Geschiedenis - verenigde staten (les 2)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Geschiedenis - Verenigde Staten 

Sam Nabuurs, les 2 

Het lot van de zwarte bevolking

De reconstructie

-Abraham Lincoln en zijn opvolger, Andrew Johnson

-Republikeinen in het congress:

• Positief: Amendement 13, (Verbod op de slavernij)

 Amendement 14 (Zwarten kregen het recht op ‘Life, liberty and property) en

 Amendement 15 (Zwarten kregen kiesrecht) 

• Negatief: Militaire bezetting van de zuidelijke staten -> 

verzoening kwam niet tot stand

puzzel.org

Freedmen’s Bureau

-Abraham Lincoln (vlak na herverkiezing)

- 1965 tot 1971

-Opvangbureau voor voormalige slaven 

• voedsel, zorg, huisvesting, kleding, familie, onderwijs

Nieuwe slavernij

-Zwarten nog steeds bestemd voor laagst betaalde beroepen

-Pachters: Sharecroppers 

• Kleine financiële problemen voor de sharecropper -> afhankelijk van de grondbezitter -> Schulden voor de sharecropper

Sabotage van de reconstructie

-In het zuiden: ‘Black codes’

-Blanken verhinderden zwarten van het stemmen:

• Test over de grondwet voor het stemmen
• Ingewikkelde stemprocedures
• Voorverkiezingen niet toegankelijk voor zwarte stemmers 
• Poll tax

-Ku Klux Klan (KKK)

Apartheid

-Jim crow wetten: Segregatie

-Segregatie wetten pas in de jaren 1960’ opgeheven

• Federale regering en presidenten deden niks aan het probleem, maar lieten dit aan de deelstaten, omdat zij de stemmen van de blanke zuidelijken nodig hadden.

Een man die 1/8ste zwart was ging in de trein coupé zitten voor witte mensen, en werd hiervoor gearresteerd en veroordeeld.
Was was de reactie van het hooggerechtshof?

1. De straf was terecht
2. De straf was onterecht
3. -
4. -

Zwart protest

-Eind negentiende eeuw

-William E.B. Dubois

• NAACP: National association for the Advancement of colored people -> Onsuccesvol

-Martin Luther king (1950-1960)

Wat waren de beroemde woorden van Marthin Luther king zijn speech tegen racisme?

De industrialisatie

Uitvinders, ondernemers en werkvolk

-Eerste transcontinentale spoorweg in 1869 &

 50,000km aan spoorweg naar 300,000km tussen 1869 en 1900

• Nieuwe en betere samenhang tussen de staten
• Amerika verandert tussen 1869 en 1920 van een voornamelijk agrarisch naar een voornamelijk industrieel land

                 

Gevolgen 

-Uitvinders (Henry ford - Auto, lopende band) 

- Ondernemers

• Consumptiemaatschappij

-Stedengroei

• Bevolking in de stad van 40% naar 50% 
• Zwaar leven voor nieuwe stadsbewoners

-Grote bedrijven worden steeds groter, en zorgen ervoor dat alle kleinere bedrijven van de markt gaan. Hierdoor wordt het verschil tussen rijk en arm in de VS steeds groter.

Arbeiders, boeren en middenklasse

-Platteland en agricultuur door industrialisatie drastisch veranderd

                        

-American federation of labor (AFL) 

-People’s party/populisten

• Agrarisch Amerika verbeteren
• Tegen immigratie

-Progressive movement

• Zorgen over de industrie: Kinderarbeid, corruptie en slechte woonomstandigheden 
• Succes in deelstaten -> Maximum werktijden, pensioenen en wetten tegen kinderarbeid

Roosevelt en Wilson

Progressieven boekte op federaal niveau succes door 2 presidenten (Roosevelt en Wilson) die zich aangetrokken voelden tot hun ideeën. 

Theodore Roosevelt

-Conservatief in zijn verdediging van Amerikaanse normen en waarden tegenover hebzucht en het nietsontziende kapitalisme

-Progressief in zijn opvatting dat de bevolking beschermd moet worden tegen de macht van het bedrijfsleven

-Zorgen voor 2 wetten die de consument bescherming boden:

• Pure Food and Drug Law
• Meatpacking act

Woodrow Wilson

-Democraat, maar geloofde in een krachtige overheid en in regelgeving om het bedrijfsleven in toom te houden en de individuele burger te beschermen.

-Zorgde voor veel wetten:

• Federal reserve act: Zorgde voor een nieuwe veilige bank
• Tariefherziening: Beschermt consumenten tegen hoge prijzen

-Eerste wereldoorlog: ‘War Industries Board', een overheidsorgaan dat het Europese leger financieel zou ondersteunen. 

Buitenlandse politiek

De Monroe Doctrine

Tot 1895 voerde de VS eigenlijk geen buitenlandse politiek, maar de Monroe Doctrine was eigenlijk het begin van deze buitenlandse politiek waarin het idealisme en vooral het expansionisme van de VS duidelijk werd. 

Oorlogen en annexaties

-1898: 2 Oorlogen tegen spanje op: Cuba en de Filipijnen

-Annexatie Puerto rico & Hawaii

-Andere (kleine) conflicten in:

 Rusland, Japan en het  Caribisch gebied

Open-door policy

-Alle landen zouden onderworpen worden tot dezelfde invoerrechten en handelstarieven 

• In Azië werkte dit niet zoals gepland, en was de VS minder invloedrijk

Vredesapostel Wilson

-President Wilson wilde het betrokken raken van de VS 

bij de eerste wereldoorlog voorkomen, dit lukte niet omdat:

• Amerika  wapens leverde aan Europa en  dus niet volledig neutraal was
• Wilson verbrak alle betrekkingen met duitsland nadat passagiersschepen met amerikanen aan boord door duitsers ten zinken zijn gebracht en dit zijn blijven doen
•  Er een bericht onderschept werd waarin duidelijk werd dat duitsland de hulp wilde van Mexico om de VS aan te vallen, wat in de VS voor opschudding zorgde