oplossingen

§ 5.4 oplossingen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

§ 5.4 oplossingen

Slide 1 - Slide

Huiswerk controle
  • Opdrachten: 22, 23, 25, 27, 28, 30

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  1. Aan het einde van de les kan je een onverzadigde en verzadigde oplossing herkennen.
  2. Aan het einde van de les kan je de oplosbaarheid van een oplossing bepalen
  3. Aan het einde van de les kan je het massa- en volumepercentage bepalen van een oplossing

Slide 3 - Slide

verzadigde oplossingen

definitie: oplossing waarbij maximale hoeveelheid stof in is opgelost.
onverzadigde oplossingen


Verzadigde oplossingen
Onverzadigde oplossingen

Een oplossing is verzadigd wanneer het maximale de maximale hoeveelheid stof bevat

Een oplossing is onverzadigd wanneer er minder dan de maximale hoeveelheid stof in is opgelost.

Slide 4 - Slide

Beinvloeden van oplosbaarheid
Voor vaste stoffen word de temperatuur verhoogt om de oplosbaarheid ook te verhogen.

Voor gassen word de oplosbaarheid juist kleiner wanneer de temperatuur omhoog gaat

Slide 5 - Slide

Is siroop onverzadigd of verzadigd
A
verzadigde oplossing
B
onverzadigde oplossing

Slide 6 - Quiz

is dit kopje thee met suiker verzadigd of onverzadigd
A
verzadigde oplossing
B
onverzadigde oplossing

Slide 7 - Quiz

Rekenen met oplosbaarheid
In één liter water lost maximaal 2000 gram suiker op. Hoeveel gram suiker zit er 400 ml van deze oplossing?

Slide 8 - Slide

Een oplossing bevat 20 gram CaCl2 per liter. Hoeveel gram zit er 2,3 liter.
A
20 gram
B
41,5 gram
C
23 gram
D
46 gram

Slide 9 - Quiz

In 150 ml water lost maximaal 54 gram NaCl op. Wat is de oplosbaarheid in gram/L
A
81 gram/ L
B
360 gram/ L
C
2000 gram/ L
D
54 gram/ L

Slide 10 - Quiz

Massapercentage
er zit 14 gram suiker in elke 200 gram oplossing. Wat is het massapercentage suiker in deze oplossing?
massapercentage=geheeldeel100

Slide 11 - Slide

volumepercentage
er zit 30 ml alcohol (ethanol) in elke 200 ml wijn. Wat is het alcoholpercentage van ethanol in de wijn?
volumepercentage=geheeldeel100

Slide 12 - Slide

Er zit 48 gram suiker in een cake van 200 gram. wat is het massapercentage suiker in de cake?
A
48%
B
200%
C
24%
D
23,84 %

Slide 13 - Quiz

een fles vodka bevat 88 ml ethanol per 170 ml vodka. Wat is het volumepercentage alcohol?
A
51,76 %
B
193,32 %
C
88 %
D
14, 96%

Slide 14 - Quiz

Hebben jullie liever de les via lessonup of powerpoint, en waarom?

Slide 15 - Open question

Wat zou ik volgende lessen anders/ beter kunnen doen?

Slide 16 - Open question

Huiswerk
opdrachten 32 t/m 38, 40
extra opdrachten: 41 t/m 45

SO: 6 november
praktische toets: 11 november

Slide 17 - Slide