OPS groep 2




Vaste dagelijkse activiteiten op een kinderdagverblijf
1 / 27
next
Slide 1: Slide
ontwikkelingspsychologieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson




Vaste dagelijkse activiteiten op een kinderdagverblijf

Slide 1 - Slide

Vaste dagelijkse activiteiten

Slide 2 - Mind map

  • Vaste dagelijkse activiteiten zorgen voor een evenwichtige en regelmatige dagindeling, voor rust, een veilig gevoel en houvast.


  • Ruimte voor individuele behoeften en voorkeuren.
  • Rekening houden met behoefte van kind.

Slide 3 - Slide

Brengmoment
  • Meestal tussen 7.00 uur en 9.00 uur.
  • Flexibel -> Inspelen op wensen van ouders
  • Begroeting -> Welkom voelen
  • Het brengen is een moment waarop gevoelens opspelen -> Vast ritueel helpt
  • Afscheid moet duidelijk en redelijk kort zijn.

Slide 4 - Slide

Hoeveel eet -en drink momenten zijn er meestal op de kinderdagverblijf?

Slide 5 - Open question

Eten en drinken
  • Samen eten en drinken zijn belangrijke sociale leermomenten. 
  • Jonge kinderen gebruiken drink- en eet momenten om voedsel en materialen te onderzoeken.
  • Spelenderwijs oefenen ze daarbij hun oog-hand coördinatie. 
  • Tijdens het eten en drinken kun je de taalontwikkeling stimuleren -> Benoem de dingen waarnaar het kind wijst en benoem wat jij en het kind doen.
  • Meestal 3 eet- en drink momenten.

Slide 6 - Slide

Wat oefenen kinderen tijdens het eet-drink moment?
A
eten
B
drinken
C
oog-hand coordinatie
D
spreken

Slide 7 - Quiz

Belangrijke aandachtspunten eten en drinken
  • Laat kinderen zo veel mogelijk  zelf keuzes maken.
  • Laat kinderen zo zelfstandig mogelijk eten en drinken.
  • Geef kinderen waar mogelijk kleine taakjes.
  • Eten en drinken gebeurt op vaste momenten aan tafel.
  • Stimuleer kinderen om te eten en te drinken, maar dwing  het kind nooit tot eten en drinken.
  • Heb aandacht voor waarden en normen.
  • Zorg ervoor dat het gezellig en niet al te druk is aan tafel.
  • Sluit het eet en drink moment duidelijk af.
  • Kies gezonde voeding en verantwoorde tussendoortjes.

Slide 8 - Slide

Slapen
  • Om alle indrukken te verwerken, hebben kinderen rust nodig. 
  • Tijdens de slaap doen ze niet alleen nieuwe energie op, maar de hersenen slaan ook de informatie op van de voorbije uren.

Slide 9 - Slide

Haal je een kind meteen uit bed zodra het wakker wordt?
A
ja
B
nee
C
soms

Slide 10 - Quiz

Slaaprituelen
  • Slapen kan een moeilijk overgangsmoment zijn.
  • Vast ritueel kan helpen -> rustig ritueel

  • Bijvoorbeeld: boekje lezen of slaapliedje zingen.

  • Vermijd spanning en opwinding voor het slapen gaan.

  • Slaapmomenten -> Het beste is om een kind niet eerder wakker maken, omdat ze anders niet goed uitgerust zijn.

Slide 11 - Slide

Slapen kan een moeilijk overgangsmoment zijn

Slide 12 - Drag question

Wakker worden
  • Word een kind wakker, haal het dan niet meteen uit zijn bed -> geef het even de tijd om bij te komen. 
  • Slapen kun je niet afdwingen.

Slide 13 - Slide

Ophalen
  • Aandacht verspreiden over de kinderen en hun ouders.
  • Kinderen kunnen helpen met het opruimen.
  • Een goede taakverdeling tussen jou en je collega's is belangrijk. 

  • Late dienst en overdracht: Collega's met vroege dienst -> voor vertrek het overdrachtsschrift volledig ingevuld hebben. 

Slide 14 - Slide




Vaste dagelijkse activiteiten op peuterspeelzaal en peutergroep

Slide 15 - Slide

Inloop
  • Van  8.30 uur tot 9.00 uur.
  • Ouders mogen mee naar binnen -> 9.00 uur is afscheid.
  • Het is belangrijk een vriendelijke, uitnodigende houding te hebben. 

Slide 16 - Slide

Wennen 
  • Het wennen kun je het beste in kleine stapjes doen. 

Belangrijke aandachtspunten afscheid:
  • Laat het afscheid kort duren.
  • Vertel ouders dat zij hun gevoel overbrengen op hun kind.
  • Laat ouders altijd tegen hun kind zeggen dat ze weggaan, maar ook dat ze weer terugkomen.
  • Spreek met ouders af dat ze gebeld worden wanneer hun kind lang blijft huilen.
  • Zorg dat het voor ouders duidelijk is hoelang hun kind gehuid heeft. 
  • Bied ouders de gelegenheid om de eerste keren na 10 minuten te bellen om te vragen of het goed gaat.

Slide 17 - Slide

Vrije spel
  • Vrij spel is meestal na inloop.
  • Als pm'er is het je taak om het spel te volgen en te stimuleren. 
  • Het bieden van prakrische hulp kan nodig zijn (zoals veters strikken).
  • Als je merkt dat peuters onrustig worden of als het spel niet loopt, kun je zelf een activiteit starten. 

Slide 18 - Slide

Opruimen
  • Na het vrij spelen opruimen.
  • Het is handig als kinderen zo snel mogelijk zelfstandig kunnen opruimen -> versterkt autonomie.
  • Zorg voor foto's of plaatjes op de bakken waarin spelmateriaal wordt opgeborgen.
  • Geef de peuter een duidelijke taak/opdracht.
  • Bied het opruimen als gezamelijke activiteit aan.

Slide 19 - Slide

Versterkt opruimen het gevoel van autonomie?
A
nee
B
ja
C
soms

Slide 20 - Quiz

  • Geef complimenten.
  • Ga geen strijd aan met kinderen die niet willen opruimen.
  • Vraag je af of je het kind misschien overvalt met het verzoek om op te ruimen. vaak speelt dit namelijk een rol als het kind niet wil opruimen.
  • Kondig het opruim moment aan.

Slide 21 - Slide

Eten en drinken
  • Meestal nemen kinderen eigen eten en drinken mee.
  • Wees duidelijk tegen ouders wat wel en niet mag/kan.
  • De kinderen eten aan een grote ronde tafel.
  • Kinderen mogen pas eten nadat het liedje gezongen is.
  • Het kennen van de namen van groepsgenootjes vergroot de betrokkenheid bij elkaar.

Slide 22 - Slide

Buiten spelen
  • Peuters hebben behoefte aan beweging om hun energie kwijt te kunnen. 
  • met buiten spelen oefenen ze hun grove motoriek en sociale vaardigheden.
  • Een gevarieerd spelterrein daagt kinderen eerder uit tot allerlei verschillende spelactiviteiten.
  • Zorg er altijd voor dat kinderen kunnen rennen, fietsen en rustig spelen in een veilig hoekje.

Slide 23 - Slide

Welke ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd met buiten spelen?

Slide 24 - Open question

Slecht weer

  • Binnen blijven
  • Wel van ruimte wisselen of spullen aan de kant zetten.
  • Wewegingsactiviteit aanbieden. 

Slide 25 - Slide

Ophalen en afsluiten
  • Ouders komen geleidelijk binnen -> bied kinderen de kans om hun spel af te sluiten.
  • Kinderen zijn extra druk en ongeconcentreerd-> makkelijker ongelukken gebeuren.
  • Eind van de ochtend en middag een rustige activiteit. 
  • Laat ouders buiten wachten, anders ben je aandacht van de kinderen kwijt.

Slide 26 - Slide

Wat weten jullie nog van deze les?

Slide 27 - Mind map