Conditionals (uitleg)

Conditionals
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Conditionals

Slide 1 - Slide

Goal:
- I know the difference between the zero, first, second and third conditional

- I know how to make the conditionals

Slide 2 - Slide

Zero Conditional
Het gaat hierbij om gewoontes en feiten.

Maak je altijd met de Present Simple:

If + Present Simple, Present Simple

Slide 3 - Slide

First conditional
Hierbij gaat het om mogelijke/ waarschijnlijke dingen.
Maak je met:
If + present simple, will + infinitive

> Je kunt ook may/might/could gebruiken in bij de first conditional. Dan is het minder aannemelijk dat het gebeurd, maar nog wel mogelijkheid


Slide 4 - Slide

Second Conditional
Als het gaat om onwerkelijke situaties en het waarschijnlijke resultaat daarvan.

Maak je met:
If + Past Simple, would + infinitive

Slide 5 - Slide

Verschil First & Second Conditional
Het verschil tussen de First & Second conditional zit in de waarschijnlijkheid.

Bij de first conditional is het mogelijk dat het gebeurd, bij de second conditional is de kans erg klein dat het ooit gaat gebeuren.

Slide 6 - Slide

Third Conditional
Hierbij gaat het om onwaarschijnlijke/ niet gebeurde dingen.

Maak je met:
If + Past Perfect, would have + volt. dw

> Je kunt hier ook might have of could have gebruiken om een mogelijk resultaat uit te drukken

Slide 7 - Slide

What will you do if she _______ you?
A
won't call
B
doesn't call
C
wouldn't call
D
didn't call

Slide 8 - Quiz

If Dad drove me to school, I _______ late.
A
won't be
B
be
C
wasn't
D
wouldn't be

Slide 9 - Quiz

If I were you, I _______ an umbrella.
A
will take
B
would take
C
take
D
took

Slide 10 - Quiz

If you _______ well tonight, you won't be tired tomorrow.
A
sleep
B
will sleep
C
slept
D
would sleep

Slide 11 - Quiz

I understand the conditionals
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Poll