This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
1. Bladeren
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
1. Je kunt de bouw en functie van bladeren en het belang hiervan voor de fotosynthese beschrijven.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
bladmoes
nerf
hoofdnerf
Slide 4 - Drag question
Wat kunnen cellen doen doordat zij bladgroenkorrels hebben? (wat doen bladgroenkorrels dus?)
A
Bewegen
B
Fotosynthese
C
Stoffen verbranden
D
Voortplanten
Slide 5 - Quiz
25. Wat gebeurd er in het bladmoes?
A
Niks
B
Hier eet de plant
C
Dit is voor ondersteuning van de nerven
D
Hier maakt de plant zijn eigen voedingsstoffen
Slide 6 - Quiz
Maakt de juiste formule voor fotosynthese
Water
Glucose
Zuurstof
Koolstofdioxide
(zon)Licht
Slide 7 - Drag question
Veel bomen laten hun bladeren vallen in de winter omdat zij dan niet aan fotosynthese kunnen doen. Welke belangrijk onderdeel van de fotosynthese is lastiger aan te komen in de winter
A
Koolstofdioxide
B
Water
C
Licht
D
Zuurstof
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Stevigheid door water
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Leerdoelen
1. Je kunt de 3 functies van wortels beschrijven.
2.Je kunt twee functies van stengels beschrijven
3. Je kunt de werking van houtvaten en bastvaten beschrijven
4. Je kunt beschrijven hoe planten stevigheid verkrijgen
Slide 14 - Slide
Wat is GEEN functie van wortels
A
Reserve voedsel opslaan
B
Water en voedingsstoffen opnemen
C
Plant vast zetten in de bodem
D
Glucose maken.
(Fotosynthese)
Slide 15 - Quiz
Houtvaten
Bastvaten
Vervoer Water / mineralen
Vervoer energierijke stoffen
Omhoog
Naar beneden en boven
Slide 16 - Drag question
Wat zijn de twee functies van stengels?
A
transport, opslaan van reservestoffen
B
opslaan van reservestoffen, stevig vastzetten in de bodem
C
stevig vastzetten in de bodem, stevigheid
D
transport, stevigheid
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Video
Leerdoelen
1. beschrijven dat bij fotosynthese energie nodig is en dat bij verbranding energie vrijkomt.
2. aangeven welke stoffen een plant kan maken van de grondstof glucose.
3. aangeven wat de functies zijn van suikers, eiwitten en vetten.
4. koolstofdioxide aantonen met kalkwater, en zetmeel aantonen met joodoplossing.
Slide 19 - Slide
Wat is assimilatie?
A
omzetten van glucose in koolstofdioxide
B
omzetten van glucose in water
C
omzetten van glucose in een andere organische stof
D
omzetten van glucose in warmte
Slide 20 - Quiz
De glucose die geproduceerd wordt bij de fotosynthse wordt door planten vervolgens omgezet in:
Dit heet assimilatie, deze stoffen vind je bij planten vooral in de: