Economie Internationalisering 4.1

Economie

22AA: mevrouw Gögen
22OM: meneer Temmink
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Economie

22AA: mevrouw Gögen
22OM: meneer Temmink

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Periode 4 bespreken
  • Actualiteit
  • Internationalisering

Slide 2 - Slide

Opdracht vorige periode
  • Huishoudboekje
  • Reflectie

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  • De student weet wat internationalisering is

Slide 4 - Slide

Actualiteit
Wat is jouw nieuws van de afgelopen weken?

Slide 5 - Slide

Week van de Internationalisering

Diverse activiteiten: workshops en lezingen

Slide 6 - Slide

Wat is internationalisering volgens jou?

Slide 7 - Open question

Globalisering
Het is het proces van het openen van de nationale economieën voor andere landen en aanpassen aan de regelgeving van andere landen. Nationale grenzen worden de facto geschrapt voor economische doeleinden.

Slide 8 - Slide

Internationalisering
Internationalisering is het proces waarbij betrekkingen over steeds grotere afstanden worden aangegaan en zo over de landsgrenzen heen reiken. 

Slide 9 - Slide

Waarom zullen bedrijven willen Internationaliseren?

Slide 10 - Open question

Waarom Internationaliseren?
  • Innoveren
  • Risico spreiding
  • Schaal voordelen
  • ROI

Slide 11 - Slide

Welk bedrijf heeft de meeste voordeel van Internationalisering
A
Gering
B
Intertoys
C
Ali Express
D
Re We

Slide 12 - Quiz

Welk woord gebruik je voor het invoeren van goederen uit een ander land
A
Export
B
Import
C
Expats
D
Globaliseren

Slide 13 - Quiz

Internationaal Ondernemen
  • Let op: Internationaal ondernemen kost tijd, geld en energie

  • Cultuur van andere landen
  • Concurrenten
  • Kansen

Slide 14 - Slide

Welke afkorting gebruiken we voor de organisatie die ondersteunt in internationaal ondernemen?
A
EU
B
FIFA
C
WHO
D
WTC

Slide 15 - Quiz

Opdracht
  • Onderzoek de kansen van internationaal ondernemen voor een land.
  • De inwonersaantallen, jaarlijks inkomen, cultuur en interesses en vergelijk deze met Nederland.
    (Iedereen heeft een ander land)

Slide 16 - Slide

Nieuwsquiz

Slide 17 - Slide

Terugkoppeling les:
Hebben jullie nog tips?

Slide 18 - Open question