This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Quiz Gouden Eeuw
Slide 1 - Slide
Kies het juiste woord.
Specerijen kwamen uit .... .
A
Amerika
B
Indië
Slide 2 - Quiz
Wie hadden in de Republiek de belangrijkste baantjes?
A
De rijke vrouwen
B
Regenten
C
Regenjassen
D
De arme mannen
Slide 3 - Quiz
Waarom legden de Nederlanders gebieden droog?
A
Zodat er steden gebouwd konden worden
B
Voor extra landbouwgrond en wonen
C
Om nog meer pakhuizen te bouwen
D
Voor het stadion van Ajaks
Slide 4 - Quiz
Wie schilderde de Nachtwacht?
A
Frans Hals
B
Rembrandt van Rijn
C
Mark Rutte
D
Julius Caesar
Slide 5 - Quiz
De driehoekshandel ging tussen welke werelddelen?
A
Amerika, Europa en Azie
B
Afrika, Europa en Azie
C
Australie, Afrika en Amerika
D
Europa, Afrika en Amerika
Slide 6 - Quiz
Waarom werd juist Amsterdam het centrum van handel?
A
Omdat Rotterdam dat niet wilde zijn
B
Vanwege de ligging tussen noord en zuid
C
Omdat er pakhuizen stonden
D
Omdat er veel mensen met geld woonden
Slide 7 - Quiz
Wat is een republiek?
A
Een land met een koning
B
Een land met een keizer
C
Een land met een gekozen staatshoofd
D
Een land met meerdere koningen
Slide 8 - Quiz
VOC
WIC
Specerijen
Slaven
Azie
Afrika en Amerika
West-Indische Compagnie
Verenigde Oost-Indische Compagnie
1602
1621
Slide 9 - Drag question
Hoe noemen we de gezamenlijke vergadering van de gewesten?
A
De Tweede Kamer
B
Staten-Generaal
C
Het Capitool
D
De Rijksdag
Slide 10 - Quiz
Waarom werd er tijdens de Gouden Eeuw zoveel geschilderd?
A
Uit verveling
B
Rijke mensen wilden hun huis versieren met schilderijen
C
Daar konden schilders heel rijk mee worden
D
Dat moest van de stadhouder
Slide 11 - Quiz
Amsterdam was in de 17e eeuw een belangrijke handelsstad.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Kies het juiste woord.
Om de specerijen goedkoop naar Europa te halen, zocht men een korte route over .... .
A
land
B
zee
Slide 13 - Quiz
Kies de twee juiste antwoorden. Amsterdam werd een belangrijke havenstad in de zeventiende eeuw. Waarom lag Amsterdam voor de handel op een goede plek?
A
De stad lag halverwege de handelsroute tussen Noord- en Zuid-Europa.
B
Omdat Amsterdam de hoofdstad van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was.
C
Vanaf Amsterdam kon je per schip over de rivieren naar Denemarken varen.
D
De stad lag halverwege de handelsroute tussen West- en Oost-Europa.