Stel je voor, je zit met z’n vijven in een luchtballon die op het punt staat neer te storten. Alle spullen die gemist kunnen worden zijn al over boord gegooid: tassen, drinken, eten etc., maar dit is niet voldoende.
Er zit niets anders op, vier ballonvaarders zullen uit de ballon moeten springen. Eén iemand kan dus maar in de ballon blijven en overleven. Maar wie?