This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
2.2 Facisme
en communisme
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe Mussolini opkwam in Italië.
Je kunt uitleggen hoe Italië een totalitaire dictatuur werd.
Slide 2 - Slide
Planning
Fascisme
Benito Mussolini
Kenmerken van het fascisme
Mussolini grijpt de macht
Opdracht
Afsluiting
Slide 3 - Slide
Fascisme
Fascisme is een politieke stroming,
Wordt ook wel extreemrechts genoemd
De naam komt van het voorwerp dat je hier ziet: een fasces
Dit voorwerp, een bijl met takken, stond symbool voor de macht van bestuurders in het Romeinse Rijk.
Leerdoel 1
Slide 4 - Slide
Benito Mussolini
Leider, of 'Il Duce', van Italië (1922-1943)
Oprichter van de Fasci di Combattimento (Zwarthemden, knokploegen)
Na de Eerste Wereldoorlog en de Vrede van Versailles was er veel onvrede, en dat kwam doordeonderhandelingenvan de'slechte' Italiaanse regering.
Er heerste chaos in Italië, er waren stakingen en rellen van de socialisten.
Leerdoel 1
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Kenmerken van fascisme (1)
Fascisme is overal tegen: vooral dingen die vreemd zijn en andere culturen.
Fascisme is anti-democratisch: het volk hoeft niet mee te praten. Er is één leider.
Sterk nationalisme:ieder moet zich inzetten voor zijn land.
Het is eentotalitairregime.
Leerdoel 1
Slide 7 - Slide
Kenmerken van fascisme (2)
Fascisme is tegenpersoonlijke vrijheid. Persoonlijke vrijheid ondermijnt de gehoorzaamheid van de leider.
Fascisme gaat uit vanongelijkheidtussen mensen: de hoogontwikkelden moeten de laagontwikkelden leiden. (Het recht van de sterkste: Sociaal-Darwinisme)
Leerdoel 1
Slide 8 - Slide
Kenmerken van fascisme (3)
Niet denken maar doen. Gevoel is belangrijker dan denken.
Militarisme: geweldis goed: geen woorden maar daden.
De vrouw isondergeschikt: haar taak is het krijgen van kinderen.
Leerdoel 1
Slide 9 - Slide
Mussolini grijpt de macht
Uit angst voor eenburgeroorlogbenoemt de koning Mussolini tot premier.
De democratie zou Mussolini wel in controle houden.
Mussolini schaft andere politieke partijen af.
Er is sprake van indoctrinatie en persoonsverheerlijking.
Leerdoel 2
Slide 10 - Slide
Aantekeningen
Onder Mussolini komt het fascisme op in Italië. Als Mussolini de macht grijpt schaft hij de democratie af. Er is sprake van indoctrinatie en persoonsverheerlijking.
Het fascisme is vooral over tegen. Het is antidemocratisch, militaristisch, sterk nationalistisch en tegen andere culturen.
Slide 11 - Slide
Zelfstandig werken
Gezamenlijk lezen van paragraaf 2.2.
We maken gezamenlijk opdracht 4.
Ben je klaar? Werk verder aan 1d, 2 en opdracht 5.