This lesson contains 25 slides, with text slides and 7 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
4. De parlementaire democratie
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen
- Wat er in de grondwet staat.
- Wat de trias politica is.
Slide 2 - Slide
Agenda
Mededelingen Wat weet je nog of al? Theorie / Instructie Oefenen Zelfstandig werken Herhalen Evalueren & Afsluiten
Wat gaan we vandaag doen?
Terugkoppeling vorige les
Uitleg
Opdrachten maken
Samenvatting
Afsluiten
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
https:
Slide 5 - Link
kijkopdracht
Noem vier grondrechten die in het volgende videofragment aan bod komen.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Slide 8 - Slide
Voor een democratie zijn vrije en geheime verkiezingen heel erg belangrijk. Niemand mag je dwingen om op een bepaalde persoon/partij te stemmen
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Slide 12 - Slide
Trias politica
Wetgevende macht: Het parlement beslist over alle wetsvoorstellen.
Uitvoerende macht: De ministers voeren de wetten uit.
Rechterlijke macht: De rechters beoordelen of de overheid en de burgers zich aan de wet houden.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Maken:
Paragraaf 4: o
Slide 15 - Slide
Terugkoppeling
Wat staat er in de grondwet?
Wat is de trias politica?
Slide 16 - Slide
Huiswerk voor de volgende les:
paragraaf 4 af.
Slide 17 - Slide
Filmpjes om thuis te kijken.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Hoofdtaken
Parlement
Controleren van de ministers
Maken van wetten
Slide 20 - Slide
Wetgeving
Ministers bedenken nieuwe wetten, 2e Kamer praat er over:
aanpassen/zelf wet voorstellen
stemmen: goedkeuren of afkeuren
Vervolgens gaat de wet naar de 1e Kamer ( laatste check)
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Rechten bij de wetgevende taak
Bij de Wetgevende taak
Stemrecht
Recht van Amendement
Recht van initiatief
Bij de Controlerende taak
Vragenrecht
Motierecht
Recht van interpellatie
Enquêterecht
Eerste- en Tweede Kamerleden kunnen wetsvoorstellen goedkeuren of afkeuren
De Tweede Kamer kan (delen van) wetsvoorstellen veranderen.
De leden van de Tweede Kamer mogen wetsvoorstellen maken.
Eerste en Tweede Kamerleden mogen vragen stellen over gebeurtenissen aan de regering als er iets mis is gegaan.
Een uitspraak waarin de Kamer haar mening geeft over iets. Bij een motie van wantrouwen vraagt een Kamerlid een minister af te treden nadat hij/zij bijvoorbeeld gelogen heeft.
De Kamerleden mogen een minister naar de kamer roepen om in debat te gaan over zijn beleid.
Kamerleden mogen een onderzoek starten als ze het idee hebben dat de regering grote fouten heeft gemaakt.
Slide 23 - Slide
Coalitie en oppositie
De partijen die samen de regering vormen noem je de coalitie.
De regeringspartijen hebben samen meestal de meeste zetels.