Les 7: De Opkomst van het Christendom

H1c
1 / 32
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H1c

Slide 1 - Slide

Tijd: 7 min
Handeling: De docent verwelkomt de leerlingen bij de deur en geeft aan dat ze hun mobiel in de telefoontas moeten doen. Daarna mogen de leerlingen in het lokaal gaan zitten. 
Verantwoording: 
Peter Teitler,  lessen in orde
Voorspelbaarheid in aandacht: Eerste stap in voorspelbaarheid in aandacht geven binnen mijn lessen (elke les de leerlingen verwelkomen bij de deur, mobieltjes in de telefoontas, etc.) (blz.79)

Maak contact:  (Bernes: 'weg naar een goede relatie') Door aan het begin van de les bij de deur te staan en de leerlingen te verwelkomen geef je de leerlingen het gevoel dat ze gezien zijn/ welkom zijn.  (blz. 47-48)

Gebruik maken van vaste patronen: door structuur aan te brengen binnen mijn lessen is het volgen Teitler makkelijker om orde te houden.

De vijf rollen van de leraar: gastheer (welkomsgevoel creëren en het idee dat ik alle leerlingen gezien heb bij binnenkomst)



Planning vandaag
  1. Voorkennis
  2. Uitleg: De opkomst van het christendom
  3. Aan de slag 
  4. Afsluiten

Leerdoelen:
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:
  1. hoe Joden in het hele Romeinse rijk terecht kwamen;
  2. hoe het christendom ontstond;
  3. hoe het christendom werd verspreid en bestreden;
  4. hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd 
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Bij een vraag steek je hand op
(roep dus niet door de klas)
Toets:
Datum: Vrijdag 19 april 2024
§4.1: Van stad tot Wereldrijk
§4.2: De Romeinse Samenleving
§4.3: De cultuur van het Rijk
§4.4: De opkomst van het Christendom
§4.5: Enkel 'De ondergang van Rome'

Flex-boek: blz. 66 t/m 85
Werkboek: blz. 90 t/m 105

Slide 2 - Slide

Tijd: 1 min

Huiswerk van de vorige keer is :
1.4 leven langs de Nijl
Opdracht 1 t/m 4
Pasen

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

H4 Het Romeinse Rijk


§4.4: De opkomst van het Christendom

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Tijdbalk opdracht
Teken in je schrift op 2 bladzijden de onderstaande tijdbalk over. Tijdens de uitleg komen verschillende gebeurtenissen voorbij. Deze noteer je in je schrift op de tijdbalk. 
63 v.C.
0
500 n.C.
Continuïteit: Iets dat lange tijd hetzelfde blijft. Iets dat continu zo is.
Bijv. Als je steeds ruim voldoendes haalt voor een bepaald vak. 

Verandering: Iets dat verandert (Snel of langzaam --> Evolutie of revolutie).
Bijv. Dat je voor een vak waar je normaal een voldoende haalt een onvoldoende haalt. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions


De provincie Judea 

  • 63 v.C.: De Romeinen veroveren het woon gebied van de Joden

  • 6 n.C.: Ze maken er een provincie van en noemen deze Judea

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Joden:
1). betalen hoge belastingen.
2). worden beledigd en onderdrukt.
3). Hoopten op de Verlosser.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions


Joodse opstanden
  • 66 n.C.: Er breekt een Joodse opstand uit, omdat een Romeinse bestuurder uit de tempel had geroofd.
  • 70 n. C.: De Romeinen komen met een groot leger en slaan de opstand neer en vernielden de heilige tempel in Jeruzalem.
  • 135 n.C.: Tweede Joodse opstand --> ook neergeslagen door Romeinen .
  • Veel Joden werden vermoord, gevangen genomen of vluchten naar Europa.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions


Jezus
  • In de tijd dat de Joden verspreid raakten over Europa, was er ook een nieuw geloof in opkomst. Het christendom

  • +/- 30 n.C.: Jezus van Nazareth trekt door Judea om zijn ideeën over het Joodse geloof te prediken

  • Romeinen zien hem als opstandeling --> Gekruisigd door Romeinse Pilatus

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

  • In de oude Joodse boeken staat dat er op een dag een 'messias' gaat komen die het volk zal bevrijden van de onderdrukkers

  • Veel mensen dachten dat Jezus die messias was, zijn volgelingen worden Christenen genoemd

  • Christus = Grieks voor messias, wat zoiets als 'gezalfde' betekent

Slide 11 - Slide

This item has no instructions


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Om voor elkaar (maar niet voor de Romeinen!) herkenbaar te zijn, gebruikten christenen symbolen. Zo tekenden ze bijvoorbeeld een ichthus (vis) in het zand om hun geloof aan andere christenen kenbaar te maken. Als er dan een Romein in de buurt was, konden ze het symbool weer eenvoudig wissen.
Hoewel de naam ichthus, vis betekent, is het ook een afkorting van de eerste letters van: Jezus Christus, Gods zoon, (en / de) Redder, in het Grieks.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Steeds meer Christenen 


  • Snel verspreid door Pax Romana
  • Aantrekkingskracht van het geloof  voor armen (gelijkheid in de hemel)
  • Mensen moesten zorgen voor de zieken en de zwakken
Christenen gebruikten zelden het kruis als symbool. Ze gebruikte liever het Chi Rho-teken: de eerste twee letters van de naam Christus in het Grieks. De twee letters naast het teken zijn de alpha (α) en de omega (Ω): de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet. Hiermee gaven ze aan dat Jezus het begin en het einde was.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Christenvervolging
  • De volgelingen van Jezus trekken de wereld in om het verhaal van Jezus te vertellen

  • Steeds meer mensen in het Romeinse Rijk worden christen

  • Veel Romeinen kregen een hekel aan Christenen o.a. omdat ze de staatsgoden niet wilden eren

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

  • In de 3e eeuw na Chr. (200-300 n.C.) kreeg het Romeinse Rijk steeds meer te maken met oorlogen en hongersnoden

  • Veel Romeinen dachten dat dit de schuld was van de Christenen omdat zij de goden niet wilden eren

  • De Christenen werden steeds vaker vervolgd en gedood

Slide 15 - Slide

This item has no instructions


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Keizer Nero was één van de felste tegenstanders van de christenen. Hij gaf hen de schuld van de grote brand van Rome (die hij vermoedelijk zelf had laten stichten) en liet hen op de meest gruwelijke manieren aan hun eind komen.
Dit is een schilderij uit de 19e eeuw: Nero kijkt naar het lichaam van een christen die zojuist om het leven is gebracht.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions


Christenvervolging


Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk! 
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god, 
en dat is niet de Romeinse keizer!

De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Voor de leeuwen gooien, was een gebruikelijk doodstraf voor christenen tijdens hun vervolgingen in het Romeinse Rijk.
Het moet een gruwelijk spektakel zijn geweest, maar wat vooral indruk op de toeschouwers maakte was dat de christenen soms niet gingen vechten met de leeuwen, maar bidden tot hun god. 
De toeschouwers waren verbijsterd, maar ook nieuwsgierig: als je toch zoveel vertrouwen in je god hebt, dan moet het wel een hele goede god zijn. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions


Rond het jaar 100 schreef de Romeinse historicus Tacitus:

‘In 64(n.C.) was er een grote brand: de helft van Rome 
brandde af.  Al gauw werd verteld dat keizer Nero 
de brand had laten aansteken, omdat hij ruimte nodig 
had voor een nieuw paleis. Daarom gaf Nero de 
christenen de schuld. Hij liet hen zwaar straffen.
Zo kregen zij beestenvellen aangetrokken om door 
wilde honden verscheurd te worden, of ze werden 
gekruisigd, of ze werden door vuur gedood: aan het 
eind van de dag werden ze aangestoken om te dienen 
als straatverlichting.’

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

  1. Hoe kwamen de Joden in heel het Romeinse Rijk terecht?;
  2. Hoe is het christendom ontstaan?;
  3. Hoe is het christendom verspreid en bestreden?;

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: 2, 3, 4a, (5, 7)
WB: blz. 100 t/m 101
Huiswerk:

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

H1a

Slide 22 - Slide

Tijd: 7 min
Handeling: De docent verwelkomt de leerlingen bij de deur en geeft aan dat ze hun mobiel in de telefoontas moeten doen. Daarna mogen de leerlingen in het lokaal gaan zitten. 
Verantwoording: 
Peter Teitler,  lessen in orde
Voorspelbaarheid in aandacht: Eerste stap in voorspelbaarheid in aandacht geven binnen mijn lessen (elke les de leerlingen verwelkomen bij de deur, mobieltjes in de telefoontas, etc.) (blz.79)

Maak contact:  (Bernes: 'weg naar een goede relatie') Door aan het begin van de les bij de deur te staan en de leerlingen te verwelkomen geef je de leerlingen het gevoel dat ze gezien zijn/ welkom zijn.  (blz. 47-48)

Gebruik maken van vaste patronen: door structuur aan te brengen binnen mijn lessen is het volgen Teitler makkelijker om orde te houden.

De vijf rollen van de leraar: gastheer (welkomsgevoel creëren en het idee dat ik alle leerlingen gezien heb bij binnenkomst)



Planning vandaag
  1. Voorkennis
  2. Uitleg: De opkomst van het christendom
  3. Aan de slag 
  4. Afsluiten

Leerdoelen:
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:
  1. hoe Joden in het hele Romeinse rijk terecht kwamen;
  2. hoe het christendom ontstond;
  3. hoe het christendom werd verspreid en bestreden;
  4. hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd 
Je bent stil en luistert naar elkaar
(tenzij de docent jou de beurt geeft)
Bij een vraag steek je hand op
(roep dus niet door de klas)
Toets:
Datum: Vrijdag 19 april 2024
§4.1: Van stad tot Wereldrijk
§4.2: De Romeinse Samenleving
§4.3: De cultuur van het Rijk
§4.4: De opkomst van het Christendom
§4.5: Enkel 'De ondergang van Rome'

Flex-boek: blz. 66 t/m 85
Werkboek: blz. 90 t/m 105

Slide 23 - Slide

Tijd: 1 min

Huiswerk van de vorige keer is :
1.4 leven langs de Nijl
Opdracht 1 t/m 4
H4 Het Romeinse Rijk


§4.4: De opkomst van het Christendom

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Deze les:
  • Afsluiting 4.4: de opkomst van het Christendom
  • Herhaling vaardigheid Continuïteit en verandering.
  • Uitleg 4.5: Romeinen en Germanen
  • aan de slag met opdrachten.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
  1. hoe Joden in het hele Romeinse rijk terecht kwamen
  2. hoe het christendom ontstond
  3. hoe het christendom werd verspreid en bestreden
  4. hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions


Constantijn de Grote


  • Christenen zijn ruim 3 eeuwen vervolgd in het Romeinse Rijk. 
  • Door Constantijn de Grote komt daar een einde aan:  kort voor een veldslag zou hij in een visioen een teken hebben gezien met daarbij geschreven de woorden dat de god van de christenen hem de zege belooft. 
  • Hij won de veldslag en werd christen...

Constantijn de Grote ziet een christelijk teken. Gravure uit de 17e eeuw.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

De overwinning van het christendom
  • De vervolgingen houden op wanneer keizer Constantijn zich tot het christendom bekeert

  • Hij geeft christenen in 313 godsdienstsvrijheid

  • In 392 maakte keizer Theodosius van het christendom de staatsgodsdienst

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

  • Tempels werden verwoest of omgebouwd tot kerken

  • Iedere Romeinse provincie kwam onder leiding te staan van een bisschop

  • De belangrijkste bisschop werd de paus, de leider van de kerk

  • Ook vandaag is de paus nogsteeds de leider van de rooms-katholieke kerk

Slide 29 - Slide

This item has no instructions


Staatsgodsdienst

  • In 380 gebeurt er iets bijzonders: keizer Theodosius verplicht iedereen om christen te worden. 
  • Het christendom wordt staatsgodsdienst en alle andere godsdiensten worden verboden. 
  • Iedereen die niet christen is wordt vervolgd en hij verbiedt de Olympische Spelen, omdat ze niet christelijk zijn.
Romeinse munt met het hoofd van Theodosius I de Grote

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: 2, 3, 4a, (5, 7)
WB: blz. 100 t/m 101
Huiswerk:

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

§4.4: De opkomst van het christendom
Opdracht: ,  en  
WB: blz. 9
Huiswerk:

Slide 32 - Slide

This item has no instructions