P4W2 Pathologie: 1.2 Gezondheid en ziekte Ziekteverloop

1 / 20
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud
  • Leerdoelen
  • 1.2 Gezondheid en ziektverloop
  • Evaluatie 
  • Verwerkingsopdrachten TM Pathologie 1.2 (evt. HW)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welke informatie haal je uit de casus?

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Ontstaan van een ziekte
Lees (*herhaling) in TM Traject Pathologie module 1; hoofdstuk 2: de paragraaf 'ontstaan van een ziekte' door.
(ongeveer 5 minuten)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

                Sleepvraag: wat hoort bij elkaar? 
Acuut
Besmetting
Incubatietijd
Infectie
Plotseling begin
Binnendringen van ziekteverwekker
De periode tussen besmetting en ziek worden
vermenigvuldigen van ziekteverwekkers

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Subklinische infectie betekent?
A
De zorgvrager is heel erg ziek
B
De zorgvrager heeft wat vage klachten en is wat moe
C
De arts kan alleen de infectie vaststellen
D
De ziekte is chronisch

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Prodromen betekent?
A
Het is duidelijk wat de oorzaak is van het ziek zijn
B
De verschijnselen zijn vaag en het is onduidelijk welke ziekte het is

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van een chronische ziekte
A
Longontsteking
B
Blaasontsteking
C
Appendicitis
D
Ziekte van Parkinson

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Verloop van een ziekte
Lees in TM Traject Pathologie module 1; hoofdstuk 2: de paragraaf 'verloop van een ziekte' door. (ongeveer 10 minuten)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat is een complicatie?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Een foudroyant ziekteverloop heb je als?
A
Er een complicatie optreed
B
Je na genezing restverschijnselen overhoudt
C
Het verloop zo heftig is dat er veel schade optreedt, waardoor de patiënt kort na begin overlijdt
D
Je pijn krijgt nadat er een lichaamsdeel is afgezet

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn restverschijnselen
A
Het restje wat overblijft t.g.v. een complicatie
B
Klachten die je nog steeds hebt na genezing
C
Het ervaren van pijn of jeuk aan een afgezet lichaamsdeel
D
Een complicatie waardoor je komt te overlijden

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Sleepvraag wat hoort bij elkaar? 
Exacerbatie
Remissie 
Recidief
Progressief verloop
Het (tijdelijk) verergeren van ziekteverschijnselen na een rustige fase
(Tijdelijke) vermindering van verschijnselen zonder dat de ziekte geheel is verdwenen
Terugkeren van de ziekte of klachten na genezing
Het toenemen van het aantal of ernst van de ziekteverschijnselen

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Einde van de ziekte
  • Lees in TM Traject Pathologie module 1; hoofdstuk 2: 'Einde van een ziekte' door. (5 minuten)
  • Haal in 2 tallen de belangrijkste begrippen en moeilijke woorden uit de tekst en zoek op wat ze betekenen.
  • Klassikaal bespreken 

Slide 16 - Slide

Prognose
Infauste prognose
Reconvalescentiefase
Revalidatie
Terminale fase
Terug naar de casus

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Verzin allemaal 1 toetsvraag over wat er vandaag in de les aan de orde is geweest> volgende week wordt dit de quiz.
  • Tips en tops?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Verwerkingsopdrachten
Ga naar TM Pathologie 1.2 en maak de bijbehorende verwerkingsopdrachten (5,6,7)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions