

Slide 38 - Quiz

Dikke darm



Dikke darm: colon
  • Ongeveer 1,5 meter lang
  • Bestaat uit blinde darm, dikke darm, endeldarm
  • Veel bacteriën (Darmflora) -> belangrijk bij voor spijsvertering, maar ook je afweer!
  • Er wordt veel vocht opgenomen, dus de voedselbrij wordt dikker
  • Er wordt slijm toegevoegd
  • Overgebleven voedselbrij wordt naar de endeldarm vervoerd

Slide 39 - Slide

In de dikke darm wordt vooral...
A
Voedingsstoffen uit de darm gehaald.
B
Gal toegevoegd aan de voedselbrij
C
Alles opgeslagen als poep
D
Water uit de voedselbrij gehaald

Slide 40 - Quiz

De medische term voor dikke darm is...
A
jejunum
B
colon
C
duodenum
D
ileum

Slide 41 - Quiz

Welk nummer is de endeldarm?
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 42 - Quiz

Wat zijn de belangrijkste functies?
Mond
Slokdarm
Maag
Dunne darm
Dikke darm
Endeldarm
opname van voedingsstoffen
afvoeren van voedingsresten
vervoeren
opname van water
verteren
kauwen

Slide 43 - Drag question

Slide 44 - Slide