This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Voeding en vertering
Slide 1 - Slide
Vertering
Jas uit?
Telefoon in de bak?
Kauwgom uit?
Leg klaar: Map en pen!
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je:
- uitleggen hoe enzymen bij de vertering helpen.
- benoemen welke organen van het spijsverteringsstelsel er zijn en hoe het voedsel daarlangs beweegt.
- uitleggen wat er in je mond met het voedsel gebeurt.
-uitleggen wat er in de maag en de twaalfvingerige darm met het voedsel gebeurt.
- uitleggen hoe voedingsstoffen in de dikke en de dunne darm worden opgenomen.
Slide 3 - Slide
verteringsstelsel
de vetering begint bij de mond en eindigt bij de kont.
de route van het voedsel is als volgt: mondholte-slokdarm-maag-twaalfvingerige darm- dunne darm-dikke darm- endeldarm- anus.
Slide 4 - Slide
vertering
de voedingsstoffen die in voedingsmiddelen zitten moeten eerst af gebroken worden zodat deze in het bloed opgenomen kan worden.
Dit afbreken = verteren
Wordt gedaan door enzymen
Slide 5 - Slide
Mondholte.
Vertering start in de mond.
In de mond liggen speekselklieren die een enzym uitscheiden-> speeksel
speeksel verteerd zetmeel (koolhydraat)
Tong duwt het eten de slokdarm in.
Het strotklepje sluit de luchtpijp af bij het doorslikken.
Slide 6 - Slide
Maag
De maag is constant in beweging door het samentrekken van de kringspieren en lengtespieren in de wand van de maag.
De kringspier aan het einde van de maag (maagportier) laat af en toe voedsel uit de maag naar de twaalfvingerige darm.
De maag dient daarom als een tijdelijke opslag plaats.
In de wand van de maag zitten maagsapklieren deze produceren maagsap. Maagsap bestaat uit water, zoutzuur en enzymen.Maagsap breekt eiwitten af.
Slide 7 - Slide
De maag (buitenkant)
De maag (binnenkant)
Slide 8 - Slide
Twaalfvingerige darm
Na de maag komt de voedselbrei terecht in de twaalfvingerige darm.
Eiwitten, vetten en koolhydraten worden er verteerd tot kleine voedingsstoffen
De lever en de alvleesklier zijn verbonden aan de twaalfvingerige darm.
Na de twaalfvingerige darm komt het eten terecht in de dunne darm.
Slide 9 - Slide
Lever
De lever produceert gal. (groen/bruinige kleurstof).
Gal breekt vetten af tot hele kleine bolletjes
De galblaas is een klein zakje dat onder de lever zit. Hier wordt gal opgeslagen. Vanuit de galblaas wordt gal aan de spijsvertering afgegeven.
Via de galbuis komt het gal in de twaalfvingerige darm
Slide 10 - Slide
Alvleesklier
De alvleesklier produceert alvleessap (enzym).
Alvleessap breekt eiwitten, koolhydraten en vetten af.
Slide 11 - Slide
Dunne darm
De dunne darm is ongeveer 8 meter lang.
In de darmwand zitten darmsapklieren die darmsap (enzym) maken. Deze verteren eiwitten, koolhydraten en vetten.
De wand van de dunne darm is ook sterk geplooid. In deze plooien zitten uitstulpingen->darmvlokken
In de darmvlokken zitten bloedvaten en de wand hiervan is heel dun.
In de dunne darm wordt water en de verteringsproducten opgenomen in het bloed.
Slide 12 - Slide
Dikke darm
De dikke darm is 1,5 meter lang
In de dikke darm wordt het laatste beetje vocht opgenomen.
Na de dikke darm wordt de voedselbrij die we nu ontlasting noemen tijdelijk opgeslagen in de endeldarm waarna het doorgaan van de anus het lichaam verlaat.
Slide 13 - Slide
Maken
De onmisbare rol van enzymen bij de spijsvertering
De rol van organen bij de spijsvertering
Klaar? Maken: Alle restjes van de spijsvertering naar buiten