2.1 Organen bij dieren + 2.2 organen bij planten

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Thema 2 Organen en cellen

1. Organen van dieren
2. Organen van planten
3.  Weefsels
4. Cellen
5. De celkern 
6. Celdeling

Planning

• Voorkennis activeren (20 minuten)
• Bespreken opdrachtje (10 minuten)
  
• Deze periode (10 minuten)
  
• Voorkennis activeren + basisstof 1 (30 minuten)
• Afsluiting (10 minuten)
  

Afspraken periode 2

Elke les: Laptop mee 

Welke spullen nog meer?
- Aantekeningenschrift 
- Biologie handboek
- Agenda
Huiswerk maak je in je boek. Begrippenlijst in je schrift (die maak je ook elke week zelf)

Huiswerk niet gemaakt/spullen niet op orde
Eerste keer: kan gebeuren

Tweede keer: Hele samenvatting + mail naar huis

Derde keer: 80 minuten inhalen

Leerdoelen

Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp.

Je kunt aan het einde van de les uitleggen wat een orgaan is en wat een orgaanstelsel is
Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.

Organen en cellen: Waar moet je aan denken?

Orgaan: deel van een organisme dat een bepaalde taak uitvoert.

groep samenwerkende organen die samen een bepaalde functie hebben

Organen bij een hond

Organen bij insecten

Oefenen

Wat? --> Opdracht 1 t/m 5

Hoe? --> In je boek, zelfstandig

Hoe lang? --> 20 minuten

Hulp? --> Handboek basisstof 1 thema 2 

Klaar? --> Maak alvast een begin aan je begrippenlijst

Huiswerk voor volgende week

Maken opdracht 5 en 6, 9 en 10 (mavo)

Maken begrippenlijst dikgedrukte woorden uit de tekst van basisstof 1

Bekijk de video op malmberg: De verschillen tussen organen en orgaanstelsels

Volgende les

Basisstof 2 over planten

Thema 2 Organen en cellen

1. Organen van dieren
2. Organen van planten
3.  Weefsels
4. Cellen
5. De celkern 
6. Celdeling

Planning

• Herhalen basisstof 1 (10 min)
• Huiswerk bespreken (20 min)
• Bs. 2: Organen van planten (20 min)
• Aan de slag (20 min)
• Afsluiting (10 min)

Leerdoelen

Je kunt de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven

Je kunt orgaanstelsels van planten noemen met hun functie

Wat is een orgaan?

Hoe noem je een groep organen die samen werken aan een bepaalde taak?

1. Organen
2. Orgaanstelsels
3. Organismen
4. Orgasmes

Welk onderdeel wordt aangegeven met letter C?

1. Dikke darm
2. Dunne darm
3. Lever
4. Nier

Welk onderdeel wordt aangegeven met letter A?

1. Dikke darm
2. Dunne darm
3. Holle ader
4. Aorta

Welk onderdeel wordt aangegeven met letter E?

1. Dikke darm
2. Dunne darm
3. Holle ader
4. Aorta

Wortelstelsel

Drie functies:

• Water en mineralen opnemen uit de bodem
  
• Plant stevig vastzetten in de grond
  
• Reservestoffen opslaan
  

Stengels

Twee functies:

• transport (vervoer) van stoffen
  
• stevigheid geven aan de plant

               houtachtig

               kruidachtig

Bladeren

Functie blad

• Voedsel maken (fotosynthese in alle groene delen)
• Stevigheid  geven 
  
• Vervoer water en andere stoffen
  

Vatenstelsel

Functie is transport van:

• water en mineralen       van wortels naar andere delen van de plant
• Glucose       van bladeren naar andere delen van de plant
  

Bij welk organenstelsel behoort het volgende orgaan?
De lever

1. Uitscheidingsstelsel
2. Skelet
3. Verteringsstelsel
4. Zenuwstelsel

Aan de slag

Wat? --> Opdracht 1 tot en met 4

Hoe? --> Zelfstandig

Hoe lang? --> 15 minuten

Hulp? --> Informatie van basisstof 2; Geen vragen 

Klaar? --> Verder met begrippenlijst basisstof 2

Huiswerk voor de volgende les

Noteer in je agenda, schrift:

• Afmaken opdrachten basisstof 2.2 over planten:
  - Opdracht 1 t/m 8
• Begrippenlijst aanvullen met begrippen van 2.2