Week 36 les 2: rolpatronen

Rolpatronen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Rolpatronen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Leerdoelen
Aan het einde van de les:
  • heb ik een beeld van de verschillende vooroordelen en rolpatronen van mannen en vrouwen.
  • kan ik mijn mening geven over stellingen over rolpatronen. 

Slide 3 - Slide

Vooroordelen & rolpatronen 
  • We hebben allemaal, bewust of onbewust, vooroordelen.
  • Rolpatroon = ‘Een geheel van normen en verwachtingen die ten aanzien

van een bepaalde categorie personen in een bepaald soort situaties worden gesteld’.
  • We hebben verwachtingen over hoe mannen en vrouwen zich horen te gedragen. 

Slide 4 - Slide

Een echte man huilt niet
A
eens
B
oneens

Slide 5 - Quiz

Ik heb liever een mannelijke docent dan een vrouwelijke docent
A
Eens
B
oneens

Slide 6 - Quiz

Ik vind het als jongen niet prettig wanneer een vriend een arm om mij heen slaat
A
eens
B
oneens
C
ik ben een vrouw

Slide 7 - Quiz

Als een meisje aan de lopende band vriendjes heeft dan vinden mensen haar vaak een beetje een slettebak
A
eens
B
oneens

Slide 8 - Quiz

Ik wil als meisje liever versierd worden dan dat ik op een jongen moet afstappen
A
eens
B
oneens
C
ik ben een man

Slide 9 - Quiz

Ik zou het niet prettig vinden wanneer mijn vrouw (of vriendin) meer zou verdienen dan ik (man)
A
eens
B
oneens
C
ik ben een vrouw

Slide 10 - Quiz

Als een meisje zich sexy kleedt tijdens het uitgaan dan doet ze dat om mannelijke aandacht te trekken
A
eens
B
onees

Slide 11 - Quiz

Jongens die zacht en zorgzaam zijn, vind ik niet heel mannelijk
A
eens
B
oneens

Slide 12 - Quiz

Wat viel jou op n.a.v. de stellingen?

Slide 13 - Open question

Beeldvorming
Reclames

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Opdracht:
Zoek een voorbeeld van stereotypering in de media. 
Mag een filmpje/artikel/foto zijn. 
Juist stereotype of juist niet. 
Denk bijv aan de reclames.
Bespreek je voorbeelden in groepjes van 3-4 en kies de beste uit om te presenteren.

Slide 17 - Slide