2.1 Moleculen en atomen (les 3)

Nakijken
H2.1 opgave 12
  1. Zuivere stoffen vormen een mengsel.
  2.  Een verbinding verdampt.
  3. Elementen reageren tot een verbinding.
  4. Er vormt zich een suspensie van een element en een verbinding.
1 / 36
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Nakijken
H2.1 opgave 12
  1. Zuivere stoffen vormen een mengsel.
  2.  Een verbinding verdampt.
  3. Elementen reageren tot een verbinding.
  4. Er vormt zich een suspensie van een element en een verbinding.

Slide 1 - Slide

H2 Chemische reacties

H2.1:  Moleculen en atomen les 3

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Leerdoel
  • Je kan een molecuul weergeven met een molecuulformule
  • Je weet het verschil tussen een element en een verbinding

Slide 4 - Slide

Voorkennis

.

Atomen zijn de bouwstenen van moleculen




Cl
H
H
O
O
C
C
O
H

Slide 5 - Slide

Wat blijft er hetzelfde bij een chemische reactie?
A
Moleculen
B
Atoombindingen
C
Atomen
D
Alle bovenstaande

Slide 6 - Quiz

Welke geeft een molecuul aan en welke geeft een atoom aan?
CO of Co?
A
Molecuul = CO Atoom = Co
B
Molecuul = Co Atoom = CO

Slide 7 - Quiz

NOTEER

Slide 8 - Slide

Nakijken H2.1 opgave 1

Slide 9 - Slide

Nakijken H2.1 opgave 9

Slide 10 - Slide

Nakijken
H2.1 opgave 12
  1. Zuivere stoffen vormen een mengsel.
  2.  Een verbinding verdampt.
  3. Twee stoffen reageren tot een verbinding.
  4. Er vormt zich een suspensie van een element en een verbinding.

Slide 11 - Slide

Nakijken
H2.1 opgave 12
  1. Zuivere stoffen vormen een mengsel.
  2.  Een verbinding verdampt.
  3. Elementen reageren tot een verbinding.
  4. Er vormt zich een suspensie van een element en een verbinding.

Slide 12 - Slide

Nakijken
H2.1 opgave 12
  1. Zuivere stoffen vormen een mengsel.
  2.  Een verbinding verdampt.
  3. Elementen reageren tot een verbinding.
  4. Er vormt zich een suspensie van een element en een verbinding.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Een molecuul zwaveldioxide bestaat uit één zwavelatoom en twee zuurstofatomen.

Wat is de molecuulformule van zwaveldioxide?
A
S2O
B
SO2

Slide 16 - Quiz

Opdracht in je schrift.
Maak een molecuultekening van het molecuul  


Neem aan dat het zwavel atoom in het midden zit.
SO2

Slide 17 - Slide

Opdracht nakijken
Maak een molecuultekening van het molecuul  


Neem aan dat het zwavel atoom in het midden zit.
SO2

Slide 18 - Slide

Opdracht: Bouw een molecuul
Ga naar de website van PHET: https://phet.colorado.edu/nl/simulation/build-a-molecule


Kies: één. Bouw minstens 5 moleculen.

Kies veel. Maak minstens 4 opdrachten.

Slide 19 - Slide

Aantekening MolMolecuulformule

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide



Hoeveel moleculen zijn aanwezig in de aanduiding 6 CO2 ?
A
1
B
2
C
3
D
6

Slide 23 - Quiz



Hoeveel koolstofatomen zijn aanwezig in de aanduiding 6 CO2 ?
A
1
B
2
C
6
D
12

Slide 24 - Quiz



Hoeveel zuurstofatomen zijn aanwezig in de aanduiding 6 CO2 ?
A
1
B
2
C
6
D
12

Slide 25 - Quiz



Hoeveel moleculen zijn aanwezig in de aanduiding 12 Al2O3 ?
A
1
B
2
C
3
D
12

Slide 26 - Quiz



Hoeveel aluminiumatomen zijn aanwezig in de aanduiding 12 Al2O3 ?
A
1
B
2
C
12
D
24

Slide 27 - Quiz



Hoeveel zuurstofatomen zijn aanwezig in de aanduiding 12 Al2O3 ?
A
1
B
3
C
12
D
36

Slide 28 - Quiz

Hoeveel atoomsoorten zijn er afgebeeld?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 29 - Quiz

Hoeveel moleculen zijn er afgebeeld?
A
3
B
4
C
6
D
9

Slide 30 - Quiz

Opdracht in je schrift

Schrijf de formules op van de moleculen in de afbeelding.

Slide 31 - Slide

Opdracht in je schrift

Schrijf de formules op van de moleculen in de afbeelding.
Uitwerking

H2
CH3I
He

Slide 32 - Slide

Tenoriet is een stof in de aardbodem. Om tenoriet te maken moet je koper met zuurstof verhitten. Er vindt dan een chemische reactie plaats.

Leg uit welke atoomsoorten in een molecuul tenoriet aanwezig moeten zijn. Geef ook de symbolen van deze atoomsoorten.

Slide 33 - Open question

Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 34 - Open question

Schrijf één of twee dingen op die je deze les nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 35 - Open question

timer
5:00
timer
1:00

Slide 36 - Slide