C5 oefenen voor de toets

Cursus 5 
grammatica
oefenentoetsen maken
les 1
2kgt
1 / 21
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 21 slides, with text slides.

Items in this lesson

Cursus 5 
grammatica
oefenentoetsen maken
les 1
2kgt

Slide 1 - Slide

Welkom! 
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.

  • Leesboek
  • Laptop
timer
1:00

Slide 2 - Slide

Lezen in stilte
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Wat gaan we doen?
  • huiswerk bespreken
  • leerdoelen toets bespreken
  • vragen stellen toets
  • zelfstandig werken

Slide 4 - Slide

Leerdoelen voor het SO van a.s. donderdag:
  • lidwoord (lw)
  • werkwoord (ww)
  • zelfstandig naamwoord (zw)
  • bijvoeglijk naamwoord (bv)
  • voorzetsel (vz) 
  • voegwoord
  • persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord 

Slide 5 - Slide

lw = lidwoord
de-het-een

ww = werkwoord
wat iemand doet of wat iemand overkomt

zn = zelfstandig naamwoord
een mens, dier, ding of plant
bn = bijvoeglijk naamwoord
zegt iets over een zn, geeft extra informatie

vz = voorzetsel
bijvoorbeeld: op, onder, naast (de kast) maar ook:  van, met, per, behalve

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Zelfstandig werken
Wat ga je deze les doen?
-  online oefentoets § 3 maken > 80%
- online oefentoets § 5 maken > 80%
- online oefentoets § 7 maken > 80%
Klaar?
§7 mixopdrachten online (huiswerk) afmaken,
trainen, opdrachten online afmaken of lezen

Slide 9 - Slide

Cursus 5 
grammatica
oefenen voor de toets
les 2
2kgt

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Zelfstandig werken
Wat ga je deze les doen?
-  online oefentoets § 3 maken > 80%
- online oefentoets § 5 maken > 80%
- online oefentoets § 7 maken > 80%
- §7 mixopdrachten online  afmaken/verbeteren
Klaar??
trainen, opdrachten online afmaken, boekenlegger of lezen

Slide 19 - Slide

leren voor de toets
Cursus 5 Grammatica
  • § 1 : ww-lw-zn-bn-vz
  • § 3: je kunt een voegwoord herkennen (blz. 206-207)
  • § 5: persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord (blz. 210-211)
  • Kijk de instructiefilmpjes nog eens
  • Train de onderdelen online

Slide 20 - Slide

C5 oefenen voor de toets

Slide 21 - Slide