o Je kunt een mail structureren (inleiding, middenstuk, slot, alinea’s)
o Je kent de formele vormgeving van een mail (aanhef, afsluiting, onderwerpregel, lay-out)
o Je stemt taalgebruik en inhoud af op de situatie
o Je stemt taalgebruik en inhoud af op het publiek
o Je kunt schrijven vanuit een ik-perspectief
o Je kunt je verplaatsen in de binnen- en buitenwereld van een personage
o Je kunt een langer verhaal opbouwen aan de hand van een verzonnen tijd, ruimte en gebeurtenis
o Je kunt, aan de hand van een gerichte feedbackopdracht, aanwijzingen geven hoe de tekst verbeterd kan worden