Centrale zenuwstelsel en hormonen 4T examentraining

Centrale
zenuw-
stelsel
en
hormonen
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Centrale
zenuw-
stelsel
en
hormonen

Slide 1 - Slide

Na deze les kun je...
De onderdelen van het zenuwstelsel benoemen
De bouw van een zenuwcel beschrijven
Uitleggen wat er mis gaat bij de ziektes MS en ALS
Uitleggen wat hormonen zijn,
                      waar hormonen gemaakt worden,
                      wat hormonen doen.

Slide 2 - Slide

Functie van het zenuwstelsel = doorgeven en verwerken van impulsen

Slide 3 - Slide

Omgeving
Zintuig
Zenuw
Hersenen
Prikkels
Impulsen

Slide 4 - Slide

Ruggenmerg
Omgeving
Zintuig
Zenuw
Hersenen
Prikkels
Impulsen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Een zintuig reageert op _ _ _ uit de omgeving
A
Impulsen
B
Prikkels
C
Zenuwen

Slide 7 - Quiz

Hersenen
Zenuwen
Ruggen-merg

Slide 8 - Drag question

Omgeving
Zintuig
Ruggenmerg
Zenuw
Hersenen
Spier of klier
Zenuw
Prikkels
Impulsen

Slide 9 - Slide

Noem een voorbeeld van een klier

Slide 10 - Open question

Omgeving
Zintuig
Ruggenmerg
Zenuw
Hersenen
Spier of klier
Zenuw
Centrale zenuwstelsel

Slide 11 - Slide

Het zenuwstelsel bestaat uit:
Centrale zenuwstelsel
Zenuwen
-Hersenen
-Ruggenmerg

Slide 12 - Slide

Zenuwen geleiden impulsen
-Van een zintuig naar het centrale zenuwstelsel
-Van het centrale zenuwstelsel naar spieren en klieren

Slide 13 - Slide

Wat hoort bij het centrale zenuwstelsel?
A
Ruggenmerg
B
Spieren
C
Zintuigen
D
Zenuwen

Slide 14 - Quiz

Het cellichaam
Een uitloper van de zenuwcel. Hierdoor lopen de impulsen. Deze kan héél lang zijn. 
De celkern van deze zenuwcel

Slide 15 - Slide

Celkern
Cellichaam
Uitloper

Slide 16 - Drag question

Zenuwcellen en zenuwen
Een zintuig is verbonden met héél veel zenuwcellen

Zenuwcellen liggen gebundeld in een zenuw

Slide 17 - Slide

Zenuw = een bundel zenuwcellen

Slide 18 - Slide

Wat is juist?
A
Een zenuw bestaat uit meerdere zenuwcellen
B
Zenuwcellen bestaan uit meerdere zenuwen

Slide 19 - Quiz

Bij MS en ALS breekt het buitenlaagje af

Slide 20 - Slide

Het beschermlaagje om een zenuwcel zorgt voor een
A
juiste richting van de impulsen
B
hogere snelheid van impulsen
C
extra elektrische lading van de impulsen
D
hoger aantal impulsen

Slide 21 - Quiz

Wat zijn hormonen?
  • Regelstof in het bloed; wordt gemaakt in hormoonklieren
  • Processen regelen
  • Hormoonklieren



Slide 22 - Slide

Hormonen en hormoonklieren

Slide 23 - Slide

Waardoor verander je?
Hormonen worden gemaakt door hormoonklieren.
De belangrijkste is de hypofyse


Slide 24 - Slide

Waardoor verander je?
Hypofyse geeft hormonen af aan het bloed
Hormonen gaan naar alle organen, maar werken alleen op de plek waar het nodig is

Slide 25 - Slide



Daarnaast maakt de hypofyse hormonen die de werking van andere hormoonklieren beïnvloeden

Slide 26 - Slide

Hypofyse maakt...

1. Groeihormoon

Groeihormoon bevordert de lengtegroei in de groeischijf van de botten.

2. Hormonen die de schildklier aanzetten tot hormoonproductie van schildklierhormoon

3. Hormonen die de eierstokken (oestrogeen) en zaadcellen (testosteron) aanzetten tot het maken van 

Slide 27 - Slide

HORMONEN

Zenuwstelsel werkt samen met hormonen


Hormoonklieren maken hormonen

Slide 28 - Slide

Hormonen
Langdurige processen, groei, ontwikkeling, stofwisseling

Slide 29 - Slide

Adrenaline
  • Adrenaline wordt aangemaakt in de bijnieren
  • Adrenaline verhoogt het glucose gehalte
  • Ook gaat het hart sneller kloppen
  • Fight or flight hormoon

Slide 30 - Slide

FF Nadenken
  • Als je schrikt, wat gebeurt er dan in je lichaam?
  • Deze reactie wordt veroorzaakt door hormonen uit de bijnieren: Adrenaline
  • Werken deze hormonen snel of langzaam?
  • Hoe snel werkt het groeihormoon eigenlijk?

Slide 31 - Slide

Impulsen via zenuwcellen
Hormonen via bloed

Slide 32 - Slide

Hoe werken 
hormonen?

  • Wat zijn hormonen?
  • Hormonen zijn regelstoffen

  • Hormoonklieren maken deze stoffen
  • Bij signaal (van zenuwcel of ander hormoon) 
  • Geven de cellen stoffen af aan het bloed



Slide 33 - Slide

Werken alle hormonen even lang?
A
Ja
B
Nee

Slide 34 - Quiz

Welk hormoon werkt kort?
A
Adrenaline
B
Groeihormoon
C
Oestrogeen
D
Testosteron

Slide 35 - Quiz

Wat is de overeenkomst tussen adrenaline en glucagon?
A
Ze komen allebei vrij bij stress.
B
Ze verhogen allebei de hartslag
C
Ze komen allebei vrij bij inspanning
D
Ze verhogen allebei de glucose in het bloed

Slide 36 - Quiz

Doortje zegt:" De hypofyse zorgt er voor dat verschillende hormoonklieren, hormonen gaan maken."
Wim zegt:"De schildklier maakt groeihormoon."
A
Doortje heeft gelijk.
B
Wim heeft gelijk
C
Ze hebben beide gelijk.
D
Ze hebben beide geen gelijk.

Slide 37 - Quiz