Thema 2 - Lezen - Stijlfiguren

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoelen:
  • Je weet wat herhaling, tautologie en pleonasme is.
  • Je kunt herhaling, tautologie en pleonasme in zinnen herkennen.
  • Je begrijpt in welke gevallen het gebruik van herhaling, tautologie en pleonasme juist is en in welk geval niet.

Slide 2 - Slide

Stijlfiguren:
  • Herhaling
  • Pleonasme
  • Tautologie
  • Stijlfiguren gebruik je om indruk te maken op een luisteraar of lezer. Met het gebruik van stijlfiguren kun je dingen net iets treffender zeggen

Slide 3 - Slide

Herhaling
Bij herhaling wordt hetzelfde nog eens met dezelfde woorden gezegd. Dit zorgt voor extra nadruk. 

Een voorbeeld van herhaling is: Dat is leuk gedaan, heel leuk.

Slide 4 - Slide

Tautologie
Bij tautologie wordt hetzelfde nog eens gezegd met andere woorden. 
Deze woorden moeten tot dezelfde woordsoort behoren 
Een tautologie werkt versterkend. 

Een voorbeeld van tautologie is: mijn ouders blijven voor eeuwig en altijd bij elkaar.

Slide 5 - Slide

Pleonasme
Bij pleonasme wordt aan een zelfstandig naamwoord een 
bijvoeglijk naamwoord toegevoegd, met dezelfde eigenschap 
als het zelfstandig naamwoord. 

Een voorbeeld van pleonasme is: Buiten ligt er heel veel witte sneeuw.

Slide 6 - Slide

Quizizz

Slide 7 - Slide

Planning
Stap 1: 15 à 20 minuten
Stap 2: 10 minuten
Stap 3: Slaan we over
Stap 4: 40 minuten

Slide 8 - Slide

Stap 4 - Eindproduct
Maak samen met een klasgenoot een powtoon waarin jullie uitleggen wat herhaling, tautologie en pleonasme is.
Gebruik bij elk stijlfiguur minimaal drie voorbeeldzinnen. En leg deze zinnen uit.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

  1. Sign in met jouw Google-account.
  2. Sla de reclame dingen over.
  3. Begin met creëren.
  4. Succes

Slide 11 - Slide