MODTH M5 les 4 mimische spieren en aangezichtsschedel

MIMISCHE SPIEREN
M
odule 5 Gezichtsmassage 

1 / 28
next
Slide 1: Slide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 135 min

Introduction

Eerste les van de module harsen gezicht en lichaam.

Instructions

De student gaat veel zelfstandig de lesstof herhalen.

Items in this lesson

MIMISCHE SPIEREN
M
odule 5 Gezichtsmassage 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Examen informatie

Week 26 theorie-examen gezicht.
8 lesweken: 
- 6 lessen
- 2 examentraining 


Onderdelen voor het examen:
1. basisbehandeling
2. wimpers en wenkbrauwen
3. dieptereiniging
4. harsen gezicht en lichaam
5. gezichtsmassage
6. specifieke behandelingen 

Exameneisen!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vandaag
Herhalen 
  • Beenderstelsel
  • Spieren algemeen

Nieuwe lesstof
Mimische spieren van de kaak, voorhoofd en ogen

Formatieve toets: gecommuniceerd 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt vertellen welke spieren zorgen voor rimpelvorming.
  • Je kunt het verschil beschrijven tussen mimische en skeletspieren 
  • Je weet welke spierenvorm er rondom mond en oog zit
  • Je weet welke spieren zorgen voor mondbeweging


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Terugblik beenderen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hersenschedel:
A. schedeldak:
  • voorhoofdsbeen
  • wandbeen
  • achterhoofdsbeen
  • slaapbeen
B. schedelbasis:
  • onderste deel achterhoofdsbeen
  • wiggebeen
  • zeefbeen
  • rotsbeen
Aangezichtsschedel:
  • neusbeen 
  • jukbeen
  • bovenkaak
  • onderkaak
  • tongbeen
Tongbeen
Tongbeen is een sesambeen. Een sesambeen is een botstukje wat niet vast zit aan het skelet/ ander botdelen. Het sesambeen wordt op zijn plek gehouden door een pees/ spier.
Het tongbeen wordt op zijn plek gehouden door de tongspier en de 2 buikige kaakspier

Slide 6 - Slide

Schedelbasis vormt voor een groot deel de binnenzijde
- Rotsbeen: deel van slaapbeen waar het gehoororgaan en evenwichtsorgaan zich bevinden
- wiggenbeen: achterzijde oogkassen samen met het voorhoofdsbeen. Tuks zadel waarin de hypofyse ligt
Noteer zoveel mogelijk botdelen van de hersenschedel.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Hoe heet het blauwe botdeel nummer 10?
A
Achterhoofdsbeen
B
Wiggebeen
C
Wandbeen

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het groene botdeel numer 8?
A
Achterhoofdsbeen
B
Slaapbeen
C
Wandbeen
D
Voorhoofdsbeen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het oranje botdeel nummer 2?
A
Slaapbeen
B
Wiggebeen
C
Voorhoofdsbeen
D
Wiggebeen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het paarse botdeel nummer 9?
A
Slaapbeen
B
Wiggebeen
C
Voorhoofdsbeen
D
Achterhoofdsbeen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Spierwerking en beweging

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Terugblik
Onderzoeksvraag met  schoudermaat
"hoe komt beweging tot stand"?
Maak gebruik van onderstaande begrippen: 
Motorisch eindplaatje, sensibele zenuw, hersenen, ruggenmerg, gevoelsprikkel, spierbeweging, motorische zenuw
timer
5:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Begrippen
Agonist: de spier die samentrekt in de beweging - buigen
Synergist: ondersteund de agonistspier
Antagonist: de spier die een strekkende beweging maakt. De antagonist heeft een tegenovergestelde werking

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Aangezichtspieren

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Mimische-spieren
Een enkele mimische spier zijn geheel of gedeeltelijk verbonden aan het bindweefsel - lederhuid - via de spieroorsprong
Gevolg hierdoor is snellere huidverslapping - rimpels
Rimpels verlopen loodrecht op de richting van het spierverloop

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Skeletspieren van het gezicht
Skeletspieren zitten goed vast aan botdelen. Hierdoor zijn skeletspieren steviger dan mimische-spieren . Spieren die spierkracht nodig hebben zijn:
  • Wangkauwspier
  • Slaapkauwspier

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voorhoofdspier 
O: Schedelpeesblad

A: Wenkbrauwen en neuswortel

W: Trekt wenkbrauwen omhoog

Horizontale voorhoofdsrimpels


Slide 18 - Slide

Musculus Frontalis
A; aan de huid van wenkbrauwen en neuswortel
Verbazing
Oorsprong:
aan het schedelpeesblad
Aanhechting:
aan de huid bij de wenkbrauwen en neuswortel
Werking:
trekt de wenkbrauwen omhoog
veroorzaakt horizontale voorhoofdsrimpels
Oogkringspier
O: Binnenooghoek

A: Buitenooghoek, wenkbrauwen en wangen

W: Sluit de ogen

Kraaienpootjes



Slide 19 - Slide

Musculus Orbicularis Oculi
Kraaienpootjes door verslapping en intensief gebruik van de oogkringspier.

Wenkbrauwrimpelaar
O: Neusdeel voorhoofdsbeen.

A: Midden boven wenkbrauwen.

W: Trekt wenkbrauwen naar binnen en omlaag.

Verticale voorhoofdsrimpels


Slide 20 - Slide

Musculus Corrugator Supercili
Boos kijken
Verticale voorhoofdsrimpels, vooral boven de neus
Oorsprong:
aan het neusdeel van het voorhoofdsbeen
Aanhechting:
aan de huid midden boven de wenkbrauwen
Werking:
trekt de wenkbrauwen naar binnen en omlaag
veroorzaakt verticale voorhoofdsrimpels, vooral boven de neus
Kleine jukbeenspier
O: Jukbeen

A: Bovenlip

W: Trekt bovenlip omhoog

Slide 21 - Slide

Musculus zygomaticus minor
W: trekt buitenste gedeelte van de bovenlip omhoog

Grote jukbeenspier
O: Jukbeen


A: Mondhoek

W: Trekt mondhoek naar boven en buiten


Slide 22 - Slide

Musculus zygomaticus major
O: aan het jukbeen, onder de oogkringspier
A: aan de huid van de mondhoeken

Wangkauwspier
O: Jukboog

A: Onderkaak bij de kaakhoek

W: Heft onderkaak en kaaksluiter


Slide 23 - Slide

Musculus Masseter

Slaapkauwspier
O: Slaapbeen

A: Onderkaak

W: Heft onderkaak en kaaksluiter

Waaiervormige spier


Slide 24 - Slide

Musculus temporalis
Waaiervorminge spier

Opdracht
  • Voorhoofdspier
  • Wenkbrauwrimpelaar
  • Oogkringspier
  • Slanke neusspier
  • Neusspier
  • Kauwspier
  • Slaapkauwspier

timer
45:00

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Huidaandoeningen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Macro-organisme
Hoofdluis = pediculosis
Luis valt onder macro-organisme en is parasitair
Luis nesteld zich in het hoofdhaar. Jeuk is afkomstig van een beet in de hoofdhuid. Luizen leven van bloed. 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Allergische huidaandoeningen
Samenwerkingsopdracht 
1. Hoe ontstaat een allergische reactie?
2. Wat zijn allergenen?
3. Geef uitleg waarom oedeem van Quinke gevaarlijk kan zijn? 
4.  Wat is constitutioneel-eczeem en wat zijn de kenmerken
5. Op welke manier kun je als schoonheidsspecialiste een allergische reactie zoveel mogelijk voorkomen

Slide 28 - Slide

This item has no instructions