quiz Herhaling Vrijheid en gelijkheid

Wanneer begon de Franse Revolutie?
A
1776
B
1783
C
1789
D
1793
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Wanneer begon de Franse Revolutie?
A
1776
B
1783
C
1789
D
1793

Slide 1 - Quiz

Wanneer eindigde Napoleon met een staatsgreep de Franse Revolutie?
A
1796
B
1799
C
1800
D
1805

Slide 2 - Quiz

wat waren de 3 ideeën van de Franse Revolutie?
A
vrijheid, slaven, broerschap
B
vrij hebben, gelijk hebben, broeders hebben
C
vrijheid, gelijkheid, broederschap
D
vrijheid, gelijkheid, broer

Slide 3 - Quiz

wat was het doel van de Franse revolutie?
A
meer macht voor het volk
B
meer macht voor de koning
C
meer macht voor de adel
D
meer macht voor de geestelijkheid

Slide 4 - Quiz

Welk begrip of persoon hoort niet bij de Bataafse Revolutie?
A
Patriot
B
Orangist
C
Lodewijk Napoleon
D
Willem III

Slide 5 - Quiz

In welk jaar was de Bataafse Revolutie?
A
1695
B
1795
C
1895
D
1995

Slide 6 - Quiz

Wie had voor de Bataafse Revolutie de macht in de Republiek?
A
De regenten en de stadhouder
B
De stadhouder
C
De regenten en de raadspensionaris
D
De stadhouder en het volk

Slide 7 - Quiz

De Bataafse Revolutie begint wanneer....
A
De regenten de macht afstaan aan de patriotten
B
Napoleon Nederland binnenvalt
C
Nederland een eenheidsstaat wordt
D
Willem V koning van Nederland wordt

Slide 8 - Quiz

Bij de Bataafse Revolutie...
A
...kregen we een nieuwe grondwet.
B
...mocht iedereen meebeslissen.
C
...werd een Nederlandse koning afgezet.
D
...werden we geholpen door de Fransen.

Slide 9 - Quiz

De Bataafse Revolutie is gelukt met hulp van de ....?
A
Duitsers
B
Fransen
C
Engelsen
D
Spanjaarden

Slide 10 - Quiz

Wie is Lodewijk-Napoleon?
A
de zoon van Lodewijk XIV
B
de koning van Holland
C
de koning van Frankrijk
D
de keizer van Holland

Slide 11 - Quiz

Wie kreeg na Lodewijk Napoleon de macht?
A
Willem I
B
Napoleon Bonaparte
C
Willem V
D
Robbespiere

Slide 12 - Quiz

Plantages zijn...
A
Grote landbouwbedrijven
B
Grote boederijen
C
Grote oerwouden
D
Grote bossen

Slide 13 - Quiz

Wat groeide er op de plantages?
A
Suiker
B
Aardappels
C
Tabak
D
Sla

Slide 14 - Quiz

Wat werd er verbouwd op de plantages in Suriname
A
Thee, rijst, koffie, katoen
B
Katoen, koffie, thee, groenten
C
Katoen, koffie,thee en tabak
D
Suiker, tabak, katoen, koffie en thee.

Slide 15 - Quiz

Waarom waren er weinig grote slavenopstanden?
A
Omdat slaven niet konden lezen en schrijven
B
Slaven hadden geen vuurwapens
C
Er waren grote verschillen tussen slaven
D
Slaven waren tevreden met hun leven

Slide 16 - Quiz

Wat waren abolitionisten?
A
slaven
B
mensen die de slavernij wilden afschaffen
C
slavenhouders
D
mensen die de slavernij wilden handhaven

Slide 17 - Quiz

Wanneer werd slavenhandel afgeschaft?
A
1800
B
1789
C
1833
D
1806

Slide 18 - Quiz

Wanneer werd de slavernij in Nederland afgeschaft?
A
1963
B
1583
C
1863
D
1977

Slide 19 - Quiz

Maak nu zelfstandig:
Vraag 7 a tm e blz. 69-70 werkboek
timer
7:00

Slide 20 - Slide

3 Beweringen
Paragraaf 3: Bedenk 3 beweringen, tenminste 1 is onjuist.

Slide 21 - Slide

3 Beweringen
Paragraaf 4: Bedenk 3 beweringen, tenminste 1 is onjuist.
Herhaal dit voor paragraaf 4

Slide 22 - Slide