In een samengestelde zin staat altijd een
hoofdzin.
Aan die hoofdzin plak je nog een hoofdzin, of een bijzin.
Bij een hoofdzin:
- staan de pv en het o naast elkaar
- staat de pv op de eerste of tweede plaats in de zin.
vb: Piet/ eet /een appel. of Eet /Piet /een appel?