What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica (wwg, ond, lv, mv, bwb)
Grammatica
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica
Slide 1 - Slide
Welke vijf zinsdelen ken je?
Gebruik de hele naam.
Slide 2 - Mind map
Hoeveel bouwstenen heeft de basiszin van
"paardrijden"?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 3 - Quiz
Hoeveel bouwstenen heeft de basiszin van
"versturen"?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 4 - Quiz
De vijf zinsdelen
1. werkwoordelijk gezegde (alle werkwoorden in de zin)
2. onderwerp (wie doet het?)
3. lijdend voorwerp (wie/wat + gezegde + onderwerp)
4. meewerkend voorwerp (aan wie/voor wie?)
5. bijwoordelijke bepaling (alles dat overblijft)
Slide 5 - Slide
Hoeveel zinsdelen heeft de zin?
Mijn lieve moeder bakt lekkere taarten.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 6 - Quiz
Hoeveel zinsdelen heeft de zin?
Gisteren heeft mijn lieve moeder een lekkere taart gebakken.
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 7 - Quiz
Welke stelling over de pv is fout?
A
De pv geeft de tijd van de zin aan
B
Alles voor de pv is één zinsdeel
C
De pv kan een voltooid deelwoord zijn
D
Er staat altijd een pv in een zin
Slide 8 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde van deze zin?
Gisteren heeft mijn lieve moeder een lekkere taart gebakken.
Slide 9 - Open question
Schrijf het werkwoordelijk gezegde op.
De melk is niet te drinken.
Slide 10 - Open question
Wat is het onderwerp?
Gisteren heeft mijn lieve moeder een lekkere taart gebakken.
Slide 11 - Open question
Wat is het onderwerp?
In de bijsluiter staan bijwerkingen genoemd.
A
in de bijsluiter
B
bijsluiter
C
bijwerkingen
D
staan genoemd
Slide 12 - Quiz
Hoe vind je het
lijdend voorwerp?
Slide 13 - Mind map
Wat is "een lekkere taart" in deze zin?
Gisteren heeft mijn lieve moeder een lekkere taart gebakken.
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling
Slide 14 - Quiz
Benoem het lijdend voorwerp.
Meneer Janssen geeft ons Franse les.
A
Meneer Janssen
B
geeft
C
ons
D
Franse les
Slide 15 - Quiz
Staat er een meewerkend voorwerp in de zin?
De koning leest aan heel het land de troonrede voor.
A
ja
B
nee
Slide 16 - Quiz
Staat er een meewerkend voorwerp in de zin?
De juf gaf de kinderen een afscheidscadeautje.
A
ja
B
nee
Slide 17 - Quiz
Staat er een meewerkend voorwerp in de zin?
De vlag hangt aan de brug.
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quiz
Schrijf de bijwoordelijke bepaling(en) op. Als het er meer zijn, gebruik dan een komma.
Gistermiddag speelde Yara mooi piano.
Slide 19 - Open question
Schrijf de bijwoordelijke bepaling(en) op. Als het er meer zijn, gebruik dan een komma.
Waarom gaf jij mij vanmorgen zomaar een koekje?
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Grammatica (wwg, ond, lv, mv, bwb)
October 2021
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica (wwg, ond, lv, mv, bwb)
October 2022
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica (wwg, ond, lv, mv, bwb)
March 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
MV + BWB
June 2022
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Grammatica (wwg, ond, lv, mv, bwb)
March 2020
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica bwb + bijwoord
June 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica les 5: herhaling alle grammatica + bwb
March 2024
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica (redekundig ontleden)
February 2023
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2