This lesson contains 16 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Schooljaar 2024-2025
Slide 1 - Slide
Planning
Slide 2 - Slide
- terugblik 12.3
- uitleg 12.4
Huiswerk Maken gedeelte opdrachten 12.4 opdracht . Kijk ze gelijk na.
Slide 3 - Slide
Maak deze opdracht met duidelijke de 5 stappen erin verwerkt.
Stappenplan
1: Welke ionen wil je aantonen
2: Bekijk in Binas welk ion met de 1 van de 2 ionen reageert
3: Bedenk welk zout je in oplossing moet brengen
4: Beschrijf de handeling van het toevoegen van dit zout
5: Beschrijf welke conclusie je kan trekken
Slide 4 - Slide
Stap 1:
Schrijf op welk ion je wilt aantonen:
Kaliumnitraat =
Kaliumjodide =
De ionen die je aan wilt tonen = of
KNO3
KI
NO3−
I−
Check: Staan de ionen erop die aangetoond moeten worden?
Slide 5 - Slide
Stap 2 en 3:
Zoek een + ion die met het ene ion een neerslag vormt en met de ander niet (2). Zorg dat het - ion met alles een goed oplosbaar zout vormt (3).
g
g
s
g
I−
K+
Ag+
NO3−
Check:
-Is er een mini-oplosbaarheidstabel gemaakt?
-Klopt deze?
-Staan de ladingen bij de ionen.
Slide 6 - Slide
Stap 4:
Los dit zout op en voeg dit toe aan de buizen.
- Voeg een oplossing van zilvernitraat ( ) toe aan de buizen.
AgNO3
Check of er gesproken wordt over een zout wat toegevoegd moet worden.
Slide 7 - Slide
Stap 5:
Trek je conclusie!
Als er een neerslag vormt is het Kaliumjodide als het geen neerslag vormt is het kaliumnitraat.
Check: Is er een conclusie getrokken?
Slide 8 - Slide
Opdracht:
Je hebt twee oplossingen.
- Bariumnitraat of Kopersulfaat
Laat zien welk zout je moet toevoegen om te kijken wat in welke buis zit.
stappenplan
1: Welke ionen wil je aantonen
2: Bekijk in Binas welk ion met de 1 van de 2 ionen reageert
3: Bedenk welk zout je in oplossing moet brengen
4: Beschrijf de handeling van het toevoegen van dit zout
5: Beschrijf welke conclusie je kan trekken
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
leren!
Slide 11 - Slide
Zware metalen zijn schadelijk voor het milieu.
Wat is het gevaar van de schadelijke negatieve ionen?
Zoek dit op in je boek.
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
Maak de volgende vragen op een papiertje of werkboek.
1: Je hebt 2 reageerbuisjes, bariumhydroxide en bariumcloride. Schrijf op hoe je kunt aantonen in welk reageerbuisje wat zit.
2: Er is een hoeveelheid water met een te hoge concentratie koperionen. Er worden hydroxide-ionen gebruikt om deze te verwijderen. Bereken hoeveel natriumhydroxide je moet toevoegen om 80 g koperionen te verwijderen.
Tips vraag 1
- Welke ionen wil je aantonen?
- maak een mini-oplosbaarheidstabel.
- welk zout moet je oplossen om dit ion in oplossing te krijgen?
- vergeet niet de conclusie
Tips vraag 2
- maak de neerslagreactie die plaats vind als koper-ionen en hydroxide ionen reageren.
- zorg dat deze vergelijking kloppend is.
- Schrijf onder deze vergelijking de massa (tabel 33 binas)
- reken uit hoeveel hydroxide-ionen je nodig hebt.
- Schrijf nu de oplosvergelijking van natriumhydroxide, zorg dat hij kloppend is.
- schrijf hier weer onder de massa (tabel 33 binas)
- maak een verhoudingstabel en reken uit.
timer
7:00
Slide 14 - Slide
Geef je blaadje aan je buurman/buurvrouw.
Kijk het blaadje wat je gekregen hebt na.
Geef hem terug met feedback!
Vraag 2
Vraag 1
Slide 15 - Slide
Vervolg van de les en huiswerk
Maken en nakijken 12.4
Leertips:
Ga voor je tentamen de Lessonups nog eens na, maak de vragen die ik daarin stel. Kijk welke vragen je met het huiswerk fout deed.
Maak deze nog een keer. Oefen oefen en nogmaals oefenen