klas 2, 19 november

reading
timer
15:00
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

reading
timer
15:00

Slide 1 - Slide

Future: plannen en voorspellingen

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les:

* Kun je de toekomende tijd maken met 'to be going to'
* Je weet wanneer je de toekomende tijd 'to be going to' gebruikt
* Vragen en ontkenningen maken met 'to be going to'

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Aantekening 'to be going to':
Vorm:
I + am + going to + hele werkwoord
you/we/they + are + going to + hele werkwoord
he/she/it + is + going to + hele werkwoord


Slide 6 - Slide

Aantekening 'to be going to':
am + I + going to + hele werkwoord?
 are you/we/they + going to + hele werkwoord?
 is + he/she/it +  going to + hele werkwoord?

I + am not + going to + hele werkwoord
you/we/they + are not + going to + hele werkwoord
he/she/it + is not + going to + hele werkwoord

Slide 7 - Slide

Aantekening 'to be going to':
Gebruik: voor plannen (die je al bedacht had) en voor voorspellingen die je doet op basis van waarnemingen.

examples:
I am going to move to Russia next year. (plan)
Look! I think it's going to rain! (voorspelling)


Slide 8 - Slide

Future = to be going to
     voorspellingen waar je bewijs
     voor hebt.  
     Je bent van plan om iets te 
     gaan doen
1
2

Slide 9 - Slide

Future = to be going to
I am going to read
you are going to swim
he is going to write
we are going to sing
you are going to dance
they are going to walk

Slide 10 - Slide

Future = to be going to
Am I going to read ?
Are you going to swim?
Is he going to write?
Are we going to sing?
Are you going to dance?
Are they going to walk ?

Slide 11 - Slide

Future = to be going to
I am not going to read
you are not going to swim
he is not going to write
we are not going to sing
you are not going to dance
they are not going to walk

Slide 12 - Slide

Welke vorm van 'to be' moeten we gebruiken in de zin 'Hij _________ een nieuw huis kopen.'?
A
going to
B
are going to
C
am going to
D
is going to

Slide 13 - Quiz

Welke vorm van 'to be' moeten we gebruiken in de zin 'Zij _________ volgende week op reis.'?
A
is going to
B
going to
C
am going to
D
are going to

Slide 14 - Quiz

Welke vorm van 'to be' moeten we gebruiken in de zin 'Ik ben van plan om morgen naar de film te gaan'?
A
is going to
B
am going to
C
are going to
D
going to

Slide 15 - Quiz

What have you learnt?
je kunt de toekomende tijd 'to be going to' op de juiste manier schrijven + je weet wanneer je deze tijd moet gebruiken

Slide 16 - Slide

Individual work
Maken opdracht 9, 10 en 11 van UNIT 3

Slide 17 - Slide

Irregular verbs
There are no rules for the irregular verbs, you just have to learn them by heart.
Homework:
Thursday 26 November
Study your list of verbs

Slide 18 - Slide

Let's practise!

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide