Goederen H3 3.2

Goederen H3
Voorraad inventariseren
1 / 24
next
Slide 1: Slide
goederenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Goederen H3
Voorraad inventariseren

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Voorraadadministratie
Je wil als ondernemer/manager kunnen vertrouwen op de gegevens die een voorraadadministratie oplevert. Om zeker te kunnen zijn dat het klopt moet je je voorraad inventariseren.

Slide 3 - Slide

Inventariseren is....
A
het tellen van de voorraad
B
het tellen en registreren van de voorraad
C
kijken in het magazijn hoeveel er ligt
D
Voorraad bestellen

Slide 4 - Quiz

Vanuit de wet...
Minimaal 1 keer per jaar inventaris opnemen i.v.m. de boekhouding.

Slide 5 - Slide

Tussentijds tellen is zinvol omdat je dan ontdekt... 

- De werkelijke voorraad overeenkomt met de administratieve voorraad
- Of er derving is
- De procedures (bijv. retouren) goed uitgevoerd worden.
- Er bijna lege schappen zijn zodat je weet wanneer je moet bestellen
- Checken als je een automatisch voorraadsysteem hebt of die de juiste voorraad bijhoudt.

Slide 6 - Slide

inventarisatieplan

Slide 7 - Slide

1. voorbereiding treffen
moment
genoeg personeel
voldoende hulp en transportmiddelen
ruim alle artikelen op
artikelen in de etalage of display?
beschadigde of over datum?
controleer de barcode
print de controlelijst
handleiding voor inventarisatie

Slide 8 - Slide

2. voorraad opnemen
hier gaan we telen
tellen in tweetallen
PDA

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

In welke stap bespreek je de resultaten?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 11 - Quiz

Waar let je o.a. op bij de voorbereidingen?

Slide 12 - Open question

Stap 2: voorraad opnemen
Tellen
in 2-tallen
Hulpmiddel--> PDA (personal digital assistant)

Slide 13 - Slide

Stap 3:Voorraadadministratie bijhouden

- tellingen controleren technische voorraad met de administratieve/theoretische voorraad (= aanwezige voorraad volgens administratie).
- Verschillen opmerken/ nagaan waardoor dit komt

Slide 14 - Slide

stap 4: Resultaten bespreken
- Medewerkers op de hoogte stellen
- Derving is het verschil tussen je administratieve voorraad en je werkelijke voorraad.
- Ging het tellen goed? Evaluatie
- Rapporteren hoofdkantoor

Slide 15 - Slide

stap 5: Winkel op orde brengen
Alles terugplaatsen

Slide 16 - Slide

3 manieren om te inventariseren
1. integraal
2. steekproefsgewijs
3. Cyclisch / Continue 

Slide 17 - Slide

integraal
Als je besluit om de hele voorraad te inventariseren, dan worden alle artikelen in de winkel en in het magazijn geteld. Dit noem je de integrale methode. Integraal betekent helemaal, dus de hele voorraad

Slide 18 - Slide

steekproefsgewijs
Je kan ook besluiten een steekproefsgewijze inventarisatie te doen. Bij een steekproefcontrole tel je niet alle producten, maar een deel ervan. Je gaat ervan uit dat die steekproef representatief is voor het geheel. Zo tel je bijvoorbeeld alleen de artikelen die in de actie zijn omdat daarvan het meeste wordt ver-kocht. Of je controleert het vijftigste artikelnummer uit het hele assortiment. Daarmee kies je een willekeurig artikel waarvan je de voorraad controleert.

Slide 19 - Slide

Cyclisch/ continue
Ook kan je kiezen voor cyclisch tellen of een cyclische inventarisatie. De winkel wordt in dat geval verdeeld in verschillende secties of afdelingen. In een bouw-markt kun je bijvoorbeeld per keer een verschillende productgroep inventariseren of een gangpad. Je deelt de winkel in delen in en voert elke dag of elke week een deel van de inventarisatiewerkzaamheden uit. Na een bepaalde periode, een week of een maand, heb je dan de hele voorraad geïnventariseerd. Dit noem je ook wel continue inventarisatie.

Slide 20 - Slide

Welke manier zou jij uitkiezen?
Denk ook aan: tijd, geld en kosten.
A
Integraal
B
Steekproefsgewijs
C
Cyclisch

Slide 21 - Quiz

Wat is een steekproefsgewijze inventarisatie?

Slide 22 - Open question

Waar verwacht je eerder een integrale voorraadinventarisatie: bij een grootwinkelbedrijf of bij een zelfstandige winkelier? Leg je antwoord uit.

Slide 23 - Open question

Opdrachten maken
19t/m 21 van H3

Slide 24 - Slide