Hoofdstuk 3 Christendom mh1 CLV

Hoofdstuk 3 Christendom

Vandaag:

  • bespreken vragen van par 1 aan de hand van de quiz
  • lezen paragraaf 2
  • maak de puzzel: opdr 4 blz 46 en 47
1 / 44
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Hoofdstuk 3 Christendom

Vandaag:

  • bespreken vragen van par 1 aan de hand van de quiz
  • lezen paragraaf 2
  • maak de puzzel: opdr 4 blz 46 en 47

Slide 1 - Slide

Wat weet je van je huiswerk?
we loggen in met onze eigen naam.....

Slide 2 - Slide

Hoe lang geleden ontstond het christendom? (ongeveer)
A
1000 jaar geleden
B
2000 jaar geleden
C
3000 geleden
D
1500 jaar geleden

Slide 3 - Quiz

Waar leefde Jezus?
A
Egypte
B
Italie
C
Palestina
D
Turkije

Slide 4 - Quiz

Hoe noemden de volgelingen van Jezus hem ook wel?
A
Christus
B
Vader
C
Redder
D
Meester

Slide 5 - Quiz

Noem de twee hoofdstromingen (afdelingen) binnen het christendom

Slide 6 - Open question

Hoe noem je een samenkomst in de katholieke kerk? (je mag 1 of 2 namen invullen)

Slide 7 - Open question

Hoe heet de leider in een rooms-katholieke kerk?

Slide 8 - Open question

Welke vragen heb je nog over je huiswerk?

Slide 9 - Slide

Aan de slag:

Lees par 2: blz 44 en 45

maak opdr 4 op blz 46 en 47

Slide 10 - Slide

huiswerk voor 14 december

puzzel af blz 46 en 47: ook de spreekwoorden eruit halen en de betekenis.

Speur daarvoor op internet of vraag het thuis aan je ouders....

Slide 11 - Slide

Vandaag....
  • stukje uit het boek
  • filmpje
  • poster met 10 wist je datjes maken

Slide 12 - Slide

Zs:
  • Lees nogmaals par 2; blz 44 en 45
  • Onderstreep 7 belangrijke woorden/begrippen/zinnen

Dit kun je doen met potlood of een markeerstift.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Opdracht
  • Deze opdracht doe je samen met je buurman/v
  • Je krijgt een a3 vel van de docent
  • Zet in het midden het woord  'Bijbel'
  • Verzamel nu 10 wist je datjes uit je boek en het filmpje en zet die op het    blad.


Slide 15 - Slide

Hoe heette de eerste bijbel in het Nederlands?

Slide 16 - Open question

Wanneer kwam deze uit?
A
1996
B
1830
C
1637
D
1537

Slide 17 - Quiz

Hoe noem je de verhalen over Jezus ook wel?
A
Evangelie
B
Bijbel
C
Testament
D
Fabel

Slide 18 - Quiz

Hoeveel boeken heeft de bijbel?
A
60
B
54
C
66
D
112

Slide 19 - Quiz

Wat is het verschil tussen printpapier en bijbelpapier
A
bijbelpapier is 10 x zo dun
B
bijbelpapier is 4x zo dun
C
bijbelpapier is veel dikker
D
bijbelpapier scheurt sneller

Slide 20 - Quiz

Vandaag...
  • Paragraaf 4 bespreken
  • filmpjes


Slide 21 - Slide

Bespreken van paragraaf 4: rituelen



Je hebt 5 minuten om de tekst door te scannen...

daarna loggen we in en kijken we wat je hebt onthouden.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Een ritueel is:
A
hetzelfde als een feestdag
B
iets wat je doet met een bijzondere betekenis
C
iets wat jaarlijks terug komt
D
iets bijzonders

Slide 24 - Quiz

In de kerk noem je een ritueel soms een:
A
doop
B
heilig moment
C
salvator
D
sacrament

Slide 25 - Quiz

De doop is zo'n ritueel. Welke betekenis hoort er NIET bij?
A
de doop betekent dat je bij God hoort
B
de doop betekent dat je een goede christen bent
C
de doop was symbolisch alle slechte dingen van de dopeling af
D
het onder water gaan en weer boven komen is een symbool van Jezus dood en opstanding

Slide 26 - Quiz

Je kunt als baby worden gedoopt, maar het komt ook voor dat je je pas laat dopen als je volwassen bent
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 27 - Quiz

Wat is de eerste communie?
A
Je doet voor het eerst mee met de eucharistie
B
je wordt bekeerd
C
Je wordt gedoopt
D
je krijgt een beker wijn

Slide 28 - Quiz

Vanaf welke leeftijd kun je in de rooms katholieke kerk verklaren dat je bij de kerk wilt horen?
A
Rond je 15e jaarr
B
Rond je 10e jaar
C
Rond je 12e jaar
D
Rond je 18e jaar

Slide 29 - Quiz

Hoe noem je deze gebeurtenis waarbij je in de kerk een kruisje met olie van de bisschop of pastoor op je voorhoofd krijgt?
A
Belijdenis doen
B
Vormsel
C
Bekering
D
Communie

Slide 30 - Quiz

In de protestantse kerk heb je ook zo'n soort ritueel, maar dan rond je 18e. Dit heet:
A
Belijdenis van je geloof doen
B
Bidden
C
Vasten
D
Gevormd worden

Slide 31 - Quiz

Christenen trouwen vaak ook nog in de kerk. Wat is voor het bruidspaar het belangrijkste in zo'n kerkdienst?
A
Elkaars rechterhand vasthouden en de trouwbelofte uitspreken
B
Knielen voor God
C
Elkaar kussen
D
De preek

Slide 32 - Quiz

Waar is de ring het symbool van?
A
Liefde
B
Vriendschap
C
Vrede
D
Trouw

Slide 33 - Quiz

Welke uitspraak is waar?
A
De begrafenis moet binnen 3 dagen plaatsvinden
B
Je mag een dode niet cremeren
C
D
In het christendom zijn geen vaste rituelen bij een begrafenis of crematie

Slide 34 - Quiz

In de katholieke kerk heb je ook nog een ritueel waarbij een zieke olie op zijn hoofd en handen krijgt. Dit noem je:
A
Zaligzalving
B
Ziekenbesprenkeling
C
Ziekenzalving
D
Ziekengebed

Slide 35 - Quiz

Wat is de betekenis van dit ritueel?
A
De zieke kan alleen zo in de hemel komen
B
De zieke hoopt weer beter te worden
C
De zieke kan zo nog vergeving krijgen voor alle verkeerde dingen
D
De zieke krijgt kracht om met de situatie om te gaan en hoopt dat hij bij God komt na de dood

Slide 36 - Quiz

Welke van de genoemde rituelen heb jij wel eens meegemaakt? Noem er 1.

Slide 37 - Open question

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Slide 41 - Video

Uitleg Praktische opdracht

Slide 42 - Slide

Hoe en wat?


  • Werkstuk in duo's
  • Het gaat over de rituelen die christenen doen bij de verschillende fases in hun leven: geboorte, opgroeien, huwelijk en doodgaan.
  • We lezen de opracht op het scherm of van het blad dat je in duo's krijgt. Dit blad lever je weer in.De opdracht staat ook op ELO in de studiewijzer.

Slide 43 - Slide

huiswerk?

Stop je taakverdeling als je die hebt opgeschreven in je boek

Lever het blad in bij de docent

je kunt zelf de opdracht vinden op ELO - Studiewijzer - Godsdienst - Praktische opdracht h3

Slide 44 - Slide