H2: Hoofdstuk 2 : A, B, D

Hoofdstuk 2: A, B, D
1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2: A, B, D

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programme
1. Les objectifs
2. La révision
3. Chapitre 2: D
4. Les mots
5. Les devoirs

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

1. Les objectifs
Aan het einde van de les kan je:
1. Ken je de woorden van A;
2. Ken je de woorden van B;
3. Weet je wat regelmatige werkwoorden zijn;
4. Weet je hoe je regelmatige werkwoorden op -er kan vervoegen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

2. La révision
De vorige lessen zijn we bezig geweest met:

1. De woorden van A;
2. De woorden van B.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

2. La révision
Neem 10 minuten om de volgende Quizlets te oefenen:
1. Woorden A: https://quizlet.com/_ah8d0r?x=1jqt&i=3v9cio
2. Woorden B: https://quizlet.com/_aii478?x=1jqt&i=3v9cio
timer
10:00

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Ik wil een Pizza met Cola.
timer
0:05

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

la table

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Piet déteste la glace.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Maak de goede combinaties
le plat 
l'entrée
manger
boire
fêter
het gerecht
het voorgerecht
eten
drinken
vieren

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
Vervoegen van werkwoorden op -er

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is vervoegen?

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
In het Frans heb je veel werkwoorden die eindigen op -er;
Deze werkwoorden moet je vervoegen;

Om dit te doen volg je de volgende stappen, maar eerst de persoonlijke voornaamwoorden!

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

ik
jij
hij
zij
men/we
wij
jullie/u
zij(m)
zij (v)
Les pronoms personnels
- persoonlijk voornaamwoorden.
Je
Elles
Nous
il
Tu
Elle
Vous
ils
On

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
1. Pak het hele werkwoord
2. Haal -er eraf
3. Plak de juiste uitgang erachter.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
Je
+e
Tu
+es
Il/elle/on
+ e
Nous
+ons
Vous
+ez
Ils/elles
+ent

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
1. Je... (manger) le pain.
2. Nous... (parler).
3. Ils...(détester) le fromage.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Je / j'
Ils/elles
Vous
Nous
Il/elle/on
Tu
Verbes                -er        (regarder, parler, écouter, danser, jouer)
Wat zijn de uitgangen in de présent?
-e
-ent
-ons
-es
-ez
-ez
-e

Slide 17 - Drag question

Als je een zin maakt, moet het werkwoord vervoegd worden met het onderwerp. 
3. Chapitre 2: D
- We maken samen opdracht 16 A + 16 E
- Zelfstandig:

- 17 A, 17 B, 17 C
- 18 A
timer
15:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

3. Chapitre 2: D
- Bespreking opdrachten;
- Zijn er nog vragen?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

4. Les mots
1. Woorden A: https://quizlet.com/_ah8d0r?x=1jqt&i=3v9cio
2. Woorden B: https://quizlet.com/_aii478?x=1jqt&i=3v9cio

C zijn zinnen, hoe leer je het beste zinnen?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Hoe leer je het beste zinnen?

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

5. Les devoirs
Leren woorden A + B (hoofdstuk 2):

1. Woorden A: https://quizlet.com/_ah8d0r?x=1jqt&i=3v9cio
2. Woorden B: https://quizlet.com/_aii478?x=1jqt&i=3v9cio

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Les objectifs
Aan het einde van de les kan je:
1. Ken je de woorden van A;
2. Ken je de woorden van B;
3. Weet je wat regelmatige werkwoorden zijn;
4. Weet je hoe je regelmatige werkwoorden op -er kan vervoegen.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Ik heb de leerdoelen gehaald:
Ja
Nee

Slide 24 - Poll

This item has no instructions