Module 2 les 2 kritisch lezen

Nederlands periode 2
Vier lessen in p2
NUMO in mentoruur
Uitlegfilmpjes SVO - YouTube
Examinering CE lezen en luisteren begin p3
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands periode 2
Vier lessen in p2
NUMO in mentoruur
Uitlegfilmpjes SVO - YouTube
Examinering CE lezen en luisteren begin p3

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Domein lezen en luisteren
1. Lees- en luisterstrategie
2. Kritisch lezen
3. Examentraining lezen
4. Examentraining luisteren


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Thema  kritisch lezen
Aan het einde van de les:

1. Kun je de leestekens ‘komma’, ‘dubbele punt’ en ‘aanhalingstekens’ op de correcte manier gebruiken in een tekst;​
2. Kun je diverse teksten op waarde schatten en inhoudelijk met elkaar verbinden;​
3. Ken je de vier begrippen ‘tekst’, ‘context’, ‘schrijver’ en ‘lezer’ en kan je deze begrippen uitleggen.







Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Programma vandaag
Inleiding

Interpunctie

Theorie + opdrachten

Afsluiting
3 minuten

5 minuten

35  minuten

2 minuten
Programma vandaag

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Interpunctie
Er worden drie zinnen gegeven. Maak de zinnen correct door gebruik van interpunctie.

Kies uit: komma, dubbele punt en aanhalingstekens. ​






Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1. Het meisje riep Er is een voetganger aangereden!
timer
2:00

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

2. Wie heeft er zin in koffie? vroeg Marleen
timer
2:00

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

3. De bezoeker zei Doe mij maar een Belgisch biertje
timer
2:00

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Kritisch lezen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Waar denk je aan bij 'kritisch lezen'

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Kritisch lezen
Niet alles wat je leest is waar. Als je kritisch naar teksten kunt kijken, kun je zelf een mening vormen over het onderwerp. ​


Bij het lezen van een tekst moet je jezelf vragen stellen over:​
De tekst;​
De lezer;​
De schrijver;​
De context. 





Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen - de tekst
Is er een duidelijke inleiding en een helder slot?​

Past de titel bij de tekst?​
Kloppen de feiten die in de tekst genoemd worden?​
Wordt het onderwerp van verschillende kanten belicht?​
Zijn de argumenten overtuigend?



Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen - de lezer
Een tekst bekijk je vanuit jouw eigen levenservaring en kennis. Dit noem je ook wel het referentiekader. Het referentiekader is de kennis en ervaring waarmee je de wereld bekijkt. ​


Je kunt je bij een tekst afvragen tot wat voor soort lezer de schrijver zich met zijn tekst richt en welke voorkennis de lezer nodig heeft om de tekst te kunnen begrijpen.  

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen - de schrijver
Welke reden heeft de schrijver/auteur om dit artikel te schrijven?​

Heeft de schrijver zelf iets met het onderwerp te maken?​
Spelen de emoties van de schrijver/auteur een rol?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen - de context
In wat voor blad of op wat voor website staat de tekst?​

Wanneer en in welk land is het gepubliceerd?​
Is de tekst een reactie op een bepaalde gebeurtenis of een andere tekst? 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen 
Als je informatie leest of hoort:​


Blijf kritisch!​
​​
Neem niet alles zomaar aan, maar zoek extra informatie op, om te verifiëren wat een ander je vertelt. 





Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Opdracht

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Kritisch lezen
Lees de tekst en vul het werkblad kritisch lezen in. 




timer
10:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Bespreken uitkomsten
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Hier kies je als docent een werkvorm voor de bespreking in tweetallen en plenair.​
Je kunt hierbij denken aan:​
Padlet; ​
Placematmethode;​
Lino;​
Mentimeter; ​
Muurkrantmethode.
Luisterstrategieën

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Soorten luisterstrategieën
Globaal luisteren;
Intensief luisteren;
Kritisch luisteren;
Gericht luisteren.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Opdracht

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Fragment statiegeld
In het oefenexamen Facet 2021-2022 staat dit fragment
Beantwoord de vragen 26 t/m 35

Slide 23 - Slide

This item has no instructions


A
Andere Europese landen...
B
De Nederlandse politiek...
C
Er is een conflict ontstaan...

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions


A
op de frisdrankindustrie
B
op grote bedrijven
C
op politieke partijen

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions


A
de politieke discussie al lang speelt
B
de politieke discussie is gestart met een plan
C
minister Pronk destijds een standpunt heeft ingenomen

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions


A
als argument
B
als conclusie
C
als standpunt

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions


A
me een beroep op autoriteit
B
met een cirkelredenering
C
met overhaaste generalisatie

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions


A
De rapporten hebben verschillende probleemstellingen.
B
De rapporten presenteren cijfermateriaal niet overzichtelijk.
C
De rapporten zijn onvoldoende transparant.

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions


A
Er worden voortdurend vooraanstaande personen benoemd in nieuwe posities.
B
In de frisdrankindustrie komen dezelfde mensen uit de politiek elkaar steeds tegen.
C
Politici die eerder betrokken waren bij de discussie, krijgen invloedrijke functies in de industrie.

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions


A
dat er met de industrie geen goede afspraken gemaakt kunnen worden.
B
dat niet wordt voldaan aan de eisen om statiegeld af te kunnen schaffen.
C
dat pvc alleen met harde maatregelen kan worden bestreden.

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions


A
bezig is met een onderzoek naar de meest geschikte oplossing.
B
de knoop door zal hakken op basis van een enkele studie.
C
de staatssecretaris gaat vragen om snel een besluit te nemen.

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions


A
de belangen die een rol spelen in de statiegelddiscussie.
B
de voortdurende strijd tegen het plastic zwerfafval.
C
het ontstaan van het statiegeldsysteem in Nederland.

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Terugblik doelen
Aan het einde van de les:

1. Kun je de leestekens ‘komma’, ‘dubbele punt’ en ‘aanhalingstekens’ op de correcte manier gebruiken in een tekst;​
2. Kun je diverse teksten op waarde schatten en inhoudelijk met elkaar verbinden;​
3. Ken je de vier begrippen ‘tekst’, ‘context’, ‘schrijver’ en ‘lezer’ en kan je deze begrippen uitleggen.







Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Mentoruur
Taalverzorging
Numo > spelling 3F
Numo > werkwoordspelling 3F


Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Volgende les
Examentekst lezen 3F



Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions