20240326 - Formatief handelen met Lessonup

 Formatief handelen met Lessonup
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1-4

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

 Formatief handelen met Lessonup

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke leerdoelen (met focusvragen)
vind je belangrijk,
voor jouw klas/ niveau,
op het gebied van Kijken en luisteren en wat is
voorwaardelijke kennis?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Welke leerdoelen (met focusvragen)
vind je belangrijk,
voor jouw klas/ niveau,
op het gebied van Spreken en gesprekken en wat is
voorwaardelijke kennis?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Welke leerdoelen (met focusvragen)
vind je belangrijk,
voor jouw klas/ niveau,
op het gebied van Schrijfvaardigheid en wat is
voorwaardelijke kennis?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Welke leerdoelen (met focusvragen)
vind je belangrijk,
voor jouw klas/ niveau,
op het gebied van leesvaardigheid en wat is
voorwaardelijke kennis?

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
Als alle leerlingen aan het denken worden gezet, verandert de passieve leerling in een actieve leerling en krijg je ook als docent meer feedback over het leren.

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:

Wie is in de kerstvakantie op vakantie geweest?
A
Wie
B
gaat
C
geweest
D
kerstvakantie

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Nadenken en produceren
  • Laat iedereen nadenken
  • Gebruiken kleine werkvormen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

3

Slide 12 - Video

This item has no instructions

05:41
Is de 'vinger opsteek cultuur' herkenbaar voor jou?
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

06:44
Welke strategie gebruik jij om alle leerlingen aan het denken te zetten?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

07:22
Hoe kan je ervoor zorgen dat onzekere leerlingen meer vertrouwen krijgen om antwoord te geven?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Draaien (spinnen)
Draai eerst . . .
En dan . . .
timer
2:00
onderwerp
persoonsvorm
voorbeeld
ik
hij/ zij
wij
Neem vervolgens het schema over en vul deze verder in. 
Beantwoord de vraag: Hoe schrijf je de persoonsvorm

Slide 16 - Slide

Draaien (spinnen)
In de klas wordt een tekst gelezen en nabesproken. Daarna gaan de leerlingen in groepjes zitten. Elk groepje heeft de slide voor zich met twee spinners. Op de eerste spinner kan staan: ‘wie, wat, waar, wanneer, hoe, waarom,’. Op de andere spinner kunnen werkwoordsvervoegingen staan, zoals: ‘is, kan, doet, wil, heeft, zal’. Met de twee woorden die gedraaid worden, maakt een van de leerlingen een vraag, die de groepsgenoten vervolgens beantwoorden. Daarna mag de volgende leerling op beide spinners klikken. Tenslotte volgt de klassikale nabespreking. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
Als alle leerlingen aan het denken worden gezet, verandert de passieve leerling in een actieve leerling en krijg je ook als docent meer feedback over het leren.

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
We plegen korte interventies die snel interpreteerbaar zijn.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Terugblik
Vragen:
  1.  Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?

  2.  Welke tussenkopjes staan in de tekst?

  3. Wat is het onderwerp van de tekst? 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Noteer de/het werkwoord(en) in de onderstaande zin:

De geschreven brief lag nog steeds op het bureau.
Alvast aan de slag
Maak oefening 1 'werkwoorden'  uit het werkboek zinsdelen

Klaar:
Kijk je werk na
Ga lezen

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Hoofdletters
De persoonsvorm in de tegenwoordige tijd 
  •  (werken) Ik werk

  • (denken) ik denk

  • (vinden) ik vindt
     
  • (lopen) ik lop

  • (geloven) ik geloof

  • (graven) ik graav

  • (werken) hij werkt

  • (denken) zij denkt

  • (vinden) hij vind

Goed of fout?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

2. In de tegenwoordige tijd zijn er de volgende regels om werkwoorden te vervoegen:





ik
hij/zij
wij

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
Als alle leerlingen aan het denken worden gezet, verandert de passieve leerling in een actieve leerling en krijg je ook als docent meer feedback over het leren.

Op basis van de opgehaalde informatie, kies je voor een gepaste verwerking. Bij stap 1 heb je al nagedacht over passende vervolgstappen. Je kan bijvoorbeeld denken aan een afgepeld instructiemodel; leerlingen die de check vraag goed hebben gemaakt, kunnen zelfstandig aan de slag, de anderen leerlingen volgen nog een extra stukje intructie. 
De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
We plegen korte interventies die snel interpreteerbaar zijn.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Sterke werkwoorden
Zwakke werkwoorden
Lopen
Eten
Gamen
Kijken
Voetballen
Bakken

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

2. Welke alinea('s) horen bij de inleiding, kern en slot?
Inleiding
1
2
4
3
Kern
Kern
Slot

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Retrieval - practice Terugblik
Vragen:
  1.  Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?

  2.  Welke tussenkopjes staan in de tekst?

  3. Wat is het onderwerp van de tekst? 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions


Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst
A

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

 Vervolgactie -Terugblik
Vragen:
  1.  Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?
    6
      
  2.  Welke tussenkopjes staan in de tekst?
    één, hulp
     
  3. Wat is het onderwerp van de tekst? 
    Aardbeving Marokko 
Je kan de lesvragen nog niet (goed) beantwoorden.

Volg de extra uitleg van de docent door samen een opdracht te maken (opdracht 9)
Je kan de lesvragen goed beantwoorden en hebt weinig moeite opdrachten te maken.

Open zelf de weektaak in Lessonup
Open daarna de online methode en maak opdrachten volgens planning. Je mag op fluisterniveau elkaar helpen, maar kan geen vragen stellen aan de docent. 


BK1B
Zelfstandig werken: Amaan, Ritvik, Yinthe, Milan, Evi, Pascal, Zenap

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Vervolgactie - Verwerking
Maak de zinnen samen met de leerkracht, begrijp je het? Ga dan zelfstandig verder.



Start zelfstandig (in stilte) met de eerste 5 zinnen. Controleer je zinnen op het bord of hieronder (hotspot). Gaat het goed? Ga dan door, heb je fouten? Luister dan nog even naar de docent. 
Check eerste 5 zinnen

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Vraag 1
Noteer naar iedere vraag op de bingo kaart of je het leerdoel beheerst (kruis of vinkje) of een uitroepteken als je hier nog mee wilt oefenen óf vragen over wilt stellen.
Vraag 2
Vraag 3
Vraag 7
Vraag 5
Vraag 6

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

In tweetallen de verschillende brieven bekijken en bespreken wat vind je goed en wat kan beter?

Noteer hoe jullie de brieven zullen beoordelen, van goed naar slecht.

Voldoen de brieven aan de succescriteria waarom wel en waarom niet?
De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
Als alle leerlingen aan het denken worden gezet, verandert de passieve leerling in een actieve leerling en krijg je ook als docent meer feedback over het leren.

Op basis van de opgehaalde informatie, kies je voor een gepaste verwerking. Bij stap 1 heb je al nagedacht over passende vervolgstappen. Je kan bijvoorbeeld denken aan een afgepeld instructiemodel; leerlingen die de check vraag goed hebben gemaakt, kunnen zelfstandig aan de slag, de anderen leerlingen volgen nog een extra stukje intructie. 
De eerste stap binnen formatief handelen betreft een mentale stap voor de docent.

Je stelt jezelf de volgende vragen:
- Wat moeten de leerlingen leren?
- Welke prestatie moeten de leerlingen aan het einde kunnen leveren?
- Waar verwacht ik dat leerlingen moeite mee hebben?
- Welke misvattingen  verwacht ik te zien bij leerlingen

Curriculum ontwerp is een belangrijke voorwaarde om formatief handelen in te kunnen zetten. 
We plegen korte interventies die snel interpreteerbaar zijn.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Time - out artikel
Opdracht:
Bekijk in tweetallen jullie eigen artikelen.

Vul samen het schema in,
maak aantekeningen in je werkboekje op blz. 12.
Schrijf op wat je nog aan je artikel gaat verbeteren.
timer
6:00

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Video

This item has no instructions

Slide 36 - Drag question

This item has no instructions