What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4h ak leefomgeving rivieren
Leefomgeving rivieren
tussentest
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Leefomgeving rivieren
tussentest
Slide 1 - Slide
Rivierproblemen heb je op 5 schaalniveaus
mondiaal
= wereldwijd,
bijv. klimaatverandering
continentaal
= continent,
bijv. Europese regenval
nationaal
= landelijk,
bijv. rivierbeleid ruimte voor rivier
regionaal
= streek / gebied,
bijv. aanwijzen noodoverloopgebied
lokaal
= plaatselijk,
bijv. welk dijkvak moet sterker worden?
aantekening
timer
3:00
Slide 2 - Slide
Al het water in sloten, kanalen, rivieren en meren noem je ... ?
A
Zichtwater
B
Oppervlaktewater
C
Brak water
D
Grondwater
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Open question
Waar of niet waar? Het gebied tussen de zomer- en winterdijk worden uiterwaarden genoemd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Waar is een geschikte plaats voor een nevengeul?
Slide 6 - Open question
Wat is het "debiet" van een rivier?
A
HOEVEELHEID WATER PER JAAR
B
STROOMSNELHEID WATER OP EEN BEPAALD PUNT GEMETEN
C
HOEVEELHEID WATER PER SECONDE BIJ BEPAALD PUNT
D
OVERZICHT VAN WATERHOEVEELHEID PER MAAND
Slide 7 - Quiz
Waarom draagt ontbossing bij aan wateroverlast?
A
Bossen verdampen meer
B
Bossen houden water vast
C
Bossen verdampen minder
D
Bossen hebben niets te maken met wateroverlast
Slide 8 - Quiz
Hoe zorgen de begroeiing ( antwoord 1) en de temperatuur (antwoord 2) voor minder water in de Rijn als het zomer is?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Open question
Een gemengde rivier is een rivier die ... ?
A
Zijn water krijgt van regen- en smeltwater
B
Die zowel zoet als brak water heeft
C
Door twee of meer landen stroomt
D
Zijn water krijgt van grijs- en zwart water
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Open question
Het deel net naast de rivier bestaat uit zand, dit zijn de ...
A
Komgronden
B
Zandruggen
C
Duinen
D
Oeverwallen
Slide 13 - Quiz
Bijna elke vraag kun je beantwoorden op diverse schaalniveaus.
Welk schaalniveau heeft betrekking op het stroomgebied van een rivier?
Slide 14 - Open question
Wat betekent de "waterbalans"
A
De hoeveelheid water die is er in een gebied
B
De hoeveelheid water die verdampt
C
Het verschil tussen de neerslag en de verdamping
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 15 - Quiz
Een regenrivier vervoert het meeste water in de....................................
A
zomer
B
winter
Slide 16 - Quiz
De stroomsnelheid beïnvloedt hoeveel erosie en sedimentatie er plaatsvindt.
Waar staat de juiste letter uit de bron bij de grootste sedimentatie
A
P
B
Q
C
R
D
S
Slide 17 - Quiz
De stroomsnelheid beïnvloedt hoeveel erosie en sedimentatie er plaatsvindt.
Waar staat de juiste letter uit de bron bij de grootste erosie?
A
P
B
Q
C
R
D
S
Slide 18 - Quiz
Het dal op de afbeelding is ontstaan door ...
A
Verwering
B
Erosie
C
Sedimentatie
Slide 19 - Quiz
In de bovenloop zijn de hoogteverschillen groot, vandaar een hoge stroomsnelheid en erosie.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quiz
Waar stroomt het water het snelst?
A
Middenloop
B
Benedenloop
C
Bovenloop
D
Achterloop
Slide 21 - Quiz
Bij een westerstorm wordt het water vanuit zee ver de Nieuwe Waterweg opgestuwd.
Welke term hoort hierbij?
A
Adaptatie
B
Fluviaal
C
Verzilting
D
Hoofdwatersysteem
Slide 22 - Quiz
Bij de aanleg van natuurlijke oevers werken de rijksoverheid en het waterschap Zuiderzeeland nauw samen.
Welke term hoort hierbij?
A
Adaptatie
B
Fluviaal schaalniveau
C
Integraal waterbeleid
D
Ruimte voor de rivier
Slide 23 - Quiz
Langs de Waal zijn de kribben verlaagd en de uiterwaarden vergraven.
Welke term hoort hierbij?
A
Ruimtelijke Adaptatie
B
Fluviaal schaalniveau
C
Integraal waterbeleid
D
Ruimte voor de rivier
Slide 24 - Quiz
Sleep de begrippen op de juiste plaats!
Uiterwaard
Zomerdijk
Winterdijk
Vaargeul
Slide 25 - Drag question
Door de verstedelijking van Nederland zijn er steeds meer straten en daken. Neerslag komt direct in het riool.
Wat is het verband tussen deze verstening en de vertragingstijd?
Het water van een regenbui heeft steeds minder tijd nodig om in de rivier terecht te komen.
Maak de volgende zin af: Hoe groter de verstedelijking….hoe korter de.....
…hoe korter de
Slide 26 - Open question
More lessons like this
4h ak leefomgeving rivieren
March 2019
- Lesson with
29 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Water in Nederland
November 2017
- Lesson with
16 slides
by
Aardrijkskunde!
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Aardrijkskunde!
Water in Nederland
February 2019
- Lesson with
16 slides
by
www.lessonup.io
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Examentraining
Water in Nederland
February 2019
- Lesson with
17 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 3,4
1.2 De invloed van de mens
May 2022
- Lesson with
38 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.2 De invloed van de mens
June 2023
- Lesson with
35 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
3.4 Nederland: Rivieren
January 2024
- Lesson with
14 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Water hst 2 China par 2.2
January 2019
- Lesson with
29 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 4